Sinterklazen­slagveld

Het moet nog zomer worden, maar we voelen de gesel van de Sinterklaasfilm al weer aankomen. Vanaf oktober vechten De Club van Sinterklaas 8 en De brief voor Sinterklaas elkaar de bioscoop uit.

Het moet nog zomer worden, maar het eerste persbericht over de zoveelste Sinterklaasfilm is gearriveerd. De opnames voor De brief van Sinterklaas zijn klaar, is de belangwekkende mededeling, die een vermoeiend gevoel oproept: mogen we nog even zonder Sinterklaas?

Sommige betreurde tradities hebben een duidelijk beginpunt, zoals de Sinterklaasfilm in de bioscoop. Sinterklaas zat tot het einde van de jaren negentig opgesloten in de televisie. De aandacht was beperkt. Veel meer dan de live-uitgezonden jaarlijkse intocht was er niet te zien. Meer aandacht kwam er vanaf 2001 met het dagelijkse Sinterklaasjournaal. Maar dat was allemaal nog televisie. De bioscoop was nog Sinterklaasvrij.

Maar helaas niet lang meer, dankzij het nobele werk van de Stichting Regionale Sinterklaas Promotie. Nee, dat is geen grap, die stichting bestond echt, met als stuwende kracht Martijn van Nellestijn. Deze acteur en regisseur ontdekte dat Sinterklaas niet alleen een cadeautjesvriend voor kinderen is, maar voor een handige filmmaker ook een gat in de markt. Met als aanloopje een paar Sinterklaas-tvfilms maakte Van Nellestijn in 2008 met Sinterklaas en het geheim van het grote boek de sprong naar de bioscoop. Al snel kon de maker ‘Dank u Sinterklaasje’ zingen, want de film trok meer dan 200 duizend kinderen en zich opofferende ouders. Dat Van Nellestijn in een interview opmerkte dat ‘de mogelijkheden qua verhalen rondom de goedheiligman onuitputtelijk’ zijn, klonk als een dreigend toekomstbeeld.

De oplettende lezer zal misschien opmerken dat er met Joram Lürsens Alles is liefde (2007) en Misha Kamps Het paard van Sinterklaas (2005) en Waar is het paard van Sinterklaas? (2007) al eerder succesvolle Sinterklaasfilms in de bioscoop waren, maar strikt genomen waren dat geen Sinterklaasfilms, maar films over respectievelijk liefdesperikelen en multiculturele misverstanden.

Bij Van Nellestijn smaakte het succes van Sinterklaas en het geheim van het grote boek naar meer, zodat in de jaren erna elk jaar een Sinterklaasfilm van hem in de bioscoop belandde. Aan de titels werd weinig creativiteit verspild: Sinterklaas en de verdwenen pakjesboot, Sinterklaas en het pakjesmysterie, Sinterklaas en het raadsel van 5 december en Sinterklaas en de pepernotenchaos. Dat ze snel en goedkoop gemaakt waren, stond succes niet in de weg. De meeste films trokken rond de 200 duizend bezoekers, maar na de Pepernotenchaos verdween Van Nellestijn in 2013 van het Sinterklaastoneel.

Inmiddels waren er concurrerende Sinterklazen opgestaan, die zich de bioscoop in wurmden en het stokje overnamen. Laten we ze allemaal maar even noemen: Pieter Walther Boer maakte De club van Sinterklaas & het geheim van de speelgoeddokter (2012), Melcher Hillman De club van Sinterklaas & de Pietenschool (2013), Roy Poortmans Sinterklaas & Diego: Het geheim van de ring (2014), Ruud Schuurman De club van Sinterklaas & de verdwenen schoentjes (2015) en De club van Sinterklaas & geblaf op de pakjesboot (2016), Aram van der Rest Sinterklaas en het gouden hoefijzer (2017) en Armando de Boer Sinterklaas en de vlucht door de lucht (2018).

Het succes van Sinterklaasfilms heeft geleid tot meerdere Sinterklazen in de bioscoop. Ook dit jaar zullen twee Sinterklazen kinderen en hun ouders de zalen inlokken. Armando de Boer heeft na zijn Sinterklaasfilm van vorig jaar de smaak te pakken, want hij is de regisseur van De club van Sinterklaas 8. Met De brief voor Sinterklaas keert Martijn van Nellestijn na zijn Sinterklaasloze periode weer een beetje terug op het Sinterklazenslagveld: de aanstichter van de Sinterklaasfilmplaag is scriptadviseur van De brief voor Sinterklaas. De eerste slag hebben hij en debuterend regisseur en producent Lucio Messercola gewonnen: De brief voor Sinterklaas komt 9 oktober in de bioscoop, De club van Sinterklaas 8 een week later.

We zijn gewaarschuwd getuige een eerdere uitspraak van Van Nellestijn. “Als het een succes wordt en de kinderen willen meer… wie zijn wij dan om daar geen gehoor aan te geven?”