Spider-Man: Across the Spider-Verse
Hoe het anders kan

Spider-Man: Across the Spider-Verse
Het vervolg op de succesvolle animatiefilm over Miles Morales, een alternatieve Spider-Man van kleur, is bigger and bolder dan de eerste film.
In interviews over zijn film Beau Is Afraid had Ari Aster het vaak over chicken fat. De term, die Aster overnam van striptekenaar Will Elder, duidt op de overdaad aan details in de achtergrond van de film. Te veel details om stuk voor stuk tot je te nemen bij een eerst kijkbeurt, maar samen toch een enorme smaakmaker voor de film.
De animatiefilm Spider-Man: Across the Spider-Verse barst uit zijn voegen van het chicken fat. Er zit zo veel chicken fat dat je je bij vlagen afvraagt of er nog wel ruimte is voor vlees aan de botten. Maar dat blijkt er zeker te zijn in dit bigger and bolder vervolg op Into the Spider-Verse uit 2018. Dat vertelt een min of meer rond verhaal en weet alsong te eindigen in een dijk van een cliffhanger, als aanloop naar het derde deel Beyond the Spider-Verse dat in maart 2024 verschijnt.
Voor aanvang van de persscreening van de film moesten we als journalisten niet alleen het inmiddels gebruikelijke, vermaledijde embargo-formuliertje ondertekenen, maar werd ook nog eens een korte video-introductie vertoond. Daarin drukten scenaristen/producenten Chris Lord en Phil Miller ons vriendelijk edoch bloedeserieus op het hart om toch vooral niets weg te geven van alle verrassingen die de film in petto heeft.
Nou ben ik een uitgesproken tegenstander van hoe panisch er wordt gereageerd rond potentiële spoilers, maar Lord en Miller hoeven zich geen zorgen te maken. Ik zou namelijk niet weten waar ik zou moeten beginnen bij het spoilen van Across the Spider-Verse, dat bijna tweeënhalf uur zonder adempauze doordendert. In het kort: Miles Morales, een Spider-Man van kleur uit een ander universum dan de bekendere Peter Parker, is terug als centrale figuur. Gwen Stacy, een vrouwelijke Spider-held uit weer een ander versie, heeft een grotere en gelaagdere rol dan in het eerste deel. Samen worden ze door het ‘multiversum’ geslingerd, waar hun strapatsen de ‘canon’ bedreigen
Het telt allemaal op tot een film die nog harder dan het eerste deel bevraagt waarom de helden die onze cultuur ons serveert zo eenvormig zijn. Niet door belerend te zijn, maar door gedreven en vrolijk te tonen hoe opwindend het is als je met hart en ziel iets anders doet.
Een spoiler die ik hier wel kan weggeven: in de komende Filmkrant zet Hugo Emmerzael uiteen hoe het Hollywood-model van de afgelopen decennia, met een opeenvolging van steeds ziellozer sequels, aan metaalmoeheid leidt. Altijd fijn om bij zo’n stuk de uitzondering die de regel bevestigt geserveerd te krijgen. Want dat is Across the Spider-Verse: tegengif tegen de kleurloze, futloze, fantasieloze drek die tegenwoordig dient als massavermaak.
Er zitten genoeg grappen en verwijzingen naar zestig jaar Spider-geschiedenis in strips, films en series in de achtergronden verstopt om als de film straks op streaming beschikbaar is een week lang met de pauzeknop in de weer te zijn voordat je alles hebt gespot. En dan nog zal er van alles zijn dat alleen de meest ingevoerde Spider-fans thuis kunnen brengen.
Het knappe aan Across the Spider-Verse is dat die vloedgolf aan knipogen zelden de plot en de emoties in de weg zitten. Terwijl je omver geblazen wordt door de wervelende animatie, die uit een schier eindeloze collectie stijlen en sferen put en toch volledig coherent voelt, zijn het juist de kleine momenten die het meest beklijven.