Freeze Frame #54

Permanent buitenspel

Get Out. Illustratie: Rolf Hermsen

Regisseur Shady El-Hamus (De libi, Forever Rich, Crypto Boy) brengt maandelijks een ode aan een bijzondere filmscène. Deze keer: de horror van Get Out.

Deze zomer zag ik een film die ik jaren geleden al had moeten zien. De reden dat het zo lang duurde: ik haat horrorfilms. In mijn tienerjaren zag ik The Ring, Final Destination en What Lies Beneath, helaas allemaal in de bioscoop, simpelweg omdat ik toentertijd niet aan mezelf kon, of wilde, toegeven dat entertainment-horror niks voor mij is.

Toen ik eindelijk oud genoeg was om dat wel te durven erkennen, heb ik het genre volledig afgezworen. En eerlijk gezegd dacht ik niet dat ik veel miste, want geen enkele horrorfilm had me tot dan toe intellectueel of cinematografisch uitgedaagd.

De laatste jaren werd ik tot mijn verbazing steeds vaker gewezen op bijzondere horrorfilms, mét inhoud. Toch bleef de drempel hoog – telkens als ik de kans had, koos ik toch voor iets anders. Zonde, want Get Out is een meesterwerk.

Regisseur Jordan Peele was tot dan toe vooral bekend als de ene helft van het Amerikaanse sketch comedy-duo Key & Peele. Dat hij debuteerde met een gelaagde, maatschappelijk scherpe film als Get Out verraste bijna iedereen. Peele bezit een zeldzaam talent: hij koppelt een scherpe, kritische blik aan het vermogen om te entertainen. Zijn thema’s worden vandaag de dag vaak achteloos weggezet als gezapig of overbekend – “Ja, we weten nu wel dat bepaalde groepen achtergesteld zijn” – maar door ze over de top te verbeelden en te verpakken in een genrefilm, maakt hij ze niet alleen vermakelijk, maar ook onontkoombaar invoelbaar.

Het verhaal is simpel: Chris, een zwarte jongen, gaat een weekend mee naar het landhuis van de witte ouders van zijn vriendin.“Weten ze dat ik zwart ben?”, vraagt hij nog. Zij lacht het weg. Maar natuurlijk blijkt zijn onrust terecht. Bij aankomst voelt Chris al snel dat er iets niet klopt. De zwarte huishouder en tuinman gedragen zich bijvoorbeeld vreemd — alsof ze er zijn, maar niet echt daadwerkelijk zijn. Tijdens een slapeloze nacht dwaalt hij door het huis en komt hij de moeder van zijn vriendin tegen, een psychotherapeut, die hem aanbiedt hem via haar zelf ontwikkelde hypnosetechniek te helpen stoppen met roken.

Zonder te veel te willen verklappen (de film verdient een frisse blik), wordt Chris die avond gehypnotiseerd. Wat volgt is zijn afdaling naar the sunken place – een soort mentale gevangenis. Terwijl hij verstijfd in de stoel zit, tegenover zijn schoonmoeder, valt zijn ‘innerlijke zelf’ in slow motion achterover een diep zwart gat in. Boven zich ziet Chris nog flarden van de realiteit – hij is in paniek, schreeuwt zo hard als hij kan – maar hij zakt steeds dieper weg en niemand kan hem zien of horen. Zo staat hij uiteindelijk alleen in een eindeloze zwarte ruimte, ver weg van de realiteit, alsof hij permanent buitenspel is gezet: the sunken place, dus.

Je kan eindeloos veel analyses op dit beeld loslaten, maar wat mij vooral raakt is dat het op abstracte wijze overbrengt hoe het moet voelen om achtergesteld te zijn. Een zeer emotionele verbeelding van de absurde en beklemmende ervaring van leven in een verzonken ruimte, ver verwijderd van de rest van de wereld, met een onoverbrugbare afstand tot degenen die het systeem zo hebben ingericht dat jij daar maar blijft staan, omringd door zwart, volledig genegeerd.

Die ervaring creëert Jordan Peele niet via een realistisch drama, maar via een absurde, zwart-komische thriller. Want dat is wat Get Out naar mijn mening vooral is. Met de filmische horror valt het, gelukkig voor mij, mee: er zijn nauwelijks schrikeffecten of bloederige scènes. Maar de horror waar de achtergestelden van onze wereld dagelijks mee moeten leven, is des te sterker aanwezig – en vele malen huiveringwekkender. Peele laat je niet alleen kijken naar onrecht, hij laat je voelen hoe het is om er middenin te zitten, zonder ook maar een sprankje hoop op een uitweg.

Geschreven door Shady El-Hamus