Locke

Tom Hardy's onemanshow

  • Datum 18-09-2014
  • Auteur
  • Gerelateerde Films Locke
  • Regie
    Steven Knight
    Te zien vanaf
    01-01-2013
    Land
    Groot-Brittannië
  • Deel dit artikel

Hij houdt zich netjes aan de snelheids­limiet, maar van binnen kolkt en zoeft het bij het titelpersonage van Locke, een eenmansspel voor Tom Hardy.

Een bouwplaats, het eind van de werkdag. Voorman Ivan Locke (Tom Hardy) verwisselt zijn bouwlaarzen voor normale schoenen en stapt in zijn auto. Regisseur/scenarist Steven Knight neemt in de eerste minuten van Locke even de tijd om het interieur van de BMW te verkennen: de comfortabele bekleding, het display van de boordcomputer die automatisch verbinding maakt met Lockes telefoon, de bedieningsknopjes op het stuur. Niet voor niets: de volgende anderhalf uur plaatst hij ons in die auto. In Locke zijn we even opgesloten als het titelpersonage dat onderweg is naar zijn noodlot.
Via die boordcomputer belt Locke (Tom Hardy) gaande de rit heel wat af. Naar zijn vrouw en kinderen, om zich te verontschuldigen dat hij niet thuis komt. Naar zijn baas, om uit te leggen waarom hij de volgende dag niet aanwezig zal zijn bij de grootste betonstorting van Europa, een immense operatie waarvoor hij hoofdelijk verantwoordelijk is. Naar zijn medewerker Donal, die het over moet nemen en die Locke zo goed en zo kwaad als het gaat instrueert. En naar de paniekerige Bethan, met wie hij blijkbaar ooit een affaire had — de enige fout in het keurige leven van deze betrouwbare man.
Hardy draagt de film, zelfs door een maskerende baard, een verkoudheid en een onverklaarbaar maar passend Welsh accent heen. Die verkoudheid is overigens echt: Hardy was tijdens de slechts zes dagen durende opnames ziek. Iedere avond namen Knight en zijn crew de film twee keer integraal op, met Hardy in de auto en de rest van de cast, die alleen te horen is, samen telefonerend vanuit een hotelkamer.
Knight heeft de opbouw van dit personage en wat we van hem te weten komen knap geconstrueerd. Maar hij vliegt ook her en der uit de bocht. Lockes monologen tegen zijn onzichtbare dode vader op de achterbank zijn tenenkrommend (maar gelukkig schaars). En soms slaat Knight ons al te hardnekkig om de oren met zijn metaforen. Bijvoorbeeld wanneer Locke een tirade houdt over hoe beton de bedding van het gebouw is, en ieder klein scheurtje fataal kan zijn, terwijl hij zelf de bodem onder zijn leven ziet wegvallen.
Maar dat zijn uitzonderingen, en zelfs die momenten weet Hardy met zijn ingetogen, stoïcijnse spel te verkopen.

Joost Broeren