Pusan International Film Festival

Zondaars en voetfetisjisten

  • Datum 14-01-2016
  • Auteur
  • Deel dit artikel

HAEUNDAE

Verslag vanaf het Zuid-Koreaanse Pusan International Film Festival waar Leo Bankersen oog in oog kwam te staan met een uitzinnige menigte fans.

Het onheil dat in 2004 door de tsunami werd aangericht is in de eerste Zuid-Koreaanse rampenfilm haeundae niet meer dan een opwarmertje. Een megatsunami, dat is het echte werk. Niemand neemt de geleerde die waarschuwt voor dit vernietigende fenomeen natuurlijk serieus. Totdat een wolkenkrabberhoge muur van water de badgasten op Haeundae-Beach laat rennen voor hun leven en de vloedgolf zich op de dure wijk van de Koreaanse havenstad Busan (ook gespeld als Pusan) stort. Beproefde melodramatische clichés en de beste Koreaanse digitale effecten spannen samen en het publiek smulde ervan. haeundae was het afgelopen jaar in Korea een grote hit.
Op het Pusan International Film Festival (PIFF), dat dit jaar van 8 tot en met 16 oktober werd gehouden, heeft haeundae een mooi plaatsje gekregen in het panorama van toonaangevende Koreaanse films. Haeundae is ook de naam van de wijk waar de belangrijkste festivallocaties zijn. Wie de film daar ging bekijken kon op het doek de gebouwen waarin hij zich op dat moment bevond zien instorten.

Sterrenfoto’s
De grote opleving van de Koreaanse cinema begon in de jaren negentig, nadat het land afscheid had genomen van de militaire dictatuur. In die periode, in 1996 om precies te zijn, werd ook het PIFF voor het eerst georganiseerd. In de veertien jaar van zijn bestaan is het drukbezochte filmfeest uitgegroeid van een pure arthouse-aangelegenheid tot een ruimhartig geprogrammeerd evenement. Men lonkt er openlijk naar Hollywoodsterren en stoeit met galavoorstellingen en rode lopers, wat veel aandacht in de media genereert en grote drommen toeschouwers trekt die met hun mobieltje sterrenfoto’s proberen te maken.
Wanneer ik er na het verlaten van een van de bioscoopzalen (die daar allemaal zijn ondergebracht in reusachtige warenhuizen) uit de lift stap heb ik de wonderlijke ervaring oog in oog te staan met een menigte die beslist op iemand anders wacht. Ja, Josh Hartnett komt zo, laat een fan me desgevraagd weten. Inderdaad doemt kort daarna een witte limousine op.

Kosmos
Aan de andere kant heeft het festival zijn oorspronkelijke roeping niet verloochend. Er is nog steeds ruimte voor experiment en eigenzinnige makers. Zie bijvoorbeeld het door het Hubert Bals Fonds gesteunde mundane history van Anocha Suwichakornpong. Dit Thaise mysterie begint als een gortdroge studie van de relatie tussen een verlamde jongeman en zijn verpleger, om dan geleidelijk te veranderen in een overdonderende bespiegeling over de plaats van de mens in de kosmos.
mundane history is een van de twaalf films uit de New Currents-competitie, een bescheiden hoofdprogramma met films van beginnende Aziatische makers. Net zoiets als de Rotterdamse Tiger-competitie.
Evenals in Rotterdam worden deze nog kwetsbare films bijna aan het zicht onttrokken door een overvloed aan nevenprogramma’s met titels die zich in veel gevallen al op andere festivals hebben bewezen. Naast een uitgebreid Aziatisch overzichtsprogramma draaien er bijvoorbeeld ook veel westerse kwaliteitsfilms, waaronder Haneke’s Gouden Palm-winnaar das weisse band, het in Venetië bekroonde Israëlische debuut lebanon of, jawel, uit Nederland the silent army en winter in wartime.
Er zijn nog wel meer redenen om Pusan (net als Rotterdam een havenstad) te vergelijken met het Rotterdamse festival. Ook Pusan wil een actieve speler zijn, een knooppunt in de Aziatische filmwereld. Het Pusan Promotion Plan, een coproductiemarkt voor filmmakers, producenten en financiers, is opgezet naar het voorbeeld van de Rotterdamse Cinemart. Daarnaast heeft het festival zich verbonden aan de in 2005 gelanceerde Asian Film Academy die beginnende en ervaren filmmakers samenbrengt. Tijdens het festival vindt ook de Asian Film Market plaats, waar Aziatische films westerse kopers vinden en omgekeerd.

Illegaal
Verder blijkt het PIFF zich dit jaar op te werpen als supporter van een door de filmindustrie gestarte campagne tegen illegaal downloaden. Dankzij de overvloedig aanwezige snelle internetverbindingen heeft de piraterij in Korea een dusdanige omvang aangenomen dat de zogenaamde secundaire markt voor films, zeg maar de dvd-verkoop, grotendeels is ingestort. Good Downloader heet de campagne die van een bijna naïeve eenvoud is. Tijdens het festival wordt iedere voorstelling voorafgegaan door een spotje waarin een gezelschap van frisse jonge Bekende Koreanen ons vrolijk lachend en knipogend verzekert dat ze allemaal ‘Good Downloaders’ zijn. Dus niet roepen dat piraterij diefstal is, maar de vervelende boodschap op een positieve manier brengen, dat is het idee. Maar kan de bekeerde zondaar die besloten heeft voortaan braaf te betalen ook iets vinden om legaal te downloaden? Een festivalvrijwilliger in de downloadleeftijd die ik hierover aanschiet meent dat het nog erg weinig is. Een woordvoerder van de campagne ziet het positiever in. Het aanbod is op dit moment nog klein, maar er gaan steeds meer internetportals van start die legale films aanbieden.

i’m in trouble

Voetbal
Terug naar de New Currents-competitie. De studie van relaties tussen mensen blijkt dit jaar een geliefd onderwerp te zijn. In paju, de tweede film van de Koreaanse Park Chan-ok (jealousy is my middle name) wordt de onmogelijke en nogal overdadig met botsende gevoelens beladen verhouding tussen een jonge leraar en het zusje van zijn overleden vrouw geplaatst tegen een achtergrond die we nog niet vaak zagen. De felle en vaak gewelddadige protesten tegen woningafbraak en ontruimingen.
Mijn persoonlijke favoriet is het charmante, lichtvoetige maar ook verrassend nauwkeurige en herkenbare i’m in trouble, de eerste lange speelfilm van de Koreaan So Sang-min. Deze innemende komedie over een werkloze dichter en zijn nuchtere vriendin die elkaar voortdurend misverstaan is veel droger en laconieker dan we van Koreanen gewend zijn. Bijna zou je So een leerling van Eric Rohmer willen noemen. Terecht bekroond met een van de twee New Currents Awards.
De tweede Award is toegekend aan een film die minder hoog op mijn lijstje staat. kick off komt uit Irak en laat zien hoe vluchtelingen in een verlaten voetbalstadion proberen de verbroedering te bevorderen door een voetbalwedstrijd te organiseren. De inzet en het lef om onder vermoedelijk barre omstandigheden zo’n film van de grond te krijgen moeten geprezen worden, maar als drama is het aan de magere kant gebleven. Niettemin vond ook de internationale filmkritiek kick off prijswaardig.

Fetisj
Soms lijken goede bedoelingen bij de selectie meer gewicht in de schaal gelegd te hebben dan spannende cinema. Neem bijvoorbeeld lan, een keurige en een beetje nostalgische terugblik op een Chinese meisjesjeugd in de tijd van de Culturele Revolutie. Sympathiek genoeg om de publieksprijs te verwerven, maar was dit nu echt het beste of meest uitdagende wat er gevonden kon worden voor een beginnerscompetitie op een toonaangevend festival? Het is een verzuchting die ook bij de Rotterdamse Tiger-selectie wel eens te horen is.
Een van de aandachttrekkende titels uit het programma Window on Asian Cinema was city of life and death, een indrukwekkend historisch drama over de bloedige Japanse invasie van Nanking in 1937. Pas de derde film van de Chinese regisseur Lu Chan en toch al grootse, epische cinema, gefilmd in klassiek zwart-wit.
Iets om naar uit te zien was ook het nieuwste werk van twee Koreaanse regisseurs die op dit moment zeer sterk uit de hoek komen: Park Chan-wook, die doorbrak met het hallucinerende wraakdrama oldboy, en Bong Joon-ho, maker van de enerverende monsterfilm the host. Beiden lieten hun nieuwste films eerder dit jaar in Cannes in première gaan — zo sterk is de reputatie van Pusan als premièrefestival dus nog niet.
In Parks thirst (Juryprijs in Cannes) verandert een priester in een vampier, wat voor een moreel hoogstaand iemand zo ongeveer de grootste nachtmerrie moet zijn. Park maakte er een uitbundig en satirisch spektakel van en Pusan vertoonde de extended version. Tijdens de Q&A na afloop bekende Park voetfetisjist te zijn. Het is maar dat u het weet.
Ook mother, de nieuwe film van Bong Joon-ho, mocht uiteraard niet ontbreken. Een ontregelend drama over een moeder die door roeien en ruiten gaat om te bewijzen dat haar zwakbegaafde zoon niet de moordenaar is van een omgebracht tienermeisje. Het voor Nederlandse distributie aangekochte mother is minder explosief dan the host, maar opnieuw een schitterend voorbeeld van opwindende cinema. Bong gebruikt het thrillergenre als kapstok, geeft er onverwachte draaien aan, bespeelt allerlei registers en zet tegelijkertijd een indringende studie neer over eenzaamheid en de donkere kant die het moederinstinct kan hebben. Verrassinkje voor de Nederlandse kijker: in een van de dialogen duikt onverwacht de naam van ons aller Guus Hiddink op, zij het in ironische context.

Leo Bankersen