DE VIER ELEMENTEN

De mooiste zwijger van Portugal

  • Datum 18-02-2011
  • Auteur
  • Gerelateerde Films DE VIER ELEMENTEN
  • Regie
    Diverse regisseurs
    Te zien vanaf
    01-01-1970
    Land
    Portugal
  • Deel dit artikel

Op mijn verjaardag

Hij was te laat, maar het wachten blijkt niet voor niets. Het Portugese vierluik Os quatro elementos, ofwel De vier elementen, is nu compleet. Toen vorig jaar drie van de vier elementen op het Filmfestival Rotterdam werden vertoond, was alleen de aarde van João Mária Grilo nog niet gereed. Die film is nu ook klaar, en het blijkt de mooiste uit de serie te zijn.

Er is nog een reden om het Grilo niet kwalijk te nemen dat zijn film wat later klaar was. Hij was er namelijk niet bij, toen een stel filmmakers in een café in Lissabon besloten om een vierluik over de vier elementen te maken. Aanvankelijk zou Pedro Costa het element aarde voor zijn rekening nemen. Hij haakte echter af en Grilo nam het van hem over. De overige drie cafégangers waren João Botelho (lucht), Joaquim Pinto (vuur) en de iets oudere João César Monteiro (water). Binnen de hechte Portugese filmfamilie, gewend om uiteenlopende bijdragen te leveren aan elkaars films, kan een dergelijk collectief project goed gedijen.
Niet dat die vier elementen er overigens veel toe doen. Het is eerder een globale overeenkomst in sfeer en beeldtaal, waarin nationale trekjes vallen aan te wijzen, die de vier films tot een eenheid maken. Inhoudelijk lijken de vier elementen niet meer dan een aardige vondst van de regisseurs en een sluwe zet van Portugals meest gevierde producent, Paulo Branco, om de films aan de televisie te slijten. Het staat chic en bij de tv zijn ze nu eenmaal gek op ‘seriematig drama’. Er is ook geen enkele reden om de films in de aangegeven volgorde (aarde, lucht, vuur, water) te bekijken, ze zijn volledig autonoom. Bij drie van de vier films is het betreffende element wel aanwezig, maar gaat het eigenlijk ergens anders over. Eén film zit vol met expliciete verwijzingen naar zijn element, en die is mislukt. Die gaat namelijk nergens over.

Zelfmoordenaar
In vuur en vlam (Das tripas coracão) van Joaquim Pinto barst van het rood. Een twintigjarige tweeling, broer en zus, gaat aan de slag bij de brandweer. Hij wordt verliefd, zij wordt gek. Het meisje hoort in haar hoofd vuur knisperen, alleen als een man haar kust verdwijnt het geluid. Als dit enige betekenis heeft, weet Pinto die goed verborgen te houden. Eerder maakte hij het aanstellerige Onde bate o sol, de meest impliciete film over homoseksualiteit ooit gemaakt. Dat was te hermetisch, dit is juist te open, te plat. In vuur en vlam is even onbeholpen en nietszeggend als de twee hoofdrolspelers.
Het water van de Taag lokt de zelfmoordenaar in De laatste duik (O último mergulho) van João César Monteiro. Een oude zeeman leidt een even levensmoede jongeman langs nachtelijke lokalen en feesten in de havenbuurt. Wie van Herinneringen aan het gele huis hield, wordt niet teleurgesteld: het is dezelfde stuurloze, maar aangename melancholie en treurigheid. Monteiro improviseerde zijn scènes bij elkaar in twee weken tijd. Aardig detail is dat de schier eindeloze, dubbele sluierdans, die niets met de rest te maken had en zelfs het Rotterdam-publiek op de stoelen deed schuifelen, achteraf uit de film is verwijderd. Er was ook een praktisch argument: nu voldoet De laatste duik aan de tv-eis dat de films maximaal een uur mogen duren.
João Botelho bevestigt met zijn bijdrage aan de serie het grote talent dat hij al eerder liet zien, bijvoorbeeld in de prachtige, curieuze Dickens-bewerking Tempos dificeis. In Op mijn verjaardag (No dia dos meus anos) neemt hij een bijna zevenjarig jongetje als hoofdpersoon. Van de vele vragen die de jongen bezighouden is het mysterie van zijn vaders afwezigheid het meest onoplosbaar. Op zijn verjaardag zal alles duidelijk worden. Botelho raakt een gevoelige snaar en houdt zich aan de erecode van de Portugese cinema: men zwijgt op het cruciale moment en wordt nimmer sentimenteel. Lyrisch maar beheerst is Botelho’s film, en op zich al een rechtvaardiging van de serie.

Binnenland
Het pronkstuk is echter de film van de relatief onbekende Grilo, die nieuwsgierig maakt naar diens drie voorgaande films. Het einde van de wereld is gebaseerd op een waar gegeven: oude eenzame boer slaat in vlaag van ruzie buurvrouw dood met houweel, wordt veroordeeld tot veertien jaar gevangenis en keert daarna terug naar zijn huis, ver weg in het verlaten Portugese binnenland. Grilo maakte een bescheiden film, hij heeft nauwelijks iets nodig voor zijn hechte constructie. Toch weet hij de band met de aarde en de teloorgang daarvan voelbaar te maken.
In de eerste tien minuten van de film wordt de moord gereconstrueerd, in een fascinerende elliptische beweging rond gebeurtenis en verhoor. Geen van beide zien we echt, ze vullen elkaar niet aan en toch vormen ze samen een geheel. De kunst van het weglaten bereikt hier een hoog niveau. Hoofdrolspeler José Viana is de mooiste zwijger van Portugal, en dat zegt wat.
In het slotbeeld geeft hij het abstracte begrip vergankelijkheid gestalte door op een verlaten landweg richting horizon te lopen. In het donker wordende beeld beweegt eerst alleen nog zijn witte tas, dan zijn schommelend silhouet tegen de avondlucht en tenslotte verdwijnt zijn gestalte in het duister. Zo eenvoudig kan het zijn.

Mark Duursma