Op ooghoogte #30
Droevige musicals
Cabaret
Mark Cousins (The Story of Film, A Story of Children and Film) schrijft voor de Filmkrant over film- en beeldassociaties. Deze maand vanuit de montagekamer van zijn nieuwe film: droevige musicals.
Ik zit momenteel in de montage voor mijn nieuwe film Stockholm My Love. Als mensen aan me vragen waar hij over gaat zeg ik altijd dat het een rouw-musical is. Dat levert wel wat opgetrokken wenkbrauwen op. Als we aan musicals denken, dan denken we aan Gene Kelly en Fred Astaire. We stellen ons optimisme voor en iets opwekkends. Maar op een bepaalde manier hebben de meeste musicals ook altijd een duister randje.
Kijk maar naar dit beeld van Liza Minnelli als Sally Bowles in Cabaret (1972). De achterovergebogen rug, een karakteristieke pose in de Bob Fosse-choreografie, de erotiek, de geweldige beheersing van kleur — groen en zwart — en dat zoeklicht van boven. Cabaret liet zien dat Amerikaanse cinema vreugde kon brengen ("Het leven is een cabaret, m’n schat") en pijn ("Als je haar door mijn ogen kon zien dan zou ze er helemaal niet joods uitzien"), allemaal in hetzelfde filmmenu. Sally heeft een abortus achter de rug (de extase van de gewelfde rug, de bezoeking van de gewelfde rug) en Berlijn heeft de nazi’s.
Als je iets nauwkeuriger kijkt naar de carrière van Stanley Donen, een van de grote Amerikaanse musicalregisseurs, dan zie je hoe Sally’s verhaal een flinke stap verwijderd is van de levensvreugde in zijn On the Town (1949) en Singin’ in the Rain (1952) of zelfs de halfschaduw van It’s Always Fair Weather (1955) en de regelrechte droefenis van Two for the Road (1967). En natuurlijk kent de meest gelauwerde van alle musicals, Les misérables (2012), nummers over echt hartzeer, zoals het verdrietige ‘Empty Tables’.
Maar het is in India dat het musicalgenre het meest ontwikkeld is. Sinds decennia zitten er in alle Bollywoodfilms musicalnummers. Een van de beste, Paper Flowers (1959), is bevangen van verdriet. Het beste nummer uit die film is een glorieus melancholische afschildering van verlies. En de best bezochte film aller tijden, het epische Sholay (1975), kent zowel liedjes van grote vreugde als eentje waarin de zangeres blootvoets op gebroken glas danst.
Het leven is een beetje zoals dansen op gebroken glas, en dat is waarom een aantal van de beste musicals dat ook doen.
Mark Cousins | @markcousinsfilm