Fisherman’s Friends

Echte kerels zingen en zuipen

Een yuppie ontdekt een traditioneel vissers­koor en bezorgt ze hun grote doorbraak in deze losjes op ware gebeurtenissen gebaseerde feelgood-film.

Het is echt gebeurd – zo’n beetje. De Fisherman’s Friends, een amateurkoor van zeemannen uit Port Isaac, Cornwall, werden in 2010 bij toeval ontdekt door een deejay. Een platendeal, tv- en live-optredens en nationale roem volgden. De Friends zingen nog altijd hun sea shanties – aanstekelijke traditionele vissersliederen van het type ‘allemaal inhaken’, zoals het ook hier bekende ‘What Shall We Do with the Drunken Sailor?’ – ‘Put him in a bunk with the captain’s daughter’, luidt een van de coupletten; de teksten zijn van voor #MeToo, zullen we maar zeggen.

In deze losjes op de werkelijkheid gebaseerde film nemen alleen jonge, gestresste stadsmensen aanstoot aan dat seksisme. Die wonen in Londen en leven voor hun baan, ze zijn hip en multiculti maar asociaal, ze kennen geen gemeenschapszin. Muziekproducent Danny (Daniel Mays) is de intermediair die dit soort verhalen altijd nodig hebben om op gang te komen. Hij woont alleen in een ijselijk lege luxeflat en vindt monogamie “iets voor pinguïns”, totdat hij op een vrijgezellenweekend in Port Isaac wordt gedropt. Daar hoort hij de Fisherman’s Friends zingen en raakt hij gecharmeerd van alleenstaande moeder Alwyn (Tuppence Middleton). Te gast in haar bed & breakfast krijgt Danny bij wijze van wekker een glas water in z’n gezicht, en prompt is hij verliefd.

Groot obstakel vormt nog wel Alwyn’s vader Jim, die met zulke bezitterige ogen naar zijn dochter loert dat je er ongemakkelijk van wordt. Uiteindelijk blijkt Jim slechts overbezorgd vanwege eerdere romantische kwetsuren, maar acteur James Purefoy schmiert hem onbedoeld naar duistere hoogten. Zo wringt er wel meer in Fisherman’s Friends. Port Isaac komt met z’n gierende wind, steile rotstrappen en macho pubcultuur niet erg paradijselijk over. Mannen zijn er helden die de buit binnenhalen, vrouwen vouwen de was en tappen het bier. Vreemden worden gewantrouwd. Een goeie grap is met z’n allen toekijken hoe iemands auto door opkomende vloed in zee verdwijnt.

De film wordt gered door hoofdrolspeler Daniel Mays, van wiens ogenschijnlijk naïeve gezicht en volstrekt open speelstijl regisseur Mike Leigh eerder goed gebruik wist te maken. Danny is een geloofwaardige lieverd. Te lief voor Port Isaac, eigenlijk.