Fries Filmfonds in de maak

Leitmotiv van Julian Verkerk, een van de films die is gerealiseerd via Het Beloofde Land

Friese filmmakers zijn er genoeg, maar het ontbreekt ze vaak nog aan het zelfvertrouwen om een film te maken in de eigen taal. Het nieuwe Fries Filmfonds wil ze een zetje geven. Het tweede regionale filmfonds van Nederland, na dat van Limburg, hoopt vanaf volgend jaar actief te zijn.

“Er wordt in de provinciale politiek al dertig jaar gesproken over een eigen Fries filmfonds”, zegt Joris Hoebe. Zelf ging de regisseur zes jaar geleden met die ambitie aan de slag nadat hij – geboren en getogen Fries maar opgeleid aan de Filmacademie in Amsterdam – terugkeerde naar Leeuwarden. De provincie vroeg hem een regionaal filmplatform op te richten en dat werd een serie van initiatieven zoals New Noardic Wave, een filmcommission en CineNord – in naam en vorm geïnspireerd op het Limburgse voorbeeld CineSud. “We begonnen meteen een lobby voor een eigen filmfonds, maar lange tijd was er helaas geen geld beschikbaar.”

Het tij keerde toen de BoerBurgerBeweging bij de Provinciale Staten-verkiezingen als verreweg grootste partij uit de bus kwam. Landelijk staat de BBB niet echt bekend als een club van cultuurliefhebbers, maar op provinciaal niveau maakt de partij zich – samen met onder andere de FNP (Fryske Nasjionale Partij) – sterk voor de Friese identiteit en taal, die onder andere via film kan worden uitgedragen. Dat resulteerde onder meer in anderhalve pagina specifiek over film in de Bestuursafspraak Friese taal en cultuur 2024-2028, waarin afspraken tussen Rijk en provincie zijn vastgelegd. “Dat is misschien wel de allergrootste winst”, vindt Hoebe. “In het verleden stond film totaal niet op de agenda bij provincie en gemeenten.”

Voor het Fries Filmfonds is inmiddels €150.000 bij elkaar gebracht en over nog eens €300.000 wordt onderhandeld met verschillende partijen. “We praten ook met het Nederlands filmfonds zodat in het tweede of derde kwartaal van 2025 we hopelijk de eerste regelingen kunnen lanceren”, stelt de naar eigen zeggen optimistische Hoebe. “De precieze criteria voor aanvragen moeten we nog bepalen, maar we willen verhalen mogelijk maken die geworteld zijn in de regio door middel van taal, cultuur en landschap.”

Het nieuwe fonds kijkt niet alleen naar Limburg voor inspiratie maar neemt ook het Ierse Cine4-traject als voorbeeld, waarmee Screen Ireland en het nationale televisiestation TG4 producties in het Gaelic stimuleren. “Daar wordt ieder jaar €25.000 per project toegekend aan vier te ontwikkelen films. Dat is een eerste stap naar andere regelingen voor verdere realisering. The Quiet Girl is op die manier tot stand gekomen en recent Kneecap, dat als openingsfilm draaide bij het Noordelijk Film Festival.”

Naast meer geld voor het fonds staat ook een economische stimuleringsmaatregel op Hoebe’s verlanglijstje. “Een puur economische regeling die vergelijkbaar is met de production incentive op landelijk niveau en de teruggave regelt van investeringen in de regio. Het enige nadeel ervan is dat zo’n regeling ook producenten van buitenaf aantrekt. Zo creëren zij wel werk voor lokale filmprofessionals maar voegen waarschijnlijk niet veel toe aan de cultuur en regionale identiteit.”

Maar er is “veel talent in de regio en een echte drang om de verhalen van hier te vertellen”, weet Hoebe. Hij haalt het professionaliseringstraject New Wave aan, dat afgelopen jaren 27 regisseurs klaarstoomde voor het maken van hun film. Vier regisseurs uit dat traject hebben tot nu toe bijvoorbeeld een Filmfonds Shorts kunnen realiseren. En ook Het Beloofde Land, het gezamenlijke talentontwikkeltraject van Friesland, Groningen, Drenthe, Limburg en Noord-Brabant dat ruim tachtig voorstellen opleverde, heeft lokale potentie aan het licht gebracht. “Wij willen ze stimuleren Friese films te maken: het mag, doe het!”