Boeken: De Filmfabriek

Een 'ietwat overmoedige' opa

Profilti-medewerkers. Foto: collectie Barend de Voogd

Filmpublicist Barend de Voogd schreef een boek over zijn opa, Abraham de Voogd. Die leidde tussen 1929 en 1933 Profilti, indertijd een geduchte concurrent van het nog steeds bekende Polygoon. Wie maakte als eerste een bioscoopjournaal met geluid? En waarom moest Abraham het veld ruimen?

‘We wilden niets meer te maken hebben met die wereld’, schreef de ontgoochelde oma van filmpublicist Barend de Voogd in haar ongepubliceerde memoires. Met ‘die wereld’ bedoelde ze de filmwereld, volgens haar een slangenkuil.

Zoals in elke familie deden bij de De Voogds kleurrijke en gekleurde verhalen de ronde over het verleden. In het geval van De Voogds opa: dat hij volkomen onterecht zou zijn ontslagen, waarna zijn gezin in 1934 teleurgesteld naar Frankrijk emigreerde. Barend de Voogd vroeg zich af hoe het nou precies zat en begon het verleden van zijn opa te onderzoeken.

Abraham de Voogd was tussen 1929 en 1933 directeur van Profilti (een afkorting van Propaganda Films en Titels). Filmfabriek Profilti N.V. was een bedrijf in Den Haag dat zich bezighield met het ontwikkelen van foto’s en het maken van tussentitels, maar ook met het produceren van reclame- en bedrijfsfilms. Grootste wapenfeit van Profilti was de productie van het bioscoopjournaal Nederland in klank en beeld dat vanaf juli 1931 een geduchte concurrent was van het nog steeds bekende Polygoon. De bioscoopjournaals van Polygoon, met vanaf 1946 de kenmerkende commentaarstem van Philip Bloemendal, waren tot ver in de jaren tachtig in de bioscoop te zien. In 1931 voerden Profilti en Polygoon een verhitte advertentieoorlog over wie de eerste was met een eigen bioscoopjournaal met geluid en wie de beste was. Het boek De Filmfabriek drukt ze af, met veel rijmende slogans: ‘Polygoon spant de kroon, ook in toon’.

Draka-film. Beeld: collectie Eye Filmmuseum

Op het hoogtepunt van Filmfabriek Profilti werkten er rond de veertig mensen, die in totaal zo’n 350 korte en lange films produceerden, waaronder ook getekende reclamefilms voor fietsfabrikant Gazelle (met het figuurtje ‘Piet Pelle van Gazelle’ in de hoofdrol). Dat bedrijfsfilms ook artistiek waardevol kunnen zijn, laat de Draka-film zien, gemaakt in opdracht van draad- en kabelfabrikant Draka. De Filmliga was zo onder de indruk dat ze hem in een van hun programma’s vertoonden. Een deel van de overgebleven Profilti-films is via QR-codes achterin het boek te bekijken, een nuttige toevoeging.

Voordat Barend de Voogd, voormalig hoofdredacteur van filmblad Schokkend nieuws, aan zijn boek over ‘het dappere filmfabriekje’ van zijn opa begon deed hij onderzoek in allerlei archieven, bekeek hij de nog overgebleven films van Profilti – naar schatting zo’n tien procent – en toetste hij de overgeleverde familieverhalen op waarheidsgehalte. Het resulteert in een prettig leesbaar verhaal dat bedrijfsgeschiedenis, filmgeschiedenis en familiegeschiedenis tot één geheel smeedt. Bovendien werpt zijn studie licht op een wat vergeten periode uit de Nederlandse filmgeschiedenis, die van de overgang naar geluid. Filmhistoricus Karel Dibbets promoveerde in 1993 op dit onderwerp met zijn studie Sprekende films, sindsdien is er weinig over geschreven.

Maar De Filmfabriek is vooral nuttig omdat het uitvoerig de geschiedenis van Profilti documenteert – over concurrent Polygoon is al meermaals geschreven. Ondanks de familiebanden doet De Voogd dit objectief, met oog voor het feilen van zijn opa, een ‘ietwat overmoedige en niet door al te veel ervaring gehinderde directeur’.

In de eerste hoofdstukken schrijft De Voogd over de zakenavonturen van zijn opa in Frankrijk, voordat hij op zijn 27e naar Den Haag zou verhuizen. Ook schetst hij kort het interbellum, een tijd van snelle modernisering en economische groei. Door de beurscrash van 1929 verdween het optimisme echter al snel, om plaats te maken voor somberheid en cultuurpessimisme. Men sprak bijvoorbeeld over het ‘bioscoopgevaar’, de verderfelijke invloed van film op de moraal van de bioscoopbezoeker.

Het in 1929 verzelfstandigde Profilti ging in 1931 de samenwerking aan met Orion Filmfabriek, sinds 1925 makers van een eigen filmjournaal: Orion revue. Dit soort journaals kent een lange geschiedenis die in Nederland teruggaat tot 1898, toen filmpionier William Kennedy-Laurie Dickson de kroning van Wilhelmina vastlegde. Polygoon startte in 1920 met ‘ontwikkelingsfilms’ en had vanaf 1922 een filmjournaal, Hollands nieuws. De komst van geluid zorgt voor een stroomversnelling: welk bedrijf is het eerst met een bioscoopjournaal mét geluid?

De Voogd schrijft smakelijk over experimenten met allerlei geluidssystemen, van de ‘Loetafoon’ tot het systeem van Electra. Dick de Voogd, de broer van Abraham de Voogd, was daarbij belangrijk. Hij werkte als geluidstechnicus bij Philips en werd bij Profilti verantwoordelijk voor de geluidsopnames van Nederland in klank en beeld (met in tien minuten ongeveer zes onderwerpen, een sandwichformule die nog steeds in het huidige televisiejournaal te herkennen is), waarbij in de begintijd nogal eens wat misgaat. De filmopnames vinden plaats vanaf het dak van een speciaal geprepareerde auto. Polygoon en Profilti ruzieden niet alleen over wie het eerst was met geluid maar streden ook om beroemdheden als eerste vast te leggen, onder wie de dansende en zingende Josephine Baker.

Na een minder geslaagd speculatief hoofdstuk over het dagelijkse reilen en zeilen van Profilti komt De Voogd terecht in het voor zijn opa cruciale jaar 1933, het jaar van diens ontslag. Hier wordt De Filmfabriek een spannende thriller, waarbij rechtbankverslagen botsen op de herinneringen van oma De Voogd. In de woorden van kleinzoon Barend is dit een episode die het houdt ’tussen een gecompliceerde bedrijfsovername en een absurde klucht’. Hoe die klucht in elkaar steekt verraden we hier niet, maar het is De Voogds verdienste dat hij deze kluwen voor eens en altijd ontward heeft.


De Filmfabriek, Barend de Voogd | 2023, Uitgeverij Walburg Pers, Zutphen | 320 pagina’s | €24,99

De Filmfabriek werd op 2 juni 2023 gepresenteerd in Filmhuis Den Haag. Op 9 juni houdt Barend de Voogd in Eye Filmmuseum, Amsterdam een lezing over De Filmfabriek, waarbij Profilti-films uit de archieven van Eye en Beeld & Geluid worden vertoond. Na afloop signeert De Voogd zijn boek, dat ter plaatse te koop is. Vervolgens maakt De Voogd in juni en juli een promotietour langs diverse filmtheaters in het land.