Laura Hermanides over Witte Flits
'Liefde is loslaten'
Met haar fijngevoelige speelfilmdebuut Witte Flits opent Laura Hermanides het Nederlands Film Festival. Over twee ouders van wie de volwassen zoon dood wil, omdat zijn leven ondraaglijk is. Een zwanenzang over liefde en lijden waarin Apollo en Dionysus elkaar ontmoeten.
Opeens was-ie daar: de zwaan die regisseur/scenarist Laura Hermanides al vaker was opgevallen als ze rond de Amsterdamse Sloterplas wandelde, op zoek naar bruikbare locaties en beelden voor haar speelfilmdebuut Witte Flits.
Hermanides: “Ik kwam er maar niet uit. Er was iets met die zwaan. Maar wat?” Tijdens een koude, nachtelijke opname, met DoP Myrthe Mosterman en acteur Renée Soutendijk tot hun middel in het water van de Sloterplas, kwam hij zomaar het kader inzwemmen. Hermanides: “Die witte zwaan op dat donkere water, zo dichtbij: het was magisch!”
En zo zwom de zwaan ook Hermanides’ gedachtewereld binnen. Toen ze op een nacht in de laatste draaiweek wakker schrok, ging ze online op zoek naar informatie over zwanen in verhalen. “Zo kwam ik op het spoor van de zwanenzang in de Griekse mythologie, waar een stervende zwaan een lied aanheft uit verlangen naar de dood. Niet als iets treurigs waar je bang voor moet zijn, maar als bevrijding: een ode aan de weldaden van Apollo, de god van waarheid en muziek, die hem na de dood te wachten staan.” Dat zette haar ook op het spoor van Schuberts Schwanengesang. Toen Hermanides de volgende dag op de set verscheen, riep ze opgetogen tegen de crew: “Ik heb ’t! Deze muziek wil ik gebruiken voor de film!”
Gedurende elf jaar werkte Hermanides, opgeleid als documentaireregisseur aan de Filmacademie, aan haar film over kiezen voor de dood omdat het leven je te zwaar valt. “In 2012 zag ik een tv-programma waarin de ouders van René, aan wie de film is opgedragen, samen met de betrokken psychiater, heel open vertelden over hoe hun 42-jarige zoon euthanasie had gekregen wegens ondraaglijk psychisch lijden. Ik dacht: dit is het verhaal der verhalen! In veel van mijn films gaat het over de strijd tussen rede en instinct; over wat bewustzijn is en in hoeverre het een illusie is dat we keuzes maken. Als theorie is zelfbeschikking interessant, maar boeiender vond ik het hoe die ouders – ondanks de vreselijke dingen die ze moesten meemaken – een bovennatuurlijke liefde op wisten te brengen door hun zoon te steunen in zijn doodswens. Hoe met name die moeder dat wist te accepteren zonder het echt te kunnen begrijpen. Door te blijven luisteren, te durven vragen, kijken, vergeven. Keer op keer op keer.”
Kleurenpalet
In het spanningsveld tussen het respecteren van iemands doodswens en de gewetensvraag of je iemand niet te gemakkelijk loslaat komen analytisch vermogen en gut-feeling, hart en ziel samen, vindt Hermanides. “Ik ben er trots op dat we er als maatschappij voor openstaan om zo’n idee over autonomie tot in de complexe uitvoering uit te denken en door te voeren: een soort Verlichting-plus. Internationaal wordt er vaak een karikatuur van gemaakt, met Amerikanen die zeggen als je naar Nederland gaat: ‘You have to get this tattoo: Don’t euthanize me!’”
Voor haar speelfilm bleef Hermanides dicht bij de werkelijkheid van René en diens ouders Agnes en Jan. De personages Rick (Sanne den Hartogh), Aagje (Renée Soutendijk) en Toon (Raymond Thiry) zijn op hen geënt. Er is gedraaid in hun huis in de Amsterdamse volkswijk Osdorp bij de Sloterplas. Ondanks de existentiële thematiek is de grondtoon nuchter, licht en – getrouw het Amsterdamse arbeidersmilieu – regelmatig droogkomisch, in antwoord op een realiteit die soms absurd kan zijn.
Hermanides: “Omdat René de dood zag als iets lichts en hij zijn begrafenis in het wit wilde, heb ik ervoor gekozen de donkere tonen veelal weg te laten uit het kleurenpalet van de film. Mensen die bijna-dood-ervaringen hebben gehad, spreken vaak over een wit licht dat ze zagen. De titel van de film, Witte Flits, is de bijnaam van het fictieve personage Rick, weer ontleend aan René. Zijn vrienden noemden hem zo, omdat zijn huid in de zomer wit bleef en omdat hij razendsnel kon zijn op het voetbalveld. Zelf noemde hij zijn witte Opel Kadett Witte Flits.”
Voor het kleurenpalet van de film koppelde Hermanides de personages aan oerelementen. “De moeder vertegenwoordigt het water. Ze draagt blauw, een kleur die ik met rationaliteit associeer: ze wil zo sterk zijn, dat ze haar zachtheid bijna wegduwt. Maar gaandeweg borrelen de emoties op. Water staat voor het onderbewuste waarin ze afdaalt. De vader is zo aards dat hij bijna wortel heeft geschoten. Hij zit veel of ligt te sleutelen onder de auto, draagt bruintinten. Hij wil aanvankelijk niet loslaten, juist niet rationaliseren. Hun zoon, die de duivel claimt te zijn, is het vuur. Hij speelt daar ook mee: rookt, draagt rood. Op momenten dat het rustig is draagt-ie wit, of soms rood onder wit. En dan heb je nog het element van de wind, die vanaf het begin het huis in zweeft. De ziel die aan dat huis trekt, die alle andere elementen bij elkaar blaast.”
Regels breken
Zo lijkt de hele film te zijn gevormd vanuit een tot in de puntjes doordacht staketsel dat vervolgens soepeltjes aan elkaar is gewaaid. Hermanides: “Myrthe Mosterman, die de camera hanteerde, zegt dat ik de meest conceptuele regisseur ben met wie ze ooit heeft samengewerkt. Ik maak vooraf altijd een set regels, over hoe personages zich ontwikkelen, hoe en wanneer de camera al dan niet beweegt, waar muziek opduikt, wat we doen met kleur. Tijdens het schrijven repeteer ik al met acteurs met het oog op levensechte dialogen en bewegingen. Maar ik vind het ook belangrijk dat een film z’n eigen regels weer breekt. Dat is vaak het moment waarop de film begint te ademen, tot leven komt. Zoals met de zwaan, die niet in het script stond, maar wel een belangrijk motief in de film is geworden.”
De film is bovenal bijzonder liefdevol van toon. Hermanides: “Dat komt voort uit de bewondering die ik voor die ouders koester. Want of het nou gaat om een ouder-kindrelatie of die met je kat, een liefdesrelatie, of vriendschappen: liefde is wat spontaan bij elkaar komt en past. En voor de rest is het wat het kan verdragen: wat twee of meerdere partijen in staat zijn te tolereren. Door van hun zoon te vragen te blijven leven, vroegen die ouders hem te blijven lijden. Is iets van iemand behoeven, terugverlangen, wel liefde? Liefde is loslaten.”
Dwaasheid
Daarover zegt de psychiater in de film ook nog iets interessants. Ze gelooft niet dat mensen door lijden dichter bij god komen. Hermanides: “Ook dat komt uit de werkelijkheid. Ik had zelf – met mijn atheïstische achtergrond – niet kunnen bedenken dat een arts vanuit haar religieuze overtuiging actief tot zo’n daad van barmhartigheid in staat is. Ik vind het mooi als mensen handelen vanuit een bron van overtuiging, een vertrekpunt van waaruit je ideeën krijgt of dingen doet voor anderen. Of een film gaat maken, waar je bizar lang over doet! Wat dat betreft kan ik me totaal niet op de ratio beroepen. Ik hoop dat de film een soort gevoelsdocument is dat bijdraagt aan een andere ingang voor het intellectuele debat over zelfbeschikking. Uiteindelijk zijn we voelende wezens.”
Het is daarin dat de thematiek van haar film en de manier waarop die vorm kreeg samenkomen: in het verbond tussen rede en gevoel. Gelijk de overlevering wil dat zowel Apollo, vertegenwoordiger van rationele schoonheid, vakmanschap en orde, als Dionysus – van de dwaasheid en de emotionele roes – nodig zijn om een meesterwerk te maken.
Het is op dit punt van het interview dat we toekomen aan de meest onbenullige vraag van ’t lijstje. Op de aftiteling staat Hermanides namelijk behalve bij regie, (co)scenario en (co)montage ook vermeld bij de uitvoering van een liedje getiteld ‘Dan heb je me’. Het blijkt een gedicht van haar hand, dat ze samen met een vriend op muziek zette en waarvan slechts drie regels op de soundtrack zijn beland, als achtergrondmuziekje in een scène in een bijna lege supermarkt. Als Hermanides desgevraagd de rest van haar lied zingt, over liefde en lijden, is het alsof de zwaan ook dit gesprek binnenzwemt:
Als de wind altijd in de rug zou staan, dan waren we er al
Als het vlees niet moest besterven, dan zaten we nu aan tafel
Als de muziek al in de vingers zat, dan was ik nu Michaela
Jackson
Als er enkel goede keuzes waren, dan had je nu geen spijt
Als de vogels niet naar het zuiden vlogen, dan was er
wellicht geen winter
Als de boeken onder het kussen konden, dan was je ziel nu kaal geweest
Als het allemaal geen pijn zou doen, dan kende je geen vrees
Als de wegen niet naar Rome bogen, waar had je dan nu
geparkeerd?
Als je me durft te laten gaan, dan heb je me.
Witte Flits is de openingsfilm van het Nederlands Film Festival, dat plaatsvindt van 20 t/m 27 september 2024 in Utrecht, en draait vanaf 26 september in de bioscoop