GOOD MEN, GOOD WOMEN

Het dubbele leed van oorlog en eenzaamheid

  • Datum 24-11-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films GOOD MEN, GOOD WOMEN
  • Regie
    Hou Hsiao-hsien
    Te zien vanaf
    01-01-1995
    Land
    Taiwan
  • Deel dit artikel

Annie Shizuka Inoh (r): gangsterliefje in nachtleven van Taipei

In zijn meest recente film gaat de Taiwanese regisseur Hou Hsiao-hsien verder als croniqueur van de turbulente geschiedenis van Taiwan. Good men, good women is bovendien een fascinerende combinatie van het tragische levensverhaal van een verzetsstrijder in de jaren veertig en vijftig en de hedendaagse grote stads-blues die de laatste jaren in het Verre Oosten school heeft gemaakt.

Pas na een half uur geeft de film iets van zijn geheimen prijs. Tot dan toe waren lange shots te zien die veel vragen oproepen. De camera dwaalt door een modern ingericht appartement. De telefoon gaat over terwijl Liang Ching wakker wordt en opstaat. Ze leest haar gestolen dagboekfragmenten die een onbekende haar per fax toestuurt. We zien haar in een ruigere periode van haar leven, als ze voor de spiegel de liefde bedrijft. En er zijn historische beelden van een jonge vrouw — dezelfde vrouw? — die met haar aanstaande echtgenoot besluit mee te vechten in de oorlog tegen Japan.
Het verband tussen deze drie episodes blijft schimmig. Maar dan klinkt de stem van Liang Ching: uit haar woorden blijkt dat ze actrice is en repeteert voor Good men, good women, een film over Taiwanese verzetsstrijders in de jaren veertig en vijftig. De jonge vrouw die zij speelt, maakt deel uit van een groep jonge intellectuelen. Nadat zij in China tegen de Japanse overheersing hebben gevochten, proberen ze in Taiwan oppositie te voeren tegen het nationalistische regime. Ze krijgt een kind en haar man sterft door de staatsterreur.

Trilogie
Dit thema is vertrouwd terrein voor Hou Hsiao-hsien, een van de belangrijkste wegbereiders van de Taiwanese New Cinema die vanaf de jaren tachtig van zich deed spreken. Maakte Hou aanvankelijk kleinschalige familiedrama’s, zijn recente werk speelt zich af tegen de achtergrond van de Taiwanese geschiedenis van deze eeuw. Het familieportret City of sadness (1989) speelt zich af in eerste vier na-oorlogse jaren; in The puppetmaster (1993) maakt een poppenspeler het grootste deel van deze eeuw aan den lijve mee. Hou’s laatste werk kan worden beschouwd als het derde deel van een trilogie over de Taiwanese geschiedenis. De film die in Good men, good women op stapel staat, beslaat de turbulente Chinees-Taiwanese relatie vanaf de Tweede Wereldoorlog tot en met de jaren vijftig.
Maar er is meer. Inmiddels is er een nieuwe generatie cineasten opgestaan in het Verre Oosten en Hou heeft zich zichtbaar door hen laten inspireren. Liang Ching is net zo’n jonge, ontwortelde vrouw als de personages uit films van bijvoorbeeld Tsai Ming-liang (Vive l’amour) of Wong Kar-wai (Chungking Express). Hou geeft met zijn eigen stijl treffend vorm aan de grote stads-blues waar de Aziatische filmhelden tegenwoordig mee geïnfecteerd zijn. Voor het eerst geeft Hou zijn visie op hedendaags Taiwan, maar Hou zou Hou niet zijn als hij het heden niet weet te verbinden met het verleden.

Prachtig lijden
Liang Ching doolt vereenzaamd rond in de metropool Taipei. Ze hangt wat rond in haar huis en heeft banden met mafiosi die zich ophouden in obscure nachtclubs. Ooit was ze het drugsverslaafde vriendinnetje van een gangster, die door een liquidatie om het leven is gekomen. Terwijl ze zich voorbereidt op haar filmrol, heeft ze contact met haar zwager, die betrokken is bij een malafide bouwproject. Met zijn lang aangehouden shots — meestal slechts één per scène — laat Hou zijn hoofdrolspeelster prachtig lijden aan de liefde en het leven. Hoezeer gevoelens kunnen verschralen toont hij bijvoorbeeld door haar intieme dagboekfragmenten dagelijks door zoiets onpersoonlijks als een fax uit te laten spugen.
Hou’s vertelstijl is bijzonder impliciet. De scènes uit het leven van de verzetstrijder moeten zich wel voor het geestesoog van de actrice voltrekken, want pas aan het slot van Hou’s film beginnen de opnames. Maar dan nog blijft het onduidelijk hoe de voorbereiding voor haar rol samenhangt met haar persoonlijke leven. Er zijn overeenkomsten tussen Liang Ching en de rol die ze moet spelen — er is sprake van zwangerschap, beide minnaars worden vermoord — maar Hou maakt er geen hecht afgeronde verhalen van. Toch missen de verhaallijnen die aangenaam mysterieus met elkaar vervlochten zijn, hun uitwerking niet. Het politieke leed van de verzetsstrijder en het meer existentiële leed van de actrice gaan een krachtig verbond met elkaar aan. Het resultaat is een mooie, verstilde film over het bewogen leven van twee vrouwen, verenigd in één dolende ziel.

Pieter Bots