Midsommar

Traumatische flashbacks tussen de bloemen

Midsommar

Ari Aster volgt Hereditary op met de meer psychologisch gelaagde horror van Midsommar. In een Zweedse, psychedelische idylle toont Aster in detail hoe de rituelen van een mysterieuze commune dienen als metafoor voor trauma en verlies.

In relatief korte tijd is Ari Aster uitgegroeid tot een van de meest prominente nieuwe Amerikaanse horrorregisseurs. Zijn speelfilmdebuut Hereditary (2018) werd door velen ontvangen als een van de engste horrorfilms ooit gemaakt en met opvolger Midsommar (2019) heeft hij een nog betere – maar niet per se engere – film gemaakt. Hoewel over de angstaanjagendheid van Hereditary natuurlijk valt te twisten, zijn talent voor verontrustende cinema kun je niet ontkennen. Hereditary is niet alleen eng door effectieve jump scares, griezelige beelden en andere klassieke schrikeffecten. Dit psychologisch gelaagde verhaal doet vooral macaber aan omdat Aster op zo’n pijnlijke manier de verdorven relaties tussen personen voelbaar maakt.

Sadistisch perspectief
Neem de openingsscène. Die glijdt door de maquette van een Amerikaanse gezinswoning, maar in een van de slaapkamers van het namaakhuis vliegt de deur gewoon open en loopt een vader naar binnen om zijn dochter wakker te maken. Het is alsof we dit gezin waarnemen vanuit een “alwetend, sadistisch perspectief”, zei Aster in een interview met filmsite Indiewire. De mensen lijken zo op “poppen in een poppenkast”. Het is Aster die vervolgens sinistere spelletjes met ze mag spelen.

Als deze begin-dertiger iets heeft bijgedragen aan het horrorgenre, dan is het dit sadistisch perspectief. Hij past een macabere filmstijl toe waarin de camera onheilszwanger maar desondanks haast onverschillig langs muren, over plafonds, door ramen en deuren glijdt, waardoor het toch allemaal iets koels en afstandelijks krijgt. Zo vangt Aster mensen in hun omgeving. In verstikkende ruimtes begint de alledaagse interactie te verzuren.

Trauma
Dat Aster voor deze stijl niet altijd een krap of griezelig huis nodig heeft bewijst hij met Midsommar. Daarin trekt een groepje jongeren naar hartje Zweden. Ruimte te over in de natuur, maar juist zo kom je erachter dat de krappe wanden van de poppenkast ook in je hoofd kunnen zitten. Voor student Dani (Florence Pugh) leek deze vakantie nog een goede manier om de spoken in haar hoofd even uit te bannen. En inderdaad, samen met haar vriendje Christian (Jack Reynor) en wat van zijn studievrienden wordt ze warm ontvangen door joviale en ietwat maf geklede Zweden die tijdens een meerdaags festival de Zonne­wende eren met allerlei rituelen. Die rituelen gaan over het vieren van het leven, over stilstaan bij de vele geschenken van Moeder Aarde. Ze doen Dani echter alleen maar denken aan de dood en aan haar eigen verlies. Zo beginnen haar trauma’s weer op te spelen en die nemen steeds concretere en verontrustender vormen aan.

Alle films van Aster gaan over trauma. Al in zijn eerste korte film gebruikt hij een schokkende gebeurtenis om de horror gewicht te geven. The Strange Thing About the Johnsons (2011) gaat over een doorsnee Amerikaans gezin met een pervers geheim. Een vader betrapt zijn zoon op masturberen. Maar dat is het probleem niet. Vader komt zelfs terug in de slaapkamer om zijn zoon dat uit te leggen. Dan onthult Aster wat zeker wel een taboe zal zijn: de zoon trok zichzelf af over een foto van diezelfde vader. In de twintig minuten die volgen wordt de seksuele relatie tussen vader en zoon steeds explicieter, maar nooit consensueel.

Bizarre horror
Problematische relaties tussen ouder en kind blijven terugkomen bij Aster. Hereditary begint met de dood van de moeder van Annie (Toni Collette), waarna blijkt welke macabere rol de overleden matriarch in het leven van haar (klein)kinderen heeft gespeeld. Een extreem bloederig auto-ongeluk stort het al getraumatiseerde gezin vervolgens in een nog veel helser scenario. Midsommar begint met de dood van Dani’s ouders. De recentelijk verweesde student heeft alleen Christian nog. Net daarvoor zien we hem met zijn vrienden bespreken dat hij de relatie wil verbreken. Natuurlijk komt precies op dat moment Dani’s telefoontje met het slechte nieuws. En precies dan zet Aster weer zijn grimmige poppenkastfilmstijl in: terwijl Dani huilend op de schoot van Christian ligt, zweeft de camera over hun hoofden, door een ruit in een ijzige sneeuwstorm.

Wicker Man
Die grimmige proloog is nodig om wat volgt te laten werken. Midsommar voelt als een sinistere verfilming van Alice in Wonderland, gecombineerd met de folkloristische horror van cultklassieker The Wicker Man (1973). De visuele stijl van het dorp lijkt dan weer meer op de mystieke Armeense en Oekraïense kerkomgevingen uit de films van Sergei Paradja­nov, die Aster aan zijn production designer liet zien voordat de set gebouwd werd. Door die rijkdom aan inspiratiebronnen, de weelderige natuur en Asters uitbundige beeldtaal lijken de visuele en narratieve mogelijkheden hier haast eindeloos: Midsommar zit vol inventieve wendingen, onverwachtse conflicten en onheilspellende visuele details. Wie het einde van Hereditary heeft gezien weet naar wat voor een bizarre horror Aster neigt. Midsommar brengt Aster op nieuw terrein en gezien de kwaliteit van deze psychedelische horror gaat het hem daar nog veel beter af.