Horizon: An American Saga – Chapter 1
Glorieus onhippe western
Niets nieuws onder de zon in het eerste deel van Kevin Costners magnum opus en dat is exact de bedoeling. Horizon: An American Saga is een fantastische ouderwetse western.
Tijdens de afgelopen editie van Cannes werd er veel geschreven over de wereldpremière van Francis Ford Coppola’s Megalopolis. Met name over het prijskaartje: het megalomane passieproject kostte Coppola meer dan 120 miljoen dollar, grotendeels door hem zelf betaald door de aandelen van zijn wijnhuis te verkopen. Mede door dat waanzinnige bedrag werd het hyperpersoonlijke en ontzettend vreemde Megalopolis een van de films op Cannes waar je bij moest zijn geweest.
Grappig genoeg bleef een ander megalomaan passieproject op datzelfde festival wat onder de radar: Horizon: An American Saga van acteur/scenarist/regisseur Kevin Costner.
De Oscar-winnende regisseur en steracteur van Dances with Wolves (1990) presenteerde tijdens Cannes het eerste deel van een vierdelig western-epos, dat hij voor een groot deel zelf heeft bekostigd door een extra lening op zijn ranch te nemen. Costner schijnt meer dan 38 miljoen van zijn eigen geld in de pot te hebben gestopt om het eerste en tweede deel van deze filmreeks te financieren. Die komen nu met een afstand van een maand na elkaar uit. Filmstudio Warner Bros. gaat pas geld bijleggen voor deel drie en vier wanneer de eerste helft van Horizon: An American Saga goed genoeg heeft gedraaid aan de kassa.
Na alleen het eerste, drie uur durende deel te hebben gezien, hoop ik van harte dat Costner dit allemaal van de grond gaat krijgen. Horizon: An American Saga – Chapter 1 ademt namelijk een liefde voor klassieke Amerikaanse cinema die je zelden nog ziet. Zoals zijn vaak belachelijk gemaakte en daarmee onderschatte Dances with Wolves en het te weinig geziene Open Range (2003) al toonden, is Costner een meesterlijke traditionalist; iemand die moeiteloos bruggen slaat tussen de klassieke John Ford-westerns van weleer en het Amerikaanse filmlandschap van nu.
Als er überhaupt nog westerns gemaakt worden, zijn het vaak revisionistische, postmoderne films die op slinkse manieren tegen de thema’s en stijlvormen van het genre in werken. Daar is Costner niet van gediend. Hij maakt western-westerns. Zo ook Horizon: An American Saga, dat glorieus onhip is, maar wel steengoed in elkaar zit.
Drukpers
Deze saga speelt zich af tegen de achtergrond van de Amerikaanse Burgeroorlog en trekt een flink blik aan personages open die door het immer schuldige landschap migreren. Het script van Jon Baird en Costner geeft blijk van een haast sociologische fascinatie voor hoe die migratiestroom wordt aangedreven door gedrukte pamfletjes met advertenties voor nieuwe nederzettingen in grondstofrijke gebieden. Die vormen de motor van het echte drama: het afpakken van land van inheemse stammen, die onderling verdeeld zijn over de vraag hoe ze moeten omgaan met de groeiende aantallen witte kolonisten.
Costners lens is hier haast literair te noemen, in de zin dat hij via de plot hele familiedynastieën en andere machtsstructuren uitpluist. Tegelijkertijd is zijn filmische blik glashelder, met een uiterst secure decoupage die werkt voor zowel intiem drama als intense actie – vooral het pistoolduel tussen Costner als paardenhandelaar Hayes Ellison en één of andere schavuit is een klein meesterstuk.
Het einde van dit eerste deel is overigens een schaamteloos commercieel lokkertje voor de volgende delen. Deze afsluitende trailer is echter zo overweldigend sterk gemonteerd dat het eeuwig zonde zou zijn als dit magnum opus het niet tot de eindstreep gaat halen.