Collective

Verbijsterende Roemeense corruptie

Menselijke catastrofes zijn bijna altijd het gevolg van onachtzaamheid. Een gruwelijk voorbeeld is de brand vijf jaar geleden in nachtclub Collectiv in Boekarest. De documentaire Collective legt in de nasleep van het inferno de schokkende corruptie in Roemeense ziekenhuizen bloot.

De beelden, vier minuten na het begin van Collective, behoren nu al tot de gruwelijkste van het jaar. Niet om wat ze laten zien, maar om wat we in ons hoofd zien. Het begint met een metalband, die op een podiumpje een punkachtig nummer (“Fuck jullie vuile corruptie”) spelen. Het is het slotnummer van het optreden, aan weerszijden van het podium sproeien vuurwerkkaarsen een vonkenregen. De zanger bedankt het publiek voor hun komst. Een paar tellen later kijkt hij omhoog en zegt dat er iets in brand staat en dat dat niet bij de show hoort. Kalm vraagt hij nog of er een brandblusser is. Een paar seconden later zien we het vuur zich razendsnel over het plafond verspreiden. Brandende stukken vallen naar beneden, het zaaltje vult zich met rook en we horen gillen.

Daarna springt het beeld op zwart, maar lopen de beelden van wat uitmondde in een gruwelijk inferno in het hoofd van de kijker door. De ongeveer vierhonderd jonge bezoekers zaten opgesloten in een brandend zaaltje van twintig bij twintig meter, dat vol zat met schuimplastic en waarin een tachtig centimeter brede deur de enige uitgang was. Door inademing van giftige rook en door de vlammen kwamen 26 mensen om het leven. Bijna tweehonderd mensen raakten zwaargewond, van wie er in de vier maanden erna 37 alsnog stierven.

Volkswoede
In het onderzoek naar het hellevuur kwamen de bij zulke catastrofen altijd even schokkende als voorspelbare feiten naar boven: één deur als uitgang, geen sprinklerinstallatie, één brandblusser, brandbaar schuimplastic, vuurwerk en niet de toegestane tachtig maar vijf keer zo veel mensen in het zaaltje. Al even voorspelbaar was de arrestatie van de drie eigenaren en van de leveranciers van het vuurwerk. En natuurlijk betuigden de autoriteiten hun medeleven en werd er nationaal gerouwd.

Maar anders dan gewoonlijk bij zulke catastrofen bleef het daar niet bij. De brand zorgde voor een ontploffing van volkswoede. Tienduizenden Roemenen demonstreerden in Boekarest tegen corruptie en bureaucratische onverschilligheid, met als leus ‘corruptie is moord’. Hoe kon het dat deze club een vergunning had? De woede bleef niet zonder gevolgen, want vijf dagen na de brand trad de regering af.

Einde verhaal? Zeker niet, want journalist Catalin Tolontan, die voor een sportkrant werkte, vroeg zich af waarom er meer mensen in de maanden ná de brand dan bij de brand zelf waren omgekomen. Documentairemaker Alexander Nanau volgde hem en zijn collega’s veertien maanden in hun onderzoek. Het resultaat is het schokkende Collective, waarin Tolontan ontdekt dat veel van de slachtoffers in ziekenhuizen niet aan hun brandwonden bezweken, maar aan een agressieve ziekenhuisbacterie. Als hij verder zoekt, ontdekt hij de reden: de fabrikant van een desinfecterend ziekenhuismiddel heeft de vloeistof zodanig verdund dat het tien keer minder werkzame stof bevat dan op het etiket staat. Het maakt ziekenhuizen tot bronnen van bacteriële besmetting. Sommige ziekenhuisautoriteiten wisten ervan, maar zwegen omdat ze waren omgekocht door de fabrikant.

Douchen
Wie dus dacht dat Cristi Puiu’s The Death of Mr. Lazarescu (2005), waarin een doodzieke Roemeen in ziekenhuizen op een muur van letterlijk dodelijke bureaucratie stuit, een overdreven beeld gaf van de Roemeense gezondheidszorg, weet na het zien van Collective beter. “Ons gezondheidszorgsysteem is verrot”, zegt een wanhopige vader van een na de brand aan bacteriële infectie gestorven dochter. Collective toont hoe diep de verrotting zit. Ziekenhuizen zijn oorden van corruptie, vriendjespolitiek, smeergeld, zelfverrijking, gebrekkige controle en financieel wanbeheer. Locale overheden spelen handjeklap met de corrupte ziekenhuisbestuurders. De landelijke autoriteiten logen na de brand dat Roemeense ziekenhuizen de slachtoffers even goed konden behandelen als buitenlandse, zodat ze behandeling buiten Roemenië niet hoefden te financieren.

Collective laat de kijker van de ene verbijstering in de andere vallen. Even gloort er hoop als een nieuwe minister van Volksgezondheid serieuze verbeteringen wil doorvoeren. Hij draait er niet omheen en zegt tegen voor het leven verminkte overlevenden van de brand dat zij slachtoffers zijn van een “corrupte, disfunctionele staat”. Over de ambtenaren in zijn ministerie merkt hij op dat negentig procent corrupt en moreel verrot is: “Zij geven geen fuck om wat er buiten gebeurt.” Met deze minister lijkt er iets te veranderen, maar als hij na parlementsverkiezingen moet aftreden, keert de oude garde terug. Arm Roemenië. Na de film wil je douchen om alle vuiligheid van je af te spoelen.