De hel van ’63

'Schaats in knie bij Warns, gekramd'

De hel van ’63

Alle sentimenten die bij de Elfstedentocht horen, worden beroerd in het heldenverhaal De hel van ’63 van Steven de Jong.

Kijkers naar De hel van ’63 zullen in twee kampen uiteenvallen: zij die de tranen in de ogen springen zodra het woord Elfstedentocht valt, en zij die wel klaar zijn met het folkloristische gehalte ervan.

De hel van ’63 is bedoeld voor degenen die hun schaatsen al aan het slijpen zijn zodra de eerste nachtvorst is gemeld, die ’s winters koortsachtig de weerberichten bijhouden, die de geur van de vorst en het geluid van afzettende ijzers het mooiste vinden wat er is. De wereld verandert een beetje vanaf het ijs gezien, uiteraard ten goede, en dat is precies het schitterende gevoel waar de Friese regisseur Steven de Jong (Kameleon) in zijn film op aanstuurt, met alle middelen die in zijn macht liggen.

Van de stilte op het ongenaakbare ijs is in de film weinig sprake: De hel van ’63 wil niet het serene schaatsgevoel zelf oproepen maar juist alle commotie eromheen. Niet voor niets koos De Jong voor de meest dramatische tocht ooit gereden, die van 1963 toen er vanwege extreme kou en een harde noordnoordoostenwind van de tienduizend toerrijders maar 69 de eindstreep haalden. Hongerklop, hallucinaties, bevroren ogen en geslachtsdelen: De hel van ’63 smult ervan.

Kruisje
De hel van ’63 stapelt drama op drama, met wat wegpinkmomenten, maar heeft wel degelijk ook een authentiek gehalte. Toerrijder George Schweigmann, die in 1963 als laatste binnenkwam, kreeg een week na de finish de enquêtes terug van alle toerrijders met een kruisje, die daarin hun ervaringen kwijt konden (zelf schreef Schweigmann op de vraag “Heeft u lichamelijk ongemak gehad?”: “Ja, schaats in knie bij Warns, gekramd.”) Die enquêtes hebben de scenaristen van de film weer als bronmateriaal gebruikt.

Ook de persoonlijke verhalen van toenmalig gymnastiekleraar en nu legendarisch schaatscoach/chef de mission Henk Gemser zijn gebruikt om de authenticiteit te verhogen. In de film wordt verder op gezette tijden archiefmateriaal ingezet dat altijd opnieuw weet te ontroeren. Ook de route is goed te volgen door het gebruik van een landkaart die de tocht begeleidt. De gesloten cultuur van het Elfstedenbestuur, die zwichtte voor de druk van de media, is uitstekend gevangen.

Jammer is de miscast van BN’ers Chris Zegers (bij wie de schaatstraining door Gemser weinig heeft geholpen) en Chantal Janzen, die alleen maar een klagend vrouwtje moet spelen die aan het bevallen is. Lourens van den Akker als boerenzoon en Cas Jansen als deserterende soldaat spelen wel een prima rol, omdat zij zich als een van de weinigen meestal weten in te houden. ‘Onderkoeld’ is de stijl van dit vlot vertelde heldenverhaal dan ook niet te noemen.