Explanation for Everything
Patriotten, verraders of eikels?
Gábor Reisz’ absurde satire over een fletse scholier die een nationale rel ontketent, illustreert op vermakelijk genuanceerde wijze hoe een hoax ontstaat in een gepolariseerde samenleving.
Een handvol Hongaarse middelbare scholieren geeft tijdens hun mondeling eindexamen geschiedenis vooral ideologisch gekleurde soundbites af in Explanation for Everything. Alsof de geschiedenis zich in een paar zinnen laat begrijpen.
In de derde, voor de Orizzonti-sectie van het filmfestival van Venetië geselecteerde speelfilm van de Hongaarse regisseur en coscenarist Gábor Reisz draait het om de achttienjarige Abèl, een onopvallende, slungelige jongen met een vlassnorretje, die tijdens zijn eindexamen zwijgt. In de stilte die valt, vraagt zijn geschiedenisleraar hem waarom hij een nationaal vlaggetje op zijn revers draagt. Bij thuiskomst gebruikt Abèl dat als excuus om zijn falen te verklaren: de bevooroordeelde, liberale leraar zat hem op zijn nek. Abèls conservatieve vader neemt dat maar wat graag aan. Via-via komt het verhaal terecht bij de ambitieuze jonge journalist van een rechts sufferdje en groeit het uit tot een nationale rel.
Reisz laat zijn verhaallijn eerst drie kwartier kabbelen voor de angel erin wordt gezet en er weer wordt uitgehaald. Zo tekent zich een bewust rommelige verhaallijn af. De licht absurde sociale satire speelt zich af in het bestek van een week die niet geheel lineair is gemonteerd; handgeschreven krabbels uit een aantekenboekje suggereren iets van duiding. Zo ontwikkelt de film zelf zich tot een vermakelijk genuanceerd lesje over de hobbelige paadjes van de geschiedenis, dat illustreert hoe een hoax ontstaat in een gepolariseerde samenleving.
Het verhaal hoe een onopmerkelijke flierefluiter op het schild wordt gehesen als nationaal symbool wendt Reisz aan om de stupiditeit van het kiezen tussen twee kampen bloot te leggen. Terwijl iedereen zich steeds dieper ingraaft in het eigen gelijk, houdt Reisz zijn vizier open. Met humor en mededogen beziet hij zijn al te menselijke personages, die zowel sympathieke kanten als gebreken vertonen. De naturalistische camera registreert losjes wat zich buiten het schootsveld afspeelt. Een lekkende koelkast. Moeder die in de gang bevriest met een dienblad vol koffie. De verliefdheid van Abèl. Kortom: het van nuances en ongerijmdheden doordrenkte leven tussen links en rechts.
Hoewel de plaats van handeling Boedapest is onder de conservatieve premier Viktor Orbán, is de reikwijdte van Reisz’ verhaal over polarisatie veel groter. “Er zijn maar twee soorten mensen!”, bitst Abels conservatieve vader: “Patriotten en verraders!” De liberale geschiedenisleraar voegt daar nog een derde aan toe: “Eikels.” Aan de kijker de nobele taak om zich niet tot een keuze te laten verleiden.