Antoinette Beumer over Mijn vader is een vliegtuig

'Het voelt niet als alleen mijn film'

Antoinette Beumer. Foto: Jacqueline de Haas

Met Mijn vader is een vliegtuig verfilmt Antoinette Beumer haar eigen gelijknamige, semi-autobiografische boek. De film, zo stelt ze nadrukkelijk, was een gezamenlijke krachtsinspanning. “De anderen hebben de film dichter bij mij gebracht dan ik zelf ooit had kunnen doen.”

Mijn vader is een vliegtuig, het romandebuut van filmmaker Antoinette Beumer, gaat over de bijna veertigjarige Eva die na de dood van haar moeder ontdekt dat haar vader – die ze sinds haar jeugd niet meer zag – een heel andere man was dan ze zich herinnerde. De ontdekkingen die ze doet plaatsen haar steeds meer buiten haar eigen werkelijkheid. Haar fijne leven met haar gezin en haar goede baan raakt steeds meer op de achtergrond.

Beumers eigen verfilming van haar succesvolle boek opent dit jaar het Nederlandse Film Festival. Film en boek bevatten autobiografische elementen: ook Beumers vader vloog bij de KLM en worstelde met een persoonlijkheidsstoornis. “Dit verhaal had ik al heel lang stukje bij beetje verzameld. Eerst met het idee er een film van te maken, maar toen ik het teruglas had het de vorm van een boek en dat vond de redacteur van Lebowski, aan wie ik het liet lezen, ook. Tijdens het schrijven zag ik alle hoofdstukken eigenlijk als scènes voor me; ik schreef op wat ik zag. Halverwege dacht ik: dit is gewoon een film. En dat vond producent Frans van Gestel ook. Hij heeft geld aangevraagd; dat was er al voordat het boek af was.”

Toch was de stap van boek naar film geen makkelijke. “Ik werkte eerst zelf aan het scenario, maar het lukte niet”, vertelt Beumer. “Halverwege heb ik het woest weggegooid, maar mijn man [Maaik Krijgsman, NS], die met een eigen boek bezig was, vond dat zonde. Hij zei: laat mij het doen. Hij heeft een grote slag moeten slaan. Het boek zit heel erg in het hoofd van het personage, maar we wilden in de film geen voice-over gebruiken. En er zitten grote lijnen in het verleden die we wilden verwerken zonder flashbacks. Het was dus zoeken naar een vorm.”

Sympathieker
Beumer regisseerde eerder de succesvolle boekverfilming De gelukkige huisvrouw (naar het boek van Heleen van Royen). “De verfilming van mijn eigen boek was makkelijker, omdat ik minder schatplichtig was aan de auteur. Ik hoefde niet bang te zijn dat ik de schrijver teleur zou stellen. Ik was ook rigoureuzer dan het team om me heen. Ik wilde bijvoorbeeld de hoofdpersoon sympathieker maken, omdat ze zo veel niet-leuke dingen doet. Maar de mensen om me heen vonden dat ik haar moest houden zoals ik haar had geschreven. Sommige dingen zijn in de film beter geworden dan in het boek, zoals de relatie tussen de moeder en de vader. In het boek heeft de moeder resoluut afscheid genomen van die vader, maar voor de film hadden we meer geheimen nodig en de manier waarop ze daarin met die vader omgaat, werkte veel beter.”

Ongemak
De schrijver/regisseur had tijdens het maakproces niet het idee dat ze zichzelf aan het regisseren was. “Het boek was al een grote stap weg van mijn echte verhaal en hoofdrolspeler Elise Schaap is ook een heel ander mens, die de rol naar eigen hand heeft gezet. Al maakte ze in het begin wel grapjes dat ze misschien een krulletjespruik moest opzetten. We hebben samen met styling haar look bepaald en toen ik de beelden terugzag dacht ik wel: dit heb ik letterlijk in mijn kast hangen, de pakken, de coltruien, alles. Dus stiekem heb ik er toch veel van mezelf in zitten.”

Schaap was overigens niet direct om na het lezen van het script, zegt Beumer. “Ik heb veel overtuigingskracht moeten gebruiken. Ze wist niet of ze het kon, had het gevoel dat het zwaar was en dat ze ook zwaar moest spelen. Maar ik wilde haar juist voor haar lichtheid – in de rol moest ze ontkennen wat er van binnen eigenlijk allemaal gebeurde.”

Beumer hield Schaap tijdens de opnames weg van Pierre Bokma, die haar vader speelt. “Het ongemak dat er tussen hen was in het echte leven wilde ik heel graag gebruiken. Pierre benaderde in zijn rol mijn echte vader trouwens zo sterk dat ik af en toe moest slikken – het was soms beangstigend. En ook sommige scènes met de jonge vader, gespeeld door Maarten Heijmans, vond ik ingewikkeld.”

Behalve de relatie met Eva’s vader speelt die met haar moeder in de film ook een grote rol, al wordt die slechts in een handvol scènes neergezet. “Toen de film eigenlijk al af was, miste ik iets. Ik heb een andere editor genomen, die met het materiaal aan de slag is gegaan, zonder mij. Zij voegde toe wat miste: het belang van de relatie met de moeder. De weinige scènes hebben een grote lading dus het is heel belangrijk waar je die invoegt. Zij heeft ze gewoon letterlijk op een andere plek gezet, waardoor het werkte. Ik heb alle versies van de film bewaard, omdat het waanzinnig lesmateriaal is – je ziet hoeveel verschillende films je uit ruw materiaal kunt halen.”

Voor de zeer aanwezige en sturende score tekende de Nederlandse componist en pianist Joep Beving. “Hij is wereldberoemd, de meeste gestreamde Nederlandse componist op Spotify. Ik luisterde tijdens mijn werk veel naar zijn muziek: dromerige minimal music met een melancholische onderlaag. Hij had nog nooit een hele film gecomponeerd. Vanwege corona heeft hij het ook goed kunnen doen – normaal vliegt hij de hele wereld over voor concerten. Op basis van het scenario schreef hij de muziek en in de montage heeft hij het verfijnd.”

De muziek over de aftiteling wordt een apart nummer op de soundtrack. “Dat stuk had nog geen titel en hij vroeg me of hij het ‘Antoinette’ mocht noemen. Omdat hij hoopte dat ik closure zou vinden, net als Eva aan het einde.” Die closure heeft Beumer overigens al gehad. “De film zoomt in op een periode van zo’n twintig jaar geleden. Ik heb daar voldoende afstand toe. Anders had ik ’m ook niet kunnen maken.”

Wegwandelen
Beumer durft ook volmondig tevreden te zijn met de film. “Het is beter geworden dan ik hoopte en daarom voelt het ook niet alleen als mijn film. Zo’n grote groep mensen heeft zoveel elementen ingebracht die het verhaal dichter bij mezelf hebben gebracht dan ik zou kunnen. Daar ben ik heel dankbaar voor en trots op en ik vind het raar dat er maar één naam bij de maker staat.”

Nu het boek en de film er zijn, wordt het tijd afscheid te nemen van de personages. “Een schrijver zei ooit dat na publicatie van haar boek de personages hun koffertjes pakten om het hoofd uit te gaan. Dat was bij mij nog niet gebeurd omdat ik die film nog moest maken. En ze hebben hun koffers nog steeds niet gepakt.” In het hoofd hoeft ook nog geen ruimte te komen voor een nieuw project. “Ik zie mezelf voorlopig niet regisseren. Ik ben me al een paar jaar op een ander vlak aan het bewegen, als creative producer en in de talentontwikkeling. Mochten de personages zijn weggewandeld en een nieuw verhaal zich aandienen, dan zie ik wel wat ik ermee doe.”