Malcolm X

Lichtend voorbeeld voor jong en zwart Amerika

Malcolm X

Dead is beautiful, zo lijkt het. Een heel rijtje verscheiden grootheden werd recent geëerd met heiligenlevens. In Europa wordt dit de zomer van Malcolm X: naar de man vernoemde kledingzaken, biografieën, een opera, rapsongs, een (verfilmd) toneelstuk en nu dan de speelfilm van Spike Lee. Hoe is de relatie tussen heiligenleven en werkelijkheid?

Het levensverhaal van de zwarte activist Malcolm Little, alias Malcolm X, alias El Hajj Malik El-Shabazz, is intrigerend. Armoedige achtergrond, verzeild geraakt in de onderwereld, tijdens een gevangenisstraf tot de islam bekeerd, militant gezicht van de Nation of Islam (NOI), vervolgens in eigen kring verguisd, na een bedevaart naar Mekka verzoeningsgezind ten opzichte van blanken en op 39-jarige leeftijd voor de ogen van zijn vrouw en kinderen vermoord.

Levensbeschrijving, historische context en actualisering, plus de specifiek filmische vereisten, moeten een eenheid worden. Regisseur Spike Lee heeft X als een Lichtend Voorbeeld voor de huidige generatie van zwarte jongeren willen neerzetten en dat betekent automatisch het accentueren van goede eigenschappen. Er wordt een heiligenleven gecreëerd en daarmee wordt de werkelijkheid geweld aangedaan. Daar is niets op tegen: zonder heiligen, helden en hoeren zou de filmgeschiedenis een stuk saaier zijn en een film mag nooit met de werkelijkheid worden verward.

Zeepbellen
Dit neemt niet weg dat Lee het heeft doen voorkomen dat het om een getrouwe verfilming van X’s leven gaat, met het oogmerk een stuk geschiedenis aan zwart Amerika te willen teruggeven. Die pretentie is onjuist: sla er bijvoorbeeld de vlot geschreven biografische schets van X door Joost Hartog en Stephan Sanders op na, waarin een aantal zeepbellen worden doorgeprikt die in de film onverkort overeind zijn blijven staan – en overeind moeten blijven staan omdat het filmisch goed van pas komt.

Wie naar Malcolm X gaat moet dat doen om naar een amusementsfilm te kijken. Dat is geen negatieve beoordeling. Hollywood is geen Harvard. Bovendien: elke film schrijft geschiedenis, zo ook Malcolm X. Deze film zou zonder de huidige gebeurtenissen (Rodney King, rassenrellen, economische malaise, Zuid-Afrika) niet zijn gemaakt. De koppeling van X aan Mandela, aan het einde van de film, is daarvan een illustratie. Jong, zwart Amerika is op zoek naar aansprekende voorbeelden en deze film illustreert die zoektocht. Martin Luther King swingt te weinig, diens opvolger Jesse Jackson heeft het nét niet, Louis Farrakhan (de huidige zwarte moslimleider) is te sektarisch en omstreden. Prince’s ideologie van het bevrijdend orgasme verandert de wereld niet en Michael Jackson heeft inmiddels de verkeerde huidskleur. Blijft over: Malcolm X.

Moreel verval
Het voordeel van een bijna dertig jaar geleden overleden man is dat je hem ongeremd goede eigenschappen kunt toeschrijven, ja, een man kunt creëren die feitelijk nooit heeft bestaan: Malcolm X is dood, leve Malcolm X. “Door hem te eren, eren we onszelf”, wordt in de film gesteld. Ik vermoed dat er voor velen een ontnuchtering zal volgen, zoals voor X zelf toen hij ontdekte dat de door hem bijna pathetisch aanbeden NOI-voorman Elijah Mohammed corrupt en overspelig was. Lee verdient overigens respect voor de wijze waarop hij het morele verval van de Nation of Islam in beeld brengt. Daar is moed voor nodig.

Filmisch gezien valt er voor de liefhebbers genoeg te smullen in Malcolm X, al is het vooral tussen de regels door. Let op de blanke serveerster en zwarte officier in een zwarte dansclub: helemaal Fred Astaire en Ginger Rogers, maar dan de huidskleuren gespiegeld. Let ook op de moordenaar van Malcolm die pal voor de aanslag een gevallen pop opraapt en aan Malcolms dochtertje teruggeeft.

Denzel Washington excelleert als Malcolm X, zoals vrijwel de gehele cast overtuigt. Spike Lee is als Malcolms partner in crime Shorty in een van de hoofdrollen te zien. Autobiografisch is de scène waarin Shorty de inmiddels tot de islam bekeerde X opzoekt bij een van diens preken in de tempel. “Niets voor mij, veel te streng”, antwoordt Shorty/Lee wanneer X hem vraagt toe te treden. Met een omhelzing nemen ze afscheid van elkaar. Door middel van een gekunstelde omweg via Nelson Mandela komen ze in spirituele zin weer bij elkaar. Zo wordt aan een van Hollywoods voornaamste wetten voldaan: een held sterft niet.