Alleman (Workshop Filmkritiek)

Ik ben in beeld dus ik besta

  • Datum 13-11-2014
  • Auteur
  • Gerelateerde Films Alleman
  • Regie
    Bert Haanstra
    Te zien vanaf
    01-01-1963
    Land
    Nederland
  • Deel dit artikel

In Bert Haanstra’s Alleman (1963) werden Nederlanders voor het eerst met verborgen camera’s gefilmd. Met terugwerkende blik markeert de film het begin van een tijdperk waarin gezien worden ons bestaan bevestigt en privacy een steeds zeldzamer goed is.

Door Anne van der Klift

In Amsterdam wemelt het van de toeristen. Ik vraag me af op hoeveel foto’s ik inmiddels sta zonder het te weten. En niet alleen op foto’s van toeristen. Door de jaren is het normaal geworden dat we steeds in beeld zijn en gezien worden. We delen ons dagelijks leven op sociale media en voelen ons goed wanneer dat gewaardeerd wordt. Tegelijk protesteren we tegen de alomtegenwoordigheid van de camera. Onze verhouding tot in beeld zijn is er een van haat en liefde. Was Bert Haanstra’s Alleman uit 1963 ground zero van die ontwikkeling, met z’n portretten van gewone Nederlanders en typische poldertaferelen gefilmd met verborgen camera’s?

Bananasplit
In Alleman liet Haanstra de Nederlander zien door te filmen op de markt, in de kerk, op het strand, bij een sportwedstrijd en op het ijs. Vaak met verborgen camera’s, waarbij cameraman Anton van Munster allerlei capriolen uithaalde om de apparaten uit zicht te houden. Alleman werd een hit. Anderhalf miljoen mensen zagen ‘m in de bioscoop, een bezoekersaantal dat nog steeds niet geëvenaard is door een andere documentaire. Vooral de herkenbaarheid en het gegeven dat je zelf kon figureren in de film was voor die tijd een unieke ervaring.
Sinds Alleman is de verborgen camera normaal geworden. Mensen stiekem observeren kon zelfs best grappig zijn, bewees Ralph Inbars Bananasplit in de jaren tachtig. In die tijd was de journalistiek nog terughoudend om mensen buiten hun medeweten om te observeren, maar na 11 september 2001 bleek ook die reserve niet meer nodig. En toen we in 1999 met z’n allen aan het feesten waren alsof het 1999 was, verscheen Big Brother, een programma waarbij de camera’s niet eens meer verborgen hoefden te zijn om mensen zich van hun meest persoonlijke kant te laten zien. Deelnemers lieten zich 24 uur per dag online bekijken om in de gunst van het publiek te komen, zodat ze met de hoofdprijs naar huis konden: een geldbedrag en vijftien minuten roem. Met de komst van YouTube lijken dat restanten van een ver verleden. Nu kan iedereen met een webcam zichzelf broadcasten op internet.

Vallende bomen
We zijn gewend geraakt aan in beeld zijn. Sterker nog, we wíllen gezien worden. Via Instagram, Twitter en Facebook stellen we onszelf tentoon door foto’s, video’s en berichten te posten. ‘Selfie’ werd niet voor niets Woord van het Jaar in 2013: de camera op jezelf richten is een geaccepteerde manier geworden om ergens een foto van te maken, of het nou om een gestroopte olifant op safari of je stemkeuze in het stemhokje gaat. Er is zelfs een drone ontwikkeld die om de pols gedragen kan worden en die weggestuurd kan worden om van een afstand video’s of foto’s van de drager te maken.
Als je niet in beeld bent, besta je dan wel? Humorsite 9gag.com verbasterde in een tweet George Berkeley’s oude filosofische vraag naar het geluid van een vallende boom als er niemand is om dat te horen naar een hippere 21ste eeuwse versie: ‘If a tree falls in a forest, but you don’t hear about it on Twitter, Facebook or YouTube, did it really happen?’ Als iemand onze tweet retweet of onze profielfoto liket, worden we gezien en gewaardeerd, en voelen we ons in ons bestaan bevestigd. Misschien voelden de bioscoopbezoekers uit 1963 hetzelfde toen ze zich in Alleman op het grote witte doek zagen. Ik ben in beeld dus ik besta.

#alleman
Dat gezien willen worden een natuurlijke behoefte is die wel op steeds meer grenzen stuit, bewijst het ene na het andere privacy-protest. Kijken en bekeken worden is al lang geen onschuldig vermaak meer. Onze lichaamsbewegingen, ons betaal- en reisgedrag en onze online avonturen worden opgeslagen en gebruikt. Het blijkt heel makkelijk om iemands webcam te hacken. Niet alleen anderen bedreigen onze privacy, dat doen we ook zelf. Alles wat we op Facebook en YouTube posten staan we af. Soms vinden vervelende dingen plaats omdát er een camera aanwezig is, zoals de al overgewaaide happy slapping hype, waarbij mensen voor een ‘cool’ filmpje klappen uitdelen aan een willekeurig persoon.
Theatermaker en acteur Bert Hana vroeg zich in zijn live documentaire #alleman vorig jaar, een hommage aan Haanstra’s film, af wat er veranderd is sinds Alleman. Zijn we preutser geworden nu al die informatie vrij beschikbaar is geworden? Toen schaamden we ons voor het oog van de camera omdat we nog nooit ‘gezien’ waren, nu worden we te vaak en ongevraagd gezien. Maar het blijft dubbelzinnig. Neem Google Street View. Je kunt ermee over de wereld reizen en langs koraalriffen in Australië, Hawaii en de Filipijnen ‘zwemmen’, maar waarschijnlijk was de eigen voordeur de eerste plek die de meeste gebruikers opzochten. Ook dat is een vorm van zelfbevestiging: willen zien dat je eigen straat en huis bestaat in de grootste, openbaar toegankelijke maquette van de wereld. Tegelijk zijn omwille van de privacy in Street View alle gezichten van voorbijgangers onherkenbaar gemaakt.
Go figure.