Focus: Tubafilms!

You, the Living

Filmtheater Kriterion houdt van originele filmprogramma’s. In de serie Moderne Klassiekers vertoont het onder de titel Tuba Time deze maand vier films waarin tuba’s (of andere blaasinstrumenten) een rol spelen.

Je kunt alles bestuderen in films. Dus ook de rol van de tuba. Filmwetenschapper Gerald Sloan besteedde er aan de universiteit van Arkansas twee jaar van zijn leven aan. De conclusie? Inderdaad: de tuba is vaak de vrolijke nooit in films.

Maar er is meer. De eerste echte tubascore werd geschreven voor King Kong in 1933, ontdekte de professor. Populair werd de tuba in soundtracks vanaf de jaren zestig. Er bleek meer mogelijk met het instrument dan hoempa, hoempa, hoempa. Zo klinkt er in Spielbergs Jaws (1975) een tubathema telkens als de haai verschijnt. En in zijn Close Encounters of the Third Kind (1977) is de tuba gelinkt aan de aliens.

In de vier films films die Kriterion in december vertoont in het programma Tuba Time, is de tuba niet alleen te horen maar ook te zien. Zoals in het droevig-absurdistische You, the Living (Roy Andersson, 2007), waarin een tubaspeler tot grote irritatie van zijn vrouw thuis een deuntje speelt. Ook een fotolijstje aan de muur kan de muziek niet waarderen, want het valt pardoes in een aquarium.

In de documentaire Brasslands (diverse regisseurs, 2013) draait het niet om de tuba, maar om de trompet. De film schetst een beeld van het vijftigjarige bestaan van het jaarlijkse trompetfestival in het Servische dorp Guca, dat in tien dagen een half miljoen bezoekers trekt. De film volgt drie muzikanten uit verschillende culturen en laat zo de aanstekelijke kracht van de trompet horen, maar toont ook de culturele context van de verschillende stijlen, waaronder de energieke Roma-benadering.

De overrompelende kracht van Balkan-fanfaremuziek kan niemand ontgaan in de klassieker Underground (Emir Kusturica, 1995). De film over de lotgevallen van twee zwarthandelaren in de Tweede Wereldoorlog, die met een flashforward in de Joegoslavische burgeroorlog in de jaren negentig belanden, heeft een geweldige energieke en opwindende Balkan-soundtrack van de Servische componist en muzikant Goran Bregovic.

De Nederlandse inbreng in het programma is, hoe kan het ook anders, Bert Haanstra’s klassieker Fanfare (1958). Jan Mul, die vooral kerkmuziek componeerde, schreef voor de film over twee rivaliserende fanfares in Giethoorn een vrolijke soundtrack van Hollandse polderfanfare, die werd uitgevoerd door het Concertgebouworkest.

Als het programma Tuba Times een succes wordt en er een vervolg komt, dan graag ook de films Bewogen koper en Bokken en geiten. In Bewogen koper (1993) onderzoekt Johan van der Keuken de transformatie van westerse blaasmuziek in de muziekcultuur van Nepal, Ghana, Suriname en Indonesië. Het kolonialisme leidde in deze landen tot een blaascultuur, die een fascinerende mengeling is van westerse en autochtone muzikale elementen. Tragikomisch en vaak hilarisch is Bokken en geiten (Hans Heijnen, 1998), dat als een documentaire Fanfare 2.0 de rivaliteit toont tussen twee fanfarekorpsen in het Limburgse Thorn.


Tuba Time | 5 t/m 26 december | Kriterion, Amsterdam