Redactioneel – juli/augustus 2024
Het gevaar van de trechter
In Directed by Yasujirō Ozu legt de Japanse criticus Shiguéhiko Hasumi overtuigend uit dat de meeste mensen al decennia verkeerd naar de films van Ozu kijken.
Ozu wordt nog steeds vaak getypeerd als ‘minimalist’ en ‘traditioneel’. Nee, zegt Hasumi, er gebeurt juist van alles in Ozu’s beelden. Maar elementen die niet passen in de conventionele ideeën over zijn werk, worden door critici buiten beschouwing gelaten. Dus wordt hij nog steeds vaak beschreven in termen van wat hij allemaal niet doet (geen bewegende camera, geen actiescènes) in plaats van wat hij wel doet. Hasumi publiceerde het boek overigens al in 1983, maar het is pas nu vertaald naar het Engels.
Een van de dingen die Hasumi noemt, is dat er vaak spanning in het beeld zit, doordat er gelijktijdig twee tegenstrijdige elementen te zien zijn. Bijvoorbeeld iets wat een traditie symboliseert en iets wat de moderniteit symboliseert. Dat is belangrijk omdat Ozu’s films onder meer verschuivende verhoudingen in de samenleving aan de orde stellen in een periode waarin Japan van traditie naar moderniteit bewoog.
Het is een kunst om nauwkeurig te kijken en niet alle tegenstrijdigheden met elkaar te willen verzoenen. Door commercials en puur commerciële cinema wordt ons al zeker een halve eeuw opgedrongen dat alles eenduidig moet zijn. Dingen mogen niet ambivalent of tegenstrijdig zijn, dat vertroebelt de boodschap alleen maar.
Dat een film überhaupt een boodschap moet hebben, een eenduidig verhaal, is natuurlijk al een kwalijke simplificatie. Je ziet het principe ook aan het werk bij filmbedrijven die vooral films willen hebben die makkelijk in de markt gezet kunnen worden. Dat betekent dat ze makkelijk te categoriseren moeten zijn, zodat het publiek dat een kaartje koopt altijd precies weet wat het te zien gaat krijgen.
Hetzelfde principe is aan het werk bij de gedachte ‘je bent voor ons of tegen ons’. Je loopt in de pas of uit de pas. Simplificaties zijn een trechter-strategie. Extreem gesteld kun je zeggen dat trechterdenken zich naar een (altijd valse) ideologie van puurheid en zuiverheid beweegt, omdat alles wat niet in het verhaal past wordt verwijderd.
Dit zijn misschien grote stappen. Maar simplificaties, zowel in films als in politieke debatten, werken naar een doel toe en zijn nooit zonder risico. Daarom is het belangrijk dat we ook troebele en wazige dingen blijven koesteren. Films die niet eenduidig zijn, maar die durven twijfelen. Die zich niet in een mal laten drukken. Alles in een beeld, in een verhaal is belangrijk.
Hasumi haalt in het boek een Japanse collega aan die het was opgevallen dat westerse critici het bij een bepaalde scène van Ozu altijd over de vaas in het midden van het beeld hadden. Japanse kijkers zien ook de periferie van het beeld, wist hij, de achtergrond waar schermen staan waarop de silhouetten van planten in de tuin daarachter te zien zijn, wat hen doet denken aan het einde van de lente. Zo zie je dat je een ruimer of juist een nauwer perspectief kunt trainen.