Much Ado About Nothing

Doe-het-zelf Shakespearen

Much Ado About Nothing

Joss Whedon kan zich na het succes van The Avengers (2012) en Cabin in the Woods (2011) blijkbaar wat veroorloven – en komt met een bescheiden Shakespeare-verfilming in zwart-wit.

Het lijkt wel of iemand twee planningen door elkaar heeft gehaald. Terwijl Shakespeare-­specialist Kenneth Branagh zich deze maand stort op het actievehikel Jack Ryan: Shadow Recruit, komt Avengers-regisseur Joss Whedon met een Shakespeare-verfilming. We hebben het ongetwijfeld te danken aan de filmsuccessen van stripgigant Marvel: zij trokken Branagh aan voor Thor (2011), dat een Shakespeariaanse grootsheid nastreefde en de regisseur wellicht de smaak (en het cachet) voor het grote werk gaf. En de studio strikte Whedon als grootarchitect van hun filmuniversum én schrijver-regisseur van The Avengers en gaf ook hem daarmee zijn eerste Hollywood-succes.

Want Whedon mag dan een reputatie hebben opgebouwd als maker van intelligent en vooruitstrevend popcornvermaak, hij is ook de man van wie de televisieprojecten de afgelopen decennia – sinds Buffy the Vampire Slayer (1997-2003) – telkens voortijdig van de buis werden gehaald. Het maakt Much Ado About Nothing des te sympathieker: eindelijk heeft Whedon de slagkracht om te maken wat hij wil en wat doet hij? Juist: een verfilming van één van Shakespeare’s meest luchtige komedies, een klucht over mannen en vrouwen die verliefd worden en trouwen.

Opgenomen in twaalf dagen, tijdens (!) de preproductie van The Avengers. Met een hedendaagse setting, maar met de letterlijke tekst van het origineel (op het kuisen van een denigrerend gebruik van het woord ‘Jood’ na). Gedraaid in zwart-wit, met zijn eigen huis als set en met vrienden als cast en crew – Whedon-fans zullen vrijwel alle acteurs herkennen uit één van de series die hij produceerde, van Buffy via Firefly (2002) naar Dollhouse (2009-10).

Maakt dat de film zelf ook tot iets bijzonders? Niet helemaal – niet zo bijzonder, in ieder geval, als de jubelende Amerikaanse recensies zouden doen geloven. Maar de acteurs – immers gewend aan Whedons eigen verbositeit – weten goed raad met de Shakespeariaanse woordenstroom. De huiselijke setting biedt een humoristisch contrast met de grote woorden over koningen, oorlogen en strijders. En Whedons bescheiden mise-en-scène, waar desondanks enkele opmerkelijke beelden doorheen zitten, zet zowel de algehele luchtigheid van het stuk als de emotionelere momenten op scherp. Niet briljant; wel uiterst sympathiek en zeer vermakelijk.