Madame Claude

Van je vrienden moet je het hebben

Madame Claude

‘Vrienden’, noemde Madame Claude de mannen die haar sjieke bordeel bezochten. Niet klanten, niet cliënten; vrienden. Een geveinsde intimiteit. Een intimiteit die onderhandelbaar was. Een intimiteit die geofferd werd zodra andere belangen opspeelden.

Tegenwoordig kennen we haar niet meer, maar Madame Claude – echte naam Fernande Grudet – was in de jaren zestig en zeventig internationaal bekend als de vrouw die het sjiekste bordeel van Parijs leidde. Dat deed ze meedogenloos en altijd met één oog op de dertig procent die ze van elke transactie incasseerde, laat Sylvie Verheyde zien in het Netflix-drama Madame Claude.

Verheyde voert Grudet op als een vrouw die al vroeg besloot dat ze onafhankelijk wilde zijn in een wereld gerund door mannen. Juist door hen te geven waar ze het meest naar hunkerden: prachtige jonge vrouwen. John F. Kennedy zou tot haar vrienden behoren. Marlon Brando. Hooggeplaatste Franse bestuurders. Directeuren van grote bedrijven. Maar zelfs met een adresboekje dat las als de gastenlijst van een koninklijke bruiloft, zoals de Franse zender France24 het ooit verwoordde, was ze kwetsbaar. Ze werd getolereerd, zo lang het de macht uit kwam. Ze gebruikte de Parijse politie voor bescherming. De politie gebruikte haar. Later werd ze ‘gepromoveerd’ en werd ze door een Franse geheime dienst ingezet. Tot andere belangen opspeelden.

Niet dat Verheyde haar portretteert als een feminist of als voorvechter van onafhankelijkheid. Het was niet Foucault die haar inspireerde met zijn ideeën over seks en macht. Eerder Milton Friedman en de Chicago School of Economics. Grudet dacht altijd eerst en vooral aan zichzelf. Meiden die bont en blauw geslagen terugkwamen van een van de vrienden kregen een arm om zich heen, maar moesten wel eerst even die dertig procent inleveren. Haar dochter dumpte Grudet op jonge leeftijd bij haar moeder, zodat zij in Parijs een luxe leven kon leiden. De film is overigens dubbelzinnig over hoe Grudet dat ervoer: had ze verdriet over die keuze en verborg ze dat of kon het haar eigenlijk niet schelen? Praten over haar gevoel deed ze niet, hoor je haar in de film zeggen. Tijdverspilling. Het enige wat ertoe deed, was geld. “Een portret van een monster”, typeerde Verheyde haar film.

Is it, though? Binnen twee minuten serveert Madame Claude het eerste paar blote borsten en de film deinst eigenlijk geen moment terug voor de glamour, die hier eerder verhullend dan ontmaskerend werkt. De camera houdt van de jonge vrouwen en staat regelmatig naast het bed opgesteld.

Helemaal verrassend is dat niet. Met uitzondering van het semi-autobiografische Stella uit 2008 zijn Verheyde’s films vaak slechts twee stappen verwijderd van een crimi. Er is altijd een duidelijk mechanisme dat het verhaal voortstuwt. In Madame Claude is dat de groeiende afhankelijkheid van anderen om te overleven: eerst van grote spelers uit de Parijse onderwereld, dan van de politie en de geheime dienst. De spanning wordt opgevoerd maar helaas gaat dat ten koste van de emotionele diepgang. Op het moment dat Grudet zich slecht voelt, gaat ze naar huis om haar geld te tellen. Er moét meer achter de façade gezeten hebben. Overigens suggereert actrice Karole Rocher, een vaste waarde in Verheyde’s films, die diepgang wel in haar licht verbeten, melancholische spel. Maar de plot wuift het weg.


Madame Claude is nu te zien op Netflix.