The Underground Railroad

‘De wreedheid waartoe mensen in staat zijn, als ze denken dat ze voor de goede zaak vechten’

Underground Railroad

Van de lyrische stijl die Barry Jenkins koos voor de liefdesverhalen Moonlight en If Beale Street Could Talk, gebruikt hij als het ware het diapositief om in zijn Amazon-serie The Underground Railroad de hel van de Amerikaanse slavernij te laten zien. Geen dromerige wandeling maar een nachtmerrie van tien afleveringen.

Toen ik voor het eerst las dat Barry Jenkins een serie over het Amerikaanse slavernijverleden ging maken, zoals het feitelijk en tegelijk eufemistisch heet, moest ik denken aan het Holocaust-monument in Berlijn. Want hoe doe je recht aan de horror? Welke vorm kies je? De mensen achter het monument zagen in dat een eenvoudig, herkenbaar beeld nooit acceptabel kon zijn. Laten we zeggen: een mens in deze of die pose. Elke eenvoudige, herkenbare verbeelding van het lijden zou een reductie zijn. Eenzelfde redenering zat achter de vorm die Claude Lanzmann koos voor Shoah. Alleen feiten. Getuigenissen. Een gehavend landschap. Geen dramatisering.

Het slavernijverleden is een genocide. Een genocide die voortkwam uit economische en racistische motieven. We noemen slavernij zelden zo, maar het kwam feitelijk neer op massamoord, uitgesmeerd over honderden jaren. Van vroeg in de zeventiende eeuw tot laat in de negentiende eeuw.

Bij het Holocaust-monument is gekozen voor een abstractie. Wat je er verder ook bij denkt, de eerste gedachte, het eerste woord dat bij je naar boven komt, is ‘veel’. Rijen en rijen van vormen waar je tussendoor kunt lopen. Wat de makers ook begrepen is dat het monument groot moest zijn. Het moest ruimte innemen, veel ruimte, midden in Berlijn, het ideologische centrum van de massamoord. Het moest aanwezig zijn, voor iedereen te zien. En het moest een abstractie zijn, een niet-te-bevatten. Ook hier in de vorm geen dramatisering. Behalve groot en veel.

Jenkins moet eenzelfde spanning gevoeld hebben. Welke vorm kies ik? Kan ik dit dramatiseren? Slapeloze nachten moet dat opgeleverd hebben. Want kan zoiets banaals als een plot recht doen aan honderden jaren ontvoering, dwangarbeid, verkrachting, uitputting, kindermisbruik, vrouwenmisbruik, mannenmisbruik, afranseling, marteling, moord? Ik vermoed dat Jenkins er nog steeds wakker van kan liggen. Ook nu de serie te zien is. Ik vermoed dat hij zich die vraag voor altijd zal stellen: was dit de vorm die de serie moest hebben?

The Underground Railroad is erg goed. Om te beginnen. Je ziet dat bij Jenkins alle bovenstaande gedachten door z’n hoofd zijn gegaan. Je ziet het bijvoorbeeld aan de droomachtige kwaliteit van de serie. Op een heel basaal niveau zul je slavernij als mens namelijk willen ontkennen. Dit kan niet waar zijn. Dit kan mensen niet honderden jaren lang zijn aangedaan. Al die woede, pijn, machteloosheid. Zien hoe je kinderen, je ouders worden gedwongen te werken, afgeranseld worden, verkracht. Hoe lichamen eeuwenlang gesloopt werden. Gewoon gesloopt. Tot ze het niet meer deden. Toch wilden al die mensen overleven. In volstrekt uitzichtloze situaties. Wat doet de geest dan? Die zal ontkennen, informatie selecteren, niet steeds de horror willen zien. Die onwerkelijkheid, dat uitschakelen van een geest die overweldigd wordt, het in en uit de werkelijkheid drijven, moest in de serie zitten. Het zou onacceptabel zijn als de serie alleen maar een simpele plot kreeg, met personages die van a naar b reizen en waar aan het eind het obstakel overwonnen zou zijn en het probleem zou zijn opgelost.

En toch moest er een plot komen. Want anders dan bij een monument in een hoofdstad is een serie iets waar geld aan verdiend moet worden. Zonder opbrengst geen investering. Daardoor dreigt altijd het risico van exploitatie. Jenkins weet dat. Niet dat hij een heilige is. Hij is ook gewoon een regisseur die wil blijven doen wat hij doet en goed wil zijn in wat hij doet. Maar de spanning tussen recht doen aan een gruwelijke geschiedenis en er tegelijk geld aan verdienen, die geschiedenis in zekere zin reduceren tot een verhandelbaar goed, dringt zich onvermijdelijk op. Een belangrijk argument om een serie als dit wel te maken, is dat mensen het moeten zien. Dat het beeld van slavernij zoals te zien in Gone with the Wind (Victor Fleming, 1939), om maar iets te noemen, gecorrigeerd wordt.

Een plot dus. Maar geen feitelijke plot. De historische underground railroad bijvoorbeeld, een verzameling geheime routes waarlangs mensen aan slavernij konden ontsnappen doordat anderen hen naar de noordelijke staten of Mexico of Canada smokkelden, was niet ondergronds. En het was ook geen spoorweg. Jenkins kiest ervoor om het wel zo te laten zien. Als een ondergrondse spoorweg waarop letterlijk een stoomlocomotief dendert. De reden is dat we de hele serie min of meer in het hoofd zitten van het hoofdpersonage Cora, een jonge vrouw die op een plantage in Georgia als slaaf bestaat. Bestaat, want van leven kunnen je nauwelijks spreken. En voor haar is het een ondergrondse spoorweg.

De toonzetting is snel duidelijk, zonder dat ook maar één personage hardop zegt hoe gruwelijk het is. (Dat is belangrijk want voor de personages is dit al lang de werkelijkheid. Als ze hardop zouden erkennen hoe verschrikkelijk het is, zou dat alleen aan de kijker gericht zijn. Dit even als tip aan andere scenarioschrijvers.) Goed, gruwelijk dus. Een man ontsnapt van de plantage, wordt weer gevangen door een ‘slavenvanger’, wordt ten overstaan van alle andere slaven én een dinerend gezelschap in de tuin afgeranseld en daarna in brand gestoken. Op meerdere momenten in de tien afleveringen van de serie dwingt Jenkins je te blijven kijken naar iets wat je niet wilt zien. “De wreedheid waartoe mensen in staat zijn, als ze denken dat ze voor de goede zaak vechten”, zegt een van de stationsmeesters van de ondergrondse. Toch weet Jenkins exploitatie te vermijden.

De verbranding is één van de redenen dat Cora eindelijk wegvlucht van de plantage. Een andere reden is dat Caesar, een man die haar heimelijk liefheeft, Cora overtuigt om mee te vluchten. Ze weten een station van de ondergrondse spoorweg te bereiken en vandaar naar South Carolina te vluchten. De rest van de serie blijven de personages zich verplaatsen – afleveringen dragen de titels van de staten waar ze op dat moment verblijven – achtervolgd door de slavenjager Ridgeway. Meer hoeven we over de plot niet te zeggen.

Wat Jenkins via Cora’s beleving laat zien, is de hel. Een verwoest landschap. Een morele ruïne. Een bar, onderdrukkend land. Hij doet dat met alles wat hij als filmmaker tot z’n beschikking heeft. Met schitterende rollen van vrijwel alle personages. Met de camera. Met risico’s, zoals wanneer Cora kort na haar vlucht van de plantage om onduidelijke redenen naar een plek in een moeras blijft staren terwijl pas in de laatste aflevering blijkt waarom. Met weinig woorden. Natuurlijk met weinig woorden, want in deze hel stribbelt elk woord tegen om uitgesproken te worden. Voor slaven, en zeker voor mensen die aan slavernij ontsnapten, was elk woord een risico. Elk woord kon je verraden. Elk woord kon de woede van de slavendrijvers opwekken. Dat moet je als maker begrijpen, anders beheers je je vak niet. Jenkins beheerst zijn vak.

En hij doet het met sound design. Je zou The Underground Railroad misschien wel helemaal kunnen recenseren, of laten we zeggen, begrijpen en ervaren, als je alleen maar zou luisteren. Naar de dreigende, pulserende grondtonen die Cora’s perspectief zo vaak overheersen. Naar de stilte van de onverschillige aarde. De hoop van piepende assen als de trein in die stilte dichterbij komt. Het metaal van de smid als verder alles stil is omdat er dreiging in de lucht hangt. Naar de muziek van ‘Clair de lune’, dat de titel draagt van een gedicht van Paul Verlaine, over de ziel als vol van muziek in mineur. Naar de krekels ‘s nachts als Cora en haar metgezel in North Carolina stoppen bij een lange bosweg met aan weerszijden eindeloze rijen opgehangen zwarte slachtoffers. Want North Carolina doet niet aan slavernij. In plaats daarvan hebben ze iedere aanwezigheid van zwarte Amerikanen verboden. Wie toch over de staatsgrens komt, wordt opgeknoopt.

Wat de serie ook overtuigend laat zien, is dat de hel niet ophoudt bij de grenzen van de zuidelijke staten. Net als in Get Out (Jordan Peele, 2017), dat het verborgen racisme liet zien van mensen die zichzelf als vrijdenkend links beschouwen, is ook hier het frame bij witte tegenstanders van slavernij nog steeds racistisch. Men zegt het niet letterlijk, maar men is nog steeds overtuigd van de eigen superioriteit. Een enkele uitzondering daargelaten, zoals Ridgeway’s vader, die zichzelf in elk ander mens herkent en Ridgeway ook met dat idee heeft opgevoed. Als iemand die respect moet hebben voor anderen, voor wat hij de ‘Great Spirit’ noemt. Dat Ridgeway de tegenovergestelde kant op ging en slavenjager werd omdat hij voor z’n gevoel niet aan de eisen van z’n vader kon voldoen, is een van de weinige missers van de serie. Want te eenvoudige psychologie.

Jenkins koos er wijselijk voor The Underground Railroad het verhaal van één vrouw te laten zijn en haar beleving centraal te stellen. Soms stapt hij daarvan af, bijvoorbeeld in een aflevering van slechts 17 minuten, die ons even laat zien wat er met een van Cora’s metgezellen is gebeurd, nadat Cora zelf al door was gereisd. De keuze voor het perspectief van één mens, is Jenkins die zegt: goed, er moest een plot komen, er moest een reis worden afgelegd van a naar b, anders kunnen we geen serie maken. Maar weet dat ik weet dat geen enkele plot ooit recht kan doen aan de historische werkelijkheid van de Amerikaanse slavernij.


The Underground Railroad is nu te zien op Amazon Prime Video.