Hoe te verdwijnen
Het verlangen niet meer mee te doen
In deze documentaire van Marc Schmidt draait het om vijf mensen die zich onttrekken aan de samenleving. En, uiteindelijk, om Schmidt zelf.
Laten we het maar gewoon toegeven: er zijn genoeg redenen om niet meer mee te willen doen.
Oké, ja, best wat sociale voorzieningen in Nederland zijn nog altijd keurig op orde, sommige vangnetten bestaan nog en bepaalde instanties zijn nog niet helemaal wegbezuinigd – maar deze tijd wordt gekenmerkt door hardheid en afbraak, door toenemende depressies onder jongeren, door polarisatie die via mobieltjes versterkt wordt, door rijken die hun vermogen zien groeien terwijl de ‘gewone Nederlander’ elk jaar geconfronteerd wordt met hogere kosten voor een krimpend bestaan.
Wat ik eigenlijk wil zeggen: ik snap ze wel, de mensen die in de Nederlandse documentaire Hoe te verdwijnen geportretteerd worden. Ik snap wel dat ze niet meer mee kunnen of willen doen met een ‘regulier’ bestaan. En dat ze op een of andere manier controle willen krijgen over hun leven.
Zij is een middelbare vrouw op zee – alleen, in haar boot, zonder contact met de buitenwereld. Hij is een kunstenaar op leeftijd die net pas ‘bevrijd’ is, nu een naaste is overleden. Zij een jonge vrouw die worstelt met een diep minderwaardigheidsgevoel en de gevolgen van geweld. Zij een moeder van in de dertig die heel veel eet en dan braakt – de stoornis beheerst haar dagen. Zij, onherkenbaar in beeld gebracht, heeft een seksverslaving, geworteld in diepe onzekerheid.
Deze vijf figuren, die zich elk op een eigen manier hebben onttrokken aan de samenleving, staan centraal in Hoe te verdwijnen; beurtelings vertellen ze hun verhaal. Dat gebeurt hoofdzakelijk in interviewvorm: los van wat beelden vanaf de zee of vanuit het atelier, bestaat de documentaire vooral uit talking heads, hun eigen inwendige crises beschrijvend en vrij sec duidend (‘op het moment dat er seks was, was er geen ruimte voor eenzaamheid, verdriet, pijn’).
Het zijn aangrijpende verhalen die niet heel aangrijpend worden verteld. Op zich valt het te begrijpen dat Schmidt heeft afgezien van nadere contextualisering, dat er geen zogeheten experts aan het woord komen die het verlangen om je te ontkoppelen duiden of in een maatschappelijke dan wel journalistieke context plaatsen. Maar daartegenover staat dat de afzonderlijke verhalen nu wat statisch blijven – ze bestaan in taal, niet in scènes, en door de permanente afwisseling tussen de vijf beklijft de ene verdwijningspoging meer dan de andere.
Wat brengt het verdwijnen, het niet meer meedoen? Wat houdt innerlijke leegte precies in – en wat zijn deze mensen uiteindelijk los van hun verslaving of vlucht? Dat zijn de vragen waar deze documentaire vooral omheen cirkelt. Het hoe uit de titel moet zeker niet gezien worden als opmaat tot een stappenplan – deze mensen hebben hun vormen van escapisme allang gevonden, hebben er een ambivalente verhouding toe; een deel van de geportretteerden zit nog midden in de worsteling, een ander slaat al een meer terugblikkende toon aan.
Stuk voor stuk roepen ze sympathie op, want ze torsen duidelijk persoonlijke trauma’s met zich mee, vertellen openhartig over wat hen beweegt. Psychologisch blijft de documentaire echter wat aan de oppervlakte. Dat heeft ook te maken met de zintuigelijke, vrij kunstzinnige aanpak van regisseur Marc Schmidt (1970). Veelvuldig wordt er net wanneer iemands gemoed kleur begint te krijgen, gekozen voor een artistieke draai, en volgen er shots van de zee of een lege, witte hal. Zeker tegen het einde van de documentaire wordt dat storend, als de kunstenaar op leeftijd druk schilderend wel erg gedragen begint te spreken over zijn verlangen ‘er niet te zijn’, ‘de vlucht in de roes’, over die verdwenen ander: ‘Jouw herinneringen zijn mijn angstdromen.’
En dan stelt regisseur Schmidt zichzelf ook nog centraal door plots in beeld te verschijnen en al converserend zijn eigen leed te delen. Tja. Ongetwijfeld heeft dat – en daarmee dit hele project – groot gewicht voor hem, maar deze twist heeft iets kokets en bovenal: zijn pijn wordt nergens voelbaar. Zoals in deze documentaire uiteindelijk weinig echt voelbaar wordt, hoe groot en wezenlijk alle onderliggende emoties ook zijn.