Zappa
Heidens monnikenwerk
Alex Winter ploegde door duizenden uren filmmateriaal en bergen archief voor de documentaire Zappa.
Voor de wijde wereld is Frank Zappa vooral een Sik-Snor-Combinatie. Maar achter dit succesvolle handelsmerk schuilt een compleet universumpje waarin uiteindelijk alles draait om muziek en de vrijheid te maken wat je wilt – of om Frank Zappa, het verschil is klein. Zoals gitarist Steve Vai zegt in de film Zappa van Alex Winter: “Frank was a slave to his inner ear.” Maar wel een slaaf die tegelijk ook slavendrijver was voor wie hij nodig had om zijn muziek te laten klinken. Het is een van de tegenstellingen die op een eigenaardige manier de conceptual continuity bepalen van de figuur Frank Zappa: componist, gitarist, rock-icoon, satirist, politiek commentator en meer.
Alex Winter, als acteur vooral bekend als Bill in de filmserie Bill & Ted met Keanu Reeves als de andere helft van het duo, regisseerde al verschillende goed ontvangen documentaires voor hij aan Zappa begon. Daartoe moest hij eerst De Weduwe Zappa, tough cookie Gail, voor zich winnen. Vervolgens werkte hij zes jaar aan het doornemen, selecteren en monteren van duizend uur filmmateriaal. Dacht u dat Prince een groot archief naliet? De Zappa-archieven zijn monsterlijk. De man nam én sloeg alles op en bewaarde ook nog het vele dat over hem verscheen. Twee van de zes jaar was Winter kwijt aan het restaureren en conserveren van beeld en geluid op allerlei in onbruik geraakte dragers. Dat proces werd, uitzonderlijk, geheel bekostigd door crowdfunding.
Dat Winter niet is verdronken in deze zee dwingt bewondering af. Hij wil een uniek levensverhaal vertellen en doet dat chronologisch, maar de beelden zijn, terecht, gekozen op de mate waarin ze het verhaal steunen en volgen geen strakke tijdlijn. In voice-over is Zappa zelf te horen en ook dat verhaal is een collage van bits and pieces uit een bovenmenselijke berg interviews. Thuis noemen wij dat, met Kees van Kooten, ‘een heidens monnikenwerk’.
Winters verhaal verveelt geen moment, eerder is er sprake van overkill in de snelle montage van allerlei typische Zappa-chaos. De muziek waar het om gaat is alleen fragmentarisch te horen en dat kun je een bezwaar noemen. Voor meer is simpelweg geen tijd, maar de niet-ingewijde die door de film geboeid raakt wordt aan zijn lot overgelaten – succes met de meer dan zestig reguliere albums en de ruim vijftig postume releases!
Waarin Zappa tekortschiet is enige kritische beschouwing. Is de man nooit eens écht stevig aan de tand gevoeld? Dat Zappa’s songteksten vaak grof-seksistisch zijn komt niet ter sprake. Het vermoeden bekruipt je dat Winter zijn film wilde behoeden voor de weinig ontziende cancel culture van deze tijd. Daarmee zou hij lijnrecht ingaan tegen Zappa’s ideeën en diens hartstochtelijke en compromisloze verdediging van het vrije woord.