Maria Montessori

De onderwijspionier en de courtisane

Maria Montessori

Inspirerend, meeslepend, perfect geacteerd en precies lang genoeg. Maria Montessori is een prettige verrassing – een ingetogen film die laat zien dat hedendaagse verworvenheden niet vanzelfsprekend zijn.

Je hoeft niet geïnteresseerd te zijn in of kennis te hebben van de Montessori-methode om je mee te laten voeren door Maria Montessori. Het speelfilmdebuut van Léa Todorov toont een periode in het leven van de beroemde onderwijspionier. Die werkt in Rome in een instituut voor kinderen met een verstandelijke beperking of autisme, die in die tijd ‘imbeciel’ werden genoemd, ook door Montessori zelf – al klinkt het Italiaanse ‘deficiente’ in de film net iets vriendelijker.

Tijdens de film komen we erachter dat Montessori en de andere vrouwen aan het instituut niet worden betaald voor hun werk. Alleen de directeur, tevens geliefde van Montessori en vader van haar kind, krijgt geld.

Het is een tijd waarin vrouwen voor elk recht moeten vechten: studie, aanzien, respect, onafhankelijkheid, geld, de beschikking over je eigen lichaam, leven en kind. Die ongelijkheid, net als de manier waarop kinderen die ‘anders’ zijn worden behandeld, is ongeforceerd in elke scène aanwezig. Het zit in hoe de kinderen ‘getrainde apen’ en ‘gedegenereerd’ worden genoemd, in de interacties tussen mannen en vrouwen (zelfs binnen de moderne relatie van Montessori en haar partner), in hoe moeders hun ‘deficiënte’ kinderen verbergen voor de buitenwereld en voor onmenselijke dilemma’s komen te staan.

Montessori ontmoet de beroemde Franse courtisane Lili d’Alengy, die naar Rome is gekomen om te voorkomen dat uitlekt dat ze een autistische dochter heeft. Ze probeert het meisje ondergebracht te krijgen bij het instituut, maar Montessori eist dat ze ook zelf met haar aan de slag gaat. D’Alengy vecht haar eigen strijd in een patriarchale samenleving: zij moet ervoor zorgen dat ze zo snel mogelijk financieel onafhankelijk is, voor haar kostbare schoonheid vergaat.

Beide vrouwen kiezen niet de weg van de minste weerstand – trouwen, kinderen krijgen en een leven leiden als aanhangsel. Ze weigeren eigendom te worden van een man, ze eisen respect en een plek in de samenleving. De film toont ze liefdevol in hun professionele leven, hun moederschap en ontluikende vriendschap. Vooral bijzonder zijn alle opnames in het instituut met indrukwekkende rollen voor kinderen en tieners met echte motorische of cognitieve beperkingen en sensorische problemen. Dat draagt enorm bij aan de geloofwaardigheid van de film en aan het ondergraven van vooroordelen die ook vandaag nog bestaan.

Ook het acteerwerk van Jasmine Trinca als Montessori en Leïla Bekhti als D’Alengy is uitzonderlijk. Ze weten hun innerlijke worstelingen subtiel te verbeelden en invoelbaar te maken. Het zijn gelaagde mensen die op intelligente wijze hun kwaliteiten aanwenden om zichzelf en anderen een beter leven te geven. Tussendoor leren we ook over de grondslag van de Montessori-methode – een bonus bij een uitgebalanceerde, geslaagde film.