John Wick 4

Waar houdt dit op?

John Wick 4. Foto: Murray Close

Groot kan altijd nog groter, gewelddadig nog gewelddadiger: de vierde John Wick-film is een bijna drie uur lang geweldsorgasme dat drijft op de overdonderende gevechtsscènes en de als altijd voortreffelijke Keanu Reeves.

You ready, John?” Het is de eerste vraag die gesteld wordt. John Wick is op een bokszak aan het rammen; zijn vuisten liggen open, maar toch blijft hij doorgaan. En uiteindelijk spreekt hij – het is het eerste wat hij in dit vierde hoofdstuk van de actiereeks zegt, beknopt en mompelend, geheel in lijn met zijn karakter: “Yeah.

Ja, John Wick is er klaar voor. Altijd, onder alle omstandigheden. De zwijgzame ex-huurmoordenaar bewees dat in de eerste drie, bijzonder succesvolle John Wick-films al, en ook in dit vierde deel blijkt hij er klaar voor. Hoe onaangedaan, verwond of afwezig de titelheld soms ook lijkt, zodra er een stoet vijanden verschijnt, verslaat hij ze, schietend, slaand, springend.

En net als bij de eerste drie delen valt daar beslist van te genieten: Keanu Reeves is eens te meer een geweldige Wick, strak in het pak, onvoorzien lenig, vol verstild charisma. En op audiovisueel vlak zijn, volgens beproefd John Wick-recept, de gevechtsscènes ook nog eens bijzonder memorabel.

Eigenlijk wordt Wick deze hele film opgejaagd door figuren die hem voorheen ook al dwarszaten, afkomstig van de criminele organisatie High Table. De tijd van praten is allang voorbij. Vechten zullen ze, waar en hoe dan ook. Er wordt geknokt in een prachtige hal vol lichtgevend glaswerk in Osaka, Wick schiet in de rondte in Berlijn, in New York, hij springt van een dak en sjeest rond op een motor, er vindt een shootout plaats voor de Sacré-Coeur precies op het Bob Rossiaanse moment dat de zon opkomt.

Het is doelbewuste overdaad, zowel kitscherig als effectief, en natuurlijk vrij gangbaar bij explosieve vervolgreeksen als John Wick: groot kan altijd nog groter worden, gewelddadig nog gewelddadiger. Meer van hetzelfde dus, dit strak gestileerde vierde hoofdstuk. Elke Wick-liefhebber komt geheid aan zijn trekken, mede door de vele verwijzingen naar eerdere delen. Maar wat toch óók opvalt zijn een paar flinke accentverschuivingen in Wicks universum. Want vooral de sterke eerste John Wick-film (2014) was vrij secuur, zelfs kalm opgebouwd: daarin wordt Wick tot wraak gedreven en duurt het even voor het echt bloederig wordt. In de films erna slonk de aanloop naar geweld steeds verder, en inmiddels is Wick eigenlijk vanaf het begin massaal aan het huishouden.

Hoeveel mensen zou Wick al met al ombrengen in dit deel? Honderd? Twee-, driehonderd? Die vraag klinkt vast wat ouwelijk, want natuurlijk gaat het bij een reeks als dit niet om realisme, het draait om het excessieve, de veelvoud – alleen wordt het personage John Wick nu voor het eerst ook licht cartoonesk. Omdat hij maar door blijft knokken. Omdat er af en toe ineens grapjes worden gemaakt, en zich semi-kolderieke momenten aandienen – bijvoorbeeld Wick die eindeloos van een trap blijft rollen en daarna moeiteloos overeind komt, als onbewogen en onschendbaar middelpunt van dit bijna drie uur durende geweldsorgasme.

En intussen hangt er ook nog een sluier van doem over het geheel heen. Of in elk geval over het personage Wick. Af en toe, opeens, zit er iets heel noodlottigs in zijn blik, in zijn algehele houding. Tussen al het geknok door wordt er ook voortdurend expliciet verwezen naar een naderend einde. Wick wordt alvast een ‘geest’ genoemd. “Waar eindigt dit?”, vraagt een van zijn weinige bondgenoten aan het begin. Nog meer geweld, nog meer wraak, en dan? Overal waar de ontheemde John Wick opduikt, begint het verval, of tenminste het schieten. “Het enige waar dit toe leidt, is de dood”, zegt zijn vaste kompaan Bowery King (Laurence Fishburne) halverwege de film.

Die bondgenoten zien wat ook het publiek van dit vierde hoofdstuk niet kan ontgaan: hoe klaar John Wick ook voor de strijd is, hoe virtuoos en makkelijk hij zijn vijanden ook blijft uitschakelen, vroeg of laat komt er een eindpunt in zicht – dan kunnen er niet nóg meer vijanden bij komen, nog grootschaligere wraakacties worden opgezet, dan komt het moment dichterbij waarop de rek uit de formule raakt, of waarop er toch ineens iemand terugslaat die Wick wél kan raken.