Milky Way

Flieg auf!

Milky Way

Het unieke van de ‘ambient movie’ Milky Way ligt in de allereerste kijkervaring.

Men leest wel eens in de krant: diegenen die niet willen weten hoe het verdergaat, kunnen nu stoppen met lezen. Een recensent heeft de film al gezien en wil niet het plezier van zijn publiek vergallen door alvast belangrijke dingen uit het verhaal te vertellen. De spanning, wie is het, wat gaat er gebeuren, waar gaat het heen? Dat soort dingen. En zoals de wet van Alzheimer luidt: als je het al weet, is er niks meer aan.

Goed. Nu is er de film Milky Way (Tejút), van Benedek Fliegauf, een film van 82 minuten bestaande uit een openingsshot en negen andere shots. Geen camerabeweging, geen dialoog, geen acteurs, geen plot. Tien shots van een afstand, tien bewegende schilderijen met een soundtrack. Een ‘ambient movie’ noemt hij het zelf.

Je zou ook kunnen zeggen: een decatiek. Een tienluik. Eigenlijk een heel simpel idee. Een stilstaand vast kader, lang het shot aanhouden en wat handelingen laten zien, waarbij de één onverbiddelijk op de ander volgt. Wat is film nu meer? Vreemd dat het nog nauwelijks eerder is gebeurd. Het enige voorbeeld dat ik ken is Five (2003) van Abbas Kiarostami, maar in die vijf lange takes was duidelijk gesneden en de film was bovendien op gruwelijke YouTube-kwaliteit geschoten, duidelijk rijp voor de tl-verlichting van de kunstgaleries. Terwijl Milky Way toch echt alleen maar in het donker bewonderd kan worden.

Maar wat nu verder te vertellen, als u er nog heen moet? Iets zeggen is de hele film verruïneren, want het unieke ligt in de allereerste kijkervaring, het is als een reisverslag geven voordat je de reis moet maken. Daarom: wat nu volgt is een vrije loop van gedachten die weinig met de film te maken heeft en daardoor ook weinig verklappen kan:

‘Flikker, flikker, draaien, draaien, draaien, ik zie er één, ik zie er twee, daar is het licht, het licht, het licht, het wordt lichter, ik kan de tent uit, dag tent, maar de boot ligt stil, kinderwagens, treurige gevangenissen voor onbekwamen, laat toch lekker staan, juist, loop maar weg, bootje komt zo, eerst de fietsers, doen wat ze het beste kunnen: niet fietsen, maar springen als een bok over een steen, geen huis te bekennen, vogels, vogels, vogels, en weer die lijnen, overdwars dit keer, net als in het zwembad, waar de golven bewegen en het water klotst, die bejaarden toch, pakken plastic, vallend als uit een containeroverslag, geen kinderen in de haven van de mensenhandel, waar mensen als sneeuwpoppen in elkaar geflanst worden om later als krakkemikkige oma’s bij schommelstoelen ineen te storten, terugdenkend aan die nachten die ze dansend hadden doorgebracht bij de lichtjes van de havenkranen…’

Stop maar met lezen. Ga maar kijken. En Flieg auf!