DIE HARD 4.0

Die kale kop met die grijns. Heerlijk

  • Datum 03-11-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films DIE HARD 4.0
  • Regie
    Len Wiseman
    Te zien vanaf
    01-01-2007
    Land
    Verenigde Staten
  • Deel dit artikel

Het mooie van Wilsman is dat hij altijd maar blijft leven. Ook in die hard 4.0: geen gezeik, effectief en altijd met een twist op het eind.

Vet! John McClane is terug. Mijn favoriete superheld. Ik had het nooit zo door, ondanks vijfentwintig keer kijken, maar er moet iets met hem gebeurd zijn in die Japanse Toren. Was het het glas waar hij doorheen liep? Waren het de ontploffende computers? Of toch misschien de liftschacht? Was het een stofje, een verzameling moleculen? Niemand weet het, maar één ding is zeker: Wilsman is terug! Waar een Willis, is een weg.
Sinds zijn eerste avontuur is Wilsman namelijk onverslaanbaar. Hij heeft geen plan, loopt simpelweg de gevaarlijkste situaties in, schiet en rolt wat, overleeft dat met een paar wonden en schrammen, schreeuwt zijn toverspreuk Yippie KJ moederneuker, maakt een lollige dooddoener en is weer weg. Niet kapot te krijgen, die Wilsman. Een ideale superheld. Vocht hij in zijn tweede avontuur die harder nog doodleuk op een vleugel van een vliegtuig, spoot hij in het derde deel nog metershoog uit een fontein, wat er nu toch allemaal met hem gebeurd, twaalf jaar later!
Wilsman is ook ineens flink uit de kluiten gegroeid, alsof hij in de tussentijd alleen maar gevochten heeft. Wilsman weet wie hij is, wat hij kan: in situaties dat het tegenzit, als hij bijvoorbeeld door een straaljager wordt achtervolgd terwijl hij zelf met een tientonner op een klaverblad rijdt, van alle kanten beschoten wordt, zijn dak verliest en ternauwernood de aanhanger kan rechthouden, waarna hij zichzelf moed in moet praten door zinnen te zeggen als: "Oh, je wilt het moeilijk maken, hè, je dacht dat dit nog niet genoeg was, ha, nou, kom maar op!" Om vervolgens de hele zooi in de soep te rijden en uit het vuur weg te lopen.

Olifant
Niemand kan die zinnen beter uitspreken dan Wilsman. Die kale kop met die grijns. Heerlijk, zoals hij het liefje van de schurk van dit deel, luisterend naar de ongelofelijke naam Olifant, in de schacht heeft geflikkerd, hem opbelt en zegt dat ze nu even niet naar de telefoon kan komen omdat ze dood met een SUV in haar reet op de bodem van een lift ligt. Heerlijke gevechten ook, geen gezeik, effectief en altijd met een twist op het eind, waarin Wilsman een object vindt, of een trucje uit zijn hoge hoed tovert, vaak ook met een kopstoot, waardoor hij blijft leven. Want dat is het mooie van Wilsman: hij blijft altijd maar leven.
Zolang je hem maar bedreigt en opsluit, want dan komt Wilsman in actie. Als je hem zijn vrije gang laat gaan in het burgermansleven, beetje kletsen met zijn dochter, dan sterft hij al snel af, als een vacuüm getrokken kasplantje. Misschien een idee voor het volgende deel? die fast! Denk het niet: in één was het de toren, in deel twee het vliegveld en vliegtuig, in deel drie het raster van New York en in deel vier eigenlijk heel Amerika, dus het wachten is op het moment dat Wilsman de hele wereld gaat redden. Dat zou pas vet zijn! Ga zeker kijken.

Mike Naafs