a-ha: The Movie

Boyband-succes maakt niet gelukkig

a-ha: The Movie

Iedereen die in de jaren tachtig naar popmuziek luisterde, zal het dreinliedje ‘Take on Me’ van de Noorse popgroep a-ha kennen. Geen reden voor een documentaire, maar het verhaal over hoe het de band erna verging wel: het toont de wurggreep van de muziekindustrie.

De slappe titel doet een promofilm vermoeden, maar a-ha: The Movie is geen hiep-hiep-hoera-bandjesfilm. De documentaire maakt inzichtelijk hoe de muziekindustrie werkte in de jaren tachtig – en schandalen als dat rondom The Voice geven weinig reden om te denken dat er veel veranderd is.

Over seks gaat a-ha: The Movie overigens niet, wel over seks-appeal, want a-ha was de eerste popgroep in de popgeschiedenis die nadrukkelijk als boyband in de markt werd gezet. Het begon in de jaren zeventig met drie Noorse vrienden, begin twintigers, die als redelijk succesvol Noors bandje op de bonnefooi naar Londen gingen om het er te gaan maken. Elektronische bands als Soft Cell, The Human League en Depeche Mode waren hun voorbeelden.

Niet verrassend: in Londen zat niemand te wachten op de Noorse knullen. Ze werden herhaaldelijk afgewezen, maar gaven niet op. Mooi, dat doorzettingsvermogen, maar het was te danken aan een platenbaas bij Warner Records dat ze niet afdropen naar Noorwegen. Hij zag in de aantrekkelijke zanger een verdienmodel om geld uit de tasjes van smachtende tienermeisjes te kloppen. Een boyband was geboren. Het liedje ‘Take on Me’ en de peperdure geanimeerde videoclip die erbij gemaakt werd deden de rest.

Zo’n verhaal over vrienden die het tot wereldband schoppen, is al qwel eerder verteld. a-ha: The Movie wordt interessant als de groep van het tienermeisjesimago af wil en serieuze popmuziek wil maken. Dat zanger Morten Harket als seksidool wordt geëxploiteerd, gaat hem steeds meer tegenstaan. “Uiteindelijk ging het alleen nog om mijn heupen, schouders en blik”, zegt hij terugblikkend. Dat die seksuele objectivering bijna alle vrouwen in de popmuziek ten deel valt, lijkt hij niet te beseffen, maar dat terzijde.

Als Warner de kip met gouden eieren niet wil laten gaan, moet de band hard vechten om de muziek te kunnen maken die ze willen maken. Het zet de onderlinge vriendschap onder druk en halverwege de jaren negentig valt de band uit elkaar. Maar niet voor eeuwig, want met tussenpozen komt de groep steeds weer terug. Dat is raar, omdat de drie elkaar, afgaand op wat ze zeggen in de film, niet kunnen luchten of zien. Een bandlid spreekt van een wespennest, maar legt niet uit waarom hij er steeds weer in gaat zitten en met de band op tournee gaat. Is het om het geld? Is a-ha: The Movie dan toch een verkapte promofilm? Je zou het bijna denken, want 4 mei staan de bijna zestigers in Afas Live in Amsterdam.


a-ha: The Movie is de openingsfilm van In-Edit (1-10 april) en draait vanaf 28 april in de bioscoop.