Dinner in America

Hij het ritme, zij de melodie

Dinner in America

Een punker met de politie op de hielen en een nerdy buitenbeentje vallen voor elkaar, en precies waar zij elkaar vinden valt ook in de film om hen heen alles op zijn plek.

De titel doet misschien de zoveelste food film verwachten, maar Dinner in America zwenkt een heel andere kant op – een nihilistisch coming-of-age liefdesverhaal, zoiets. Toch wordt de film wel degelijk gestructureerd door vier maaltijden. De eerste en de laatste vinden plaats in instituten, met onooglijke substanties geserveerd in van die metalen vakjesborden. De twee middelste maaltijden zijn copieuze familiediners in verstikkende voorsteden.

Simon (Kyle Gallner), die als voorman van zijn punkbandje de artiestennaam John Q. Public draagt, weet maar al te goed waar hij zich het meest thuis voelt. Niet aan de dis met het gezinnetje. Keurig opzitten voor zijn eigen pa en ma of die van een vriendin? Dan liever de hele boel in de hens.

Simons nihilistische houding bepaalt de energie van de eerste akte van Dinner in America. Dat werkt meeslepend, maar stoot je als kijker ook een beetje af. Daar komt verandering in wanneer hij het nerdy buitenbeentje Patty (Emily Skeggs) ontmoet. Op school zou hij haar waarschijnlijk genegeerd of zelfs getreiterd hebben, maar door wat verwikkelingen raken hun levens verbonden. Daar blijken ze beiden van op te fleuren – als yin en yang, tegenpolen die elkaar nodig hebben om overeind te blijven. Of misschien is hij het ritme en zij de melodie. Vanaf dat punt krijgt de film vleugels, met een aanstekelijke mix van punk-nihilisme en jeugdige onschuld.

Wie al in de stemming wil komen kan op diverse kanalen terecht voor ‘Watermelon’, het liedje dat regisseur Adam Rehmeier en hoofdrolspeelster Skeggs speciaal voor de film maakten. De poppunk-knaller is een oorwurm van jewelste. Als de energie van die song je bevalt, zit je ook goed bij Dinner in America.