Kill It and Leave This Town

Terug naar Łódź

Kill It and Leave This Town

Herinneringen van Mariusz Wilczyński aan zijn opgroeien in Łódź vormen de basis van de animatie Kill It and Leave This Town. In een volstrekt unieke stijl wisselen melancholie en liefde en haat voor het rauwe leven in de stad elkaar af.

Soms doen autobiografische gegevens van een filmmaker ertoe. Wie niet weet dat Mariusz Wilczyński in 1960 in Łódź is geboren, zal veel ontgaan in Kill It and Leave This Town. Niet alleen speelt de filmmaker zelf een rol in de animatiefilm, maar hij ademt ook de sfeer van de communistische periode.

De wijsheid dat vriendelijkheid geen geld kost, is duidelijk niet doorgedrongen tot het communistische Łódź. Een winkelbediende poeiert een klant af (“Ik ben bezig”), een kioskmedewerker gooit het luik dicht als iemand een kop koffie wil kopen en een hysterische moeder foetert haar kleuter uit die in de modder is gevallen (“Wacht maar tot we thuis zijn!”).

Welkom in Kill It and Leave This Town, waarin we de stank van walmende schoorstenen bijna kunnen ruiken. Tussen de stadsbeelden door zien we flarden van Wilczyński’s jeugd met een kibbelende vader en moeder. Het gezellig met diaplaatjes vertellen van een sprookje bij de kerstboom door zijn vader, mondt uit in gekibbel met zijn moeder als de projector vastloopt.

Maar Kill It and Leave This Town, dat opgebouwd is uit zwart-wittekeningen die soms in droomachtig licht baden, is meer dan de verbeelding van het leven in de communistische periode. De film vertelt geen strak verhaal, maar weerspiegelt de onontwarbare kluwen van herinneringen, gevoelens en gedachten in Wilczyński’s hoofd. Melancholie is de overheersende stemming. “Je bent zo jong en toch al zo droevig”, zegt een man in een trein tegen een jonge Wilczyński.

De bitterzoete (blues)muziek van de overleden Poolse muzikant en zanger Tadeusz Nalepa past perfect bij die stemming. Aangrijpend is de scène waarin de filmmaker zijn doodzieke moeder bezoekt. De sfeer is ongemakkelijk. Hij kan niet omgaan met haar gevoelens van verlatenheid (“Ik ben eenzaam als een uil”) en neemt snel afscheid. Later zien we een rouwkrans in het water drijven. “Kijk papa, wat een mooie band ik heb gevonden”, roept een jochie enthousiast tegen zijn vader aan de kant als hij op de rouwkrans drijft. Ja, Wilczyński houdt ook van schurende humor.