Cannes 2022, blog 2

Wat is er niet?

Cannes 2022 voordat de rode loper is uitgerold

De Filmkrant doet verslag van de 75e editie van het filmfestival van Cannes. Daarbij maken we ons natuurlijk vooral druk om wat er allemaal wel is. Maar het loont de moeite om ook te kijken naar wat er dit jaar op het festival ontbreekt. Want hoe internationaal is Cannes eigenlijk nog als de competitie geen enkele film vertoont uit China, India, Zuid-Amerika of sub-Sahara-Afrika? En: waar zijn Deneuve, Binoche en Huppert opeens gebleven?

Het is een trucje dat ik mezelf op reis heb aangeleerd: niet alleen kijken naar wat er is, maar ook naar wat er mist. Want het zegt ook iets wezenlijks over een plek als er bijvoorbeeld geen kerken, zwerfhonden of Starbucks zijn. Dus hier, als opvolger van de introductie gisteren van wat er wel is, de Blog Van Wat Er Mist.

Om te beginnen the usual suspects. Cannes heeft een slechte reputatie, zeker in de hoofdcompetitie, als het gaat om documentaires, animatie, porno en de Nederlandse film. Waarbij je zou kunnen zeggen dat je één van die vier er ook niet echt zou verwachten.

Animatie: één lange animatiefilm, buiten competitie (een bewerking van de geliefde Franse kinderboekenreeks Le petit Nicolas door Amandine Fredon en Benjamin Massoubre). Documentaire: het genre dat al minstens twee decennia de interessantste ontwikkelingen van de filmtaal biedt, wordt door Cannes uit de competitie geweerd (buiten competitie is er dit jaar wel iets om naar uit te kijken met Ethan Coens soloregiedebuut Jerry Lee Lewis: Trouble in Mind, Sergei Loznitsa’s The Natural History of Destruction, Patricio Guzmáns Mi pais imaginario, Shaunak Sens All That Breathes en de in ons vorige blog al vermelde postume vertoning van Mantas Kvedaravičius’ door Hanna Bilobrova afgemaakte Mariupolis 2, over het leven in de belegerde Oekraïense stad). En als we het programma goed hebben uitgeplozen ontbreekt porno dit jaar ook – of in elk geval het min of meer traditionele succès de scandale met een pik, poes of penetratie erin. Jammer, want het is altijd leuk om te zien hoe hijgerig andere media reageren op een film met een flardje expliciete seks (al is het maar door zich te verschuilen achter hoe hijgerig andere media reageren op een flardje expliciete seks).

Wat ook weer mist: de lange Nederlandse film. Het meest Nederlandse in de officiële selectie is waarschijnlijk de figuur van Colonel Tom Parker, geboren Dries van Kuijk, de alom gehate manager van Elvis Presley die in Baz Luhrmanns Elvis wordt vertolkt door Tom Hanks. En Junkie XL heeft na Mad Max: Fury Road opnieuw de soundtrack mogen verzorgen voor George Miller, die hier Three Thousand Years of Longing in première laat gaan. En in het bijprogramma Semaine de la Critique houdt de korte animatiefilm It’s Nice in Here van regisseur Robert-Jonathan Koeyers de Nederlandse eer hoog.

Er ontbreken uiteraard weer voldoende vrouwelijke filmmakers in de hoofdcompetitie – met de trieste constatering dat de slechts vijf films van vrouwelijke makers (of vierenhalf, afhankelijk van hoe je de coregie door Charlotte Vandermeersch en Felix van Groeningen van Le otto montagne meetelt) desondanks een nieuw record vormen. Triest, maar niet verrassend.

Wel verrassend is de afwezigheid van sommige acteurs. Nog meer dan regisseurs – want zelfs die met een abonnement op de hoofdcompetitie hebben niet elk jaar een nieuwe film gereed – zijn sommige acteurs nauwelijks weg te denken van de Croisette. Zo zijn Tilda Swinton, Adèle Exarchopoulos, Louis Garrel, Kristen Stewart, Léa Seydoux en Marion Cotillard allemaal weer te zien in 2022. Maar waar is de doorgaans onvermijdelijke Catherine Deneuve? En Juliette Binoche? En zelfs Isabelle Huppert? Kan dit het einde betekenen van de Franse Grande Dames?!

Mocht die generatiewisseling er inderdaad aan zitten te komen, wie staat er dan klaar om ze op te volgen? Ons geld staat voorlopig op Léa Seydoux als de nieuwe Deneuve, Exarchopoulos als de nieuwe Binoche en (ere-Française sinds Clouds of Sils Maria) Stewart als de nieuwe Huppert.

Dat is veel aandacht voor de Fransen, maar bon, er draaien nu eenmaal logischerwijs veel Franse films hier. Maar welke landen ontbreken? Een heleboel, bij nadere beschouwing. Want: geen film uit India in de hoofdcompetitie. Geen enkele film uit China. Geen film uit Afrika. Geen film uit Zuid-Amerika. De hoofdcompetitie bestaat uit Europese (zonder post-Brexit-VK) en Noord-Amerikaanse films, plus twee Koreaanse producties (Decision to Leave van Park Chan-wook en Broker van Hirokazu Kore-eda) en één uit Iran (Leila’s Brothers van Saeed Roustayi).

Laten we nog iets specifieker worden. Er draait in de hele programmering – competitie en bijprogramma’s – überhaupt niet één lange Chinese film in Cannes (al blijkt ‘verrassingsfilm’ A Portrait of the Artist As a Young Man van Liu Jian op het laatste moment teruggetrokken van bijprogramma de Quinzaine; nota bene een lange animatie). Er draait één Indiase documentaire, buiten competitie: bovengenoemde All that Breathes (overgenomen van Sundance, waar die reeds een Grote Juryprijs won). Terwijl we het met die twee landen samen toch hebben over ruim een derde van alle aardbewoners. Tel daar Afrika en Zuid-Amerika bij op en het gaat om meer dan de helft van de wereldbevolking die in Cannes ondervertegenwoordigd blijft. En het idee dat er wijd en zijd is gezocht maar dat niet één film uit die regio’s goed genoeg was, is belachelijk.

Het is een pijnlijke en shockerende conclusie voor de hoofdcompetitie van het belangrijkste internationale filmfestival ter wereld dat de helft van die wereld wordt genegeerd.