Jamille van Wijngaarden over Teef

'Het verhaal is duister en troosteloos, maar heeft ook een bepaalde schoonheid'

De nieuwe reeks Centraal verzamelt zes verhalen van veelbelovende makers die beginnen en eindigen op station Rotterdam Centraal. In de derde aflevering, geregisseerd door Jamille van Wijngaarden, wordt een zwerfhond uit het station verdreven en komt die zodoende onder de zorg van de harde asielhouder Noa. Van Wijngaarden: “Ik wilde die band tussen mens en dier onderzoeken, tussen hardheid en kwetsbaarheid.”

Er broeit iets onderhuids in Teef, de Centraal-aflevering die Jamille van Wijngaarden regisseerde. Niet vreemd, want de hoofdpersonen van haar film zijn een schuchtere zwerfhond en de al even schuchtere asielhouder Noa (Frieda Barnhard) die het verwilderde beest onder haar hoede neemt. Allebei outsiders die hun bestaan emotieloos ondergaan, maar gaandeweg de film ontstaat er een pact tussen de twee. Noa probeert de hond met harde hand te temmen, maar wanneer ze zelf na een ruzie met haar oom (Paul Kooij) en hulpbehoevende vader (Renée Groothof) emotioneel breekt, is daar de herdershond die haar zachtheid en zorg leert kennen.

Teef is een echte karakterstudie en daarmee een opvallende film in het ontluikende maar diverse oeuvre van Jamille van Wijngaarden. In 2014 studeerde ze af aan de Filmacademie sindsdien maakte ze naam met een reeks zwart-komische producties, waaronder de VR-film Ashes to Ashes, de korte animatie Catastrophe en NPO-kort Tienminutengesprek. Anders dan dat eerdere werk heeft Teef niet zozeer een plot, maar wordt de kijker via grimmige documentairebeelden en een duistere soundscape de harde levenswereld van Noa binnengesleurd.

Hoe kwam je bij Centraal terecht? “Via producent Keplerfilm. Die wisten dat ik altijd al eens een karaktergedreven verhaal wilde vertellen en stuurden me daarom het scenario van Randy Oost. Ik was er meteen verliefd op. Het verhaal, dat hij samen met Laurens Jans en Herman van de Bosch bedacht, was was duister en troosteloos, maar er zat ook een bepaalde schoonheid in de manier waarop Noa zich staande probeert te houden in die harde wereld om haar heen. Daarbij was ik vooral gegrepen door de manier waarop Randy de dynamiek tussen mens en hond wist neer te zetten. Die band tussen mens en dier, tussen hardheid en kwetsbaarheid. Die wilde ik onderzoeken.”

Hoe heb je dat thema visueel gemaakt? “Op verschillend manieren: door lange en korte scenes af te wisselen bijvoorbeeld. En ook in het geluidsontwerp hebben we veel gespeeld met hard en zacht. Let maar op: soms droom je een beetje weg bij een scène en dan: bam! Komt het geluid ineens hard binnen. Dan hakt Noa een biefstuk bijvoorbeeld, of geeft ze extra gas op haar quad. We hebben ook goed naar andere films gekeken. Naar Le silence de Lorna van de Dardennes voor de manier waarop ze een gesloten personage neerzetten, en Dogman van Matteo Garrone, waarin troosteloosheid visueel heel mooi wordt gevangen. Ook daarmee probeerden we die twee kanten invoelbaar te maken.”

Jamille van Wijngaarden

De realistische stijl wijkt behoorlijk af van al je eerdere werk. “Dat klopt. Dat was ook een uitdaging: hoe maak ik het verhaal relevant zonder dat ik daarbij op genre- of plotelementen kan vertrouwen? Wat mij ongelooflijk veel hielp was de locatie: een verlaten hondenasiel ergens weggestopt in de Limburgse bossen. Randy kende die plek en heeft het verhaal helemaal op die locatie toegespitst. Het is een troosteloze, koude plek met roestige hekken en hokken met de hondenbeten er nog in. Dat hielp om die emotieloze wereld direct tastbaar en concreet te maken. Maar tegelijk past de film ook wel weer bij de rest van mijn oeuvre hoor: net als in mijn eerdere werk kon ik met Teef een film neerzetten die gevoelsmatig een eigen wereld heeft, en een eigen karakter.”

Een groot deel van het verhaal draait om de zwerfhond. Hoe was het daarmee werken? “Lastig, maar het geeft voldoening. Ten eerste zijn er de praktische obstakels: zo hadden we maar één hond tot onze beschikking en die moest dus telkens klaarstaan. Indy heette die, een lief beest. Al moest hij in onze film natuurlijk vals zijn, wat nogal wat regie vergde van zijn begeleiders. Daarbij was het vooral voor Frieda intensief. Ik wilde dat je de band tussen haar en Indy bijna in real time zou zien ontstaan en daarom zijn de meeste scenes als long takes gedraaid zonder dat er wordt weggesneden. Voor acteurs zijn dat soort scènes lastig, want we maakten soms shots van wel vijftien minuten. Net zo lang totdat Indy deed wat we wilden. Dat vergt een bepaalde concentratie, maar als het lukt is dat geweldig. Frieda verdiend wat dat betreft alle credits.”

Je hebt in veel verschillende media en formats gewerkt. Voelt dit als een opstapje naar een langere film? “Absoluut. Ik zou heel graag een speelfilm willen maken. Je snapt dat ik al met verschillende plannen bezig ben, haha. Al ga ik deze keer wel weer op zoek naar een bepaalde komische toon.”


Centraal – Teef wordt uitgezonden op vrijdag 15 november om 21.30 uur op NPO3.