Buongiorno, notte, The Dreamers, Les invasions barbares en La meglio gioventú

Luchtfietsers zonder wekker

The Dreamers

De babyboom-generatie heeft de leeftijd van terugblikken bereikt. Bernardo Bertolucci (The Dreamers), Denys Arcand (Les invasions barbares), Marco Tullio Giordana (La meglio gioventù) en Marco Bellocchio (Buongiorno, notte) keren terug naar de jaren zestig en zeventig. Hoe staat het met het zelfbeeld van de babyboomers?

"Ik maak geen historische film. Ik wil de geest van ’68 maar ik wil geen reconstructie." Aldus Bertolucci (64) in een interview over The Dreamers. Vraag aan babyboomers wat ‘de geest van ’68’ was en hun ogen beginnen te glimmen.

Steevast komen de heldenverhalen, die beginnen met de jaren vijftig. Wat een benauwende tijd! Verstikkend! Spruitjeslucht! Autoritaire ouders! Sadistische onderwijzers! Elke dag naar de kerk! Een niet te harden sociale controle! Overal repressie! Seks? Als je naar een meisje keek, kreeg je al een preek van je vader. Het woord seks bestond trouwens niet. Men sprak over voortplanting.

Na deze proloog – nodig om wat komen gaat van de juiste glans te voorzien – komen de jubelverhalen over de jaren zestig. Wat een tijd! Vrijheid! Weg met de autoriteiten! Demonstraties! De revolutie stond op uitbreken. Het establishment – vergeten woord uit de jaren zestig – was in paniek. We demonstreerden tegen de oorlog in Vietnam. Johnson was een moordenaar, maar omdat we dat van de rechter niet mochten roepen, scandeerden we op protestbijeenkomsten John-son mo-le-naar. Geestig? In die tijd noemden we het ludiek. Heb ik het al gehad over de seksuele bevrijding? Wat was het heerlijk neuken in die tijd. Feministen waren er nog niet.

Elke generatie heeft zijn oorlogsverhalen. Als ze geen oorlog heeft meegemaakt, verzint ze er één. De babyboomers hebben van de jaren zestig een oorlogsepos gemaakt. Ze zien zichzelf als verzetsstrijders, die in een felle strijd verwikkeld waren met de gevestigde orde. In werkelijkheid volstond een klein zetje om de samenleving een nieuwe periode in te duwen. De tijd was er rijp voor. De protestgeneratie was het luidruchtige deel van een breed moderniseringsproces.

Elke generatie heeft behoefte aan een vormende mythe. Een Groot Verhaal dat het gevoel geeft bij een generatie te horen. Bij de oudere generatie bestond dat verhaal uit het dappere verzet van het kleine Nederland tegen het nazibeest. Bij de babyboomers vervullen ‘de jaren zestig’ deze rol. De mythe over het Nederlandse verzet in de Tweede Wereldoorlog is al lang ontmaskerd. Hoe zit het met ‘de jaren zestig’? Welk beeld doemt op uit The Dreamers, Les invasions barbares, Buongiorno, notte en La meglio gioventù?

Tirades
Houden babyboomers ooit hun mond dicht? Wat kan deze generatie ouwehoeren, pardon, ideologische debatten voeren. Als het woord vlees is geworden, dan wel in deze generatie. Rémy, de hoofdpersoon in Oscar-winnaar Les invasions barbares van Denys Arcand (62) is een exemplarisch voorbeeld. De ex-hoogleraar is terminaal ziek, maar nog staat zijn mond geen seconde stil. In het ziekenhuis in Montréal heeft hij het hoogste woord. Het spuien van opinies lijkt een reflex. Zoals een hond begint te blaffen als hij iets hoort, zo begint hij een polemisch betoog als een mens in zijn buurt komt. Niemand is veilig voor zijn tirades. Tegen een willekeurige verpleegster spuit hij zijn gal over een blinde vlek in het Amerikaanse collectieve geheugen. Weet zij dat de kolonisten in de zestiende en zeventiende eeuw vijftig miljoen indianen hebben vermoord? Miljoenen doden, waaraan ‘zelfs niet één holocaustmuseumpje’ is gewijd.

Je weet dat je gaat sterven en je windt je op over de Amerikaanse geschiedschrijving. Waarom wil Rémy nog steeds zijn polemische gelijk halen? Doet het er nog iets toe? De treurige waarheid is dat hij niet anders kan. Remy’s eindeloze woordenstroom is zijn enige houvast. Zonder woorden is hij verloren. Hij leeft in een verbaal universum. Stilte is zijn vijand. Dat geldt ook voor Theo, Matthew en Isabelle in Bertolucci’s The Dreamers, dat zich afspeelt in 1968 in Parijs. Tegen de achtergrond van het tumult op straat praten de in een driehoeksrelatie verwikkelde studenten elkaar de oren van de kop. Ze hebben het over film en politiek, maar nooit over zichzelf. Zegt het iets over babyboomers?

Kilte
Les invasions barbares is onbedoeld een grimmige film. Arcand wil dat wij ontroerd raken door de club familieleden en kennissen rond Rémy’s ziekbed, maar dat lukt niet met deze nare, kille mensen. Wilde Arcand stiekem afrekenen met de babyboom-generatie? Waarom zouden we van deze zelfingenomen mensen houden? Het ergste is Rémy. Zijn hele leven heeft hij zijn pik niet in bedwang kunnen houden. Koketterend noemt hij zich ‘een socialistische, hedonistische geilaard’. Later heeft hij het over ‘een sensuele socialist’. Lege woorden. Vijftien jaar geleden vond zijn vrouw het genoeg en scheidde ze van hem. Met twee ex-minnaressen staat zij nu aan zijn sterfbed. Waarom? Niemand is uit liefde gekomen. Waarschijnlijk dreef medelijden hen.

Dat geldt zeker voor Rémy’s enige zoon Sébastien, een steenrijke beurshandelaar in Londen. Vader en zoon kunnen elkaar niet luchten of zien. Sébastien ziet zijn vader als een mooi pratende egoïst. Rémy noemt zijn zoon een ‘puriteinse kapitalist’ – dieper kan een mens in de ogen van de babyboomer niet vallen. Hij dankt het wel aan zijn zoon dat hij een betere kamer krijgt in het ziekenhuis. Ook zorgt Sébastien ervoor dat hij illegaal morfine krijgt. Ook regelt hij dat zijn vader temidden van zijn ‘dierbaren’ kan sterven in een mooi huis. De ‘puriteinse kapitalist’ laat zijn vader niet aan zijn lot over, maar een blijk van waardering kan er bij zijn vader niet af. Rémy behoort tot de mensen die hun gevoelens zo lang hebben verborgen achter ironie en cynisme, dat er niets meer van over is. Achter de façade staren we in een gapende leegte.

Schlagers
Rémy en de babyboomers om hem heen komen uit de tijd dat ‘alles moest kunnen’. Het huwelijk was een benauwde vesting. Hoe meer seksuele ervaringen, hoe rijker het leven. Waarom de liefde niet bedreven buiten de echtelijke sponde? Weg met de burgerlijkheid, iedereen maximaal genot! Maar hoe liefdevol was de vrije liefde? Was het meer dan een legitimatie om rond te kunnen neuken? "Op een kind zal het wel een gore indruk hebben gemaakt, maar wij noemden het seksuele bevrijding", zegt Rémy in een zeldzaam moment van zelfreflectie. Woog het plezier op tegen het aangerichte verdriet? Les invasions barbares toont de puinhoop die Rémy’s seksuele bevrijding heeft opgeleverd. Is er een begrip dat meer misverstanden heeft opgeroepen?

The Dreamers keert terug naar de oertijd van de seksuele bevrijding. Terugblikkend zien we de kiem van het misverstand over de vrije liefde. Theo, Matthew en Isabelle denken dat zij zonder verplichtingen van elkaar kunnen houden. Terwijl ze denken dat ze gelukkig zijn, zien wij Matthew steeds ongelukkiger worden. Het staat van het begin af aan vast dat de driehoeksverhouding zal mislukken. Toegegeven: dat is onvermijdelijk in deze film, omdat Theo en Isabelle broer en zus zijn. The Dreamers is een incestueuze versie van François Truffauts Jules et Jim. Net als in die film kijken we naar drie naïevelingen, die de liefde naar hun hand denken te kunnen zetten. Natuurlijk betalen ze een prijs voor hun romantische luchtfietserij.

Een leven bouw je niet op de moraal van schlagers", zegt Sébastiens vrouw in Les invasions barbares tegen Rémy. Haar ouders hadden de mond vol van liefde, maar gingen wel scheiden. Voor het eerst heeft Rémy geen weerwoord. Even lijkt hij te beseffen dat vooral kinderen onder echtscheiding lijden. Even lijkt de narcist zich in zijn zoon te kunnen verplaatsen. Het is snel voorbij. Zijn woorden vullen alweer de kamer.

Ismes
Babyboomers zijn de generatie van de vergissingen; de generatie die overal bakzeil haalde. De vrije liefde bleek niet te bestaan, maar echtscheiding wel. Naast een slagveld in de liefde richtten zij een ideologische puinhoop aan. Waar komt de liefde van de babyboom-generatie voor ‘ismes’ – het liefst totalitaire – toch vandaan? In Les invasions barbares memoreren Rémy’s vrienden rond zijn sterfbed alle ‘ismes’ uit hun leven: marxisme-leninisme, maoïsme, socialisme, situationisme, structuralisme, deconstructivisme en existentialisme. "Is er één ‘isme’ dat we niet hebben aanbeden?", vraagt een van hen retorisch.

De liefde voor ‘ismes’ moest wel leiden tot ontsporingen. Een tragisch voorbeeld is de ontvoering van Aldo Moro door de Rode Brigades in 1978 in Italië. Marco Belocchio (64) schetst in Buongiorno, notte de relatie tussen de ontvoerders en Moro. Na vijfenvijftig dagen gevangenschap werd de leider van de Christen Democratische Partij vermoord. Belocchio legt de nadruk op de irrationele denkwijze van de terroristen, die niet zien dat de ontvoering politiek contraproductief is. Ze reageren oprecht verbaasd als de hele Italiaanse samenleving zich geschokt toont. "Waarom komen de arbeiders niet in opstand?", vraagt een van hen zich af. Toekomstige historici zullen de daad op waarde weten te schatten, denken ze: "Wat vandaag ondenkbaar krankzinnig en onmenselijk lijkt, zal later worden beschouwd als heroïsch."

Moro moet worden gedood omwille van de klassenstrijd. Dat hij een aardige vent is doet er niet toe. Het doel heiligt alle middelen, zegt de leider. "Er zijn geen grenzen in een revolutie. Alles is toegestaan. Zelfs het vermoorden van je moeder in naam van de proletarische overwinning." Een van de terroristen maakt zich drukker om een door een kat bedreigde kanarie dan om het leven van Moro.

Figuranten
Met een verleden van ideologisch onbenul en grenzeloze naïviteit over seks en liefde heeft de babyboom-generatie geen reden zich op de borst te slaan. Zou je denken. In werkelijkheid ziet men zich als de idealistische generatie, die op de bres stond voor vrijheid. In de woorden van Bertolucci: "Er was een mate van hoop in jonge mensen die we niet eerder hadden gezien en ook niet meer zouden zien. De poging om in de toekomst en de vrijheid te duiken was geweldig. Het was de laatste keer dat er zo iets idealistisch en utopisch is gebeurd."

Moeten we onder de indruk zijn? Het idealisme en utopisme van de babyboomers stond een onbevooroordeelde blik op de werkelijkheid in de weg. Men steunde totalitaire regimes en verheerlijkte leiders als Mao en Castro. Er heerste intellectuele luiheid en zelfgenoegzaamheid. Een voorbeeld ervan is Theo in The Dreamers. In een discussie met Matthew betoont hij zich lyrisch over de Culturele Revolutie in China. Hij ziet Mao’s sprong voorwaarts als een geweldige epische film, waarin de massa nu eens niet met geweren maar met boeken loopt. Matthew, de verstandigste van de drie, corrigeert hem: valt het Theo niet op dat iedereen met hetzelfde boekje zwaait? Ze hebben allemaal Mao’s rode boekje. Theo’s epische film is een door Mao geregisseerd spektakel met uitsluitend figuranten.

Ook in La meglio gioventù van Marco Tullio Giordana (53) maakt idealisme blind. Babyboomer Matteo ontvoert uit woede over de slechte behandeling een psychiatrische patiënte uit een inrichting. Zijn impulsieve daad leidt tot niets, uiteindelijk belandt de vrouw in nog slechtere omstandigheden.

Bertolucci betreurt dat het utopisme van de babyboomers is verdwenen. Het ontneemt jongeren "de kans deel uit te maken van grote ambitieuze dromen over de verandering van de wereld". Heeft de wereld niet genoeg geleden onder grote dromen? Het is tijd om wakker te worden.