Au nom de la terre

Enorme urgentie

De timing kan niet beter met de boerencrisis hoog op de agenda. In Au nom de la terre gaat een boer ten onder aan zijn financiële verplichtingen. Twee miljoen Fransen zagen het aangrijpende drama, onder wie president Macron, die de film in het Élysée liet vertonen.

Het is de droom van elke sociaal bewogen filmmaker dat zijn film buiten de oevers van het filmgetto treedt en een rol gaat spelen in het publieke debat. Dat gebeurt zelden, maar overkomt regisseur Edouard Bergeon met Au nom de la terre. Het drama toont feilloos de ontsporing van het huidige landbouwsysteem, waarin boeren door enorme financiële verplichtingen klem zitten. De film begint in 1979 als boerenzoon Pierre (prachtrol van Guillaume Canet) uit de Verenigde Staten, waar de twintiger zijn cowboydroom wilde waarmaken, terugkeert naar zijn ouders en verloofde (eveneens een mooie rol van de Belgische Veerle Baetens) op het Franse platteland. Met jeugdig enthousiasme neemt hij de geitenfokkerij van zijn verstarde oude vader over. Tot zover alles goed, ofwel jusqu’ici tout va bien.

Als Au nom de la terre een sprong maakt naar 1996, is Pierre nog steeds een vrolijke boer met een gezellige vrouw, een tienerzoon en een tienjarige dochter. Maar al snel doemen er donkere wolken op door financiële verplichtingen, die als een zwaard van Damocles boven het boerenbedrijf hangen. Pierres betweterige vader – het type: ‘Ik heb het altijd al gezegd’ – kan financieel helpen, maar doet het niet. Vervolgens neemt Pierre tegen het gezonde verstand van zijn vrouw in een desastreuze beslissing: met geleend geld bouwt hij op advies van een gladde financiële landbouwexpert het boerenbedrijf om tot een grote kippenfokkerij in de verwachting meer geld te verdienen. Het pakt anders uit en de levenslustige boer verandert in een door stress kapot gebeukte, depressieve kerel, waarna het wachten is op het aangrijpende einde.

Au nom de la terre gaat over de financiële strop om de nek van boeren, maar gaat verder dan dat. Het drama toont een pervers industrieel landbouwsysteem, dat boeren opjaagt om steeds meer te produceren om aan hun financiële verplichtingen te kunnen voldoen. Dat is niet alleen ecologisch, maar voor sommige boeren letterlijk een doodlopende weg. In Frankrijk berooft gemiddeld elke dag een boer zich van het leven, staat te lezen op de aftiteling. Au nom de la terre maakt inzichtelijk en voelbaar waaruit die wanhoopsdaden voortkomen. Dat het drama een enorme urgentie uitstraalt, alsof hij gemaakt móest worden, komt doordat Bergeon zich in zijn fictiedebuut – hij maakte eerder documentaires – baseerde op zijn tragische familiegeschiedenis. In Au nom de la terre is hij de tienerzoon, die eind jaren negentig zijn vader in een desastreuze spiraal ziet belanden. Iedereen die wil meepraten over boeren moet deze film zien. Twee miljoen Fransen begrepen het, want zij bezochten Au nom de la terre. Ook is de film in het Élysée gezien door president Macron en vertoond in het parlement. Premier Rutte en het Nederlandse parlement weten wat hen te doen staat.