Signs of Life: Een brief van Jia Zhang-ke

Still Walking

Still Life

We vroegen vermaard regisseur Jia Zhang-ke om te vertellen over zijn leven tijdens deze crisis. Zijn antwoord is gericht aan alle filmliefhebbers.

Op 4 maart kwam ik vanaf de Berlinale terug in Beijing. Op dat moment werd iedereen die uit het buitenland kwam, gevraagd om zichzelf twee weken thuis te isoleren, voordat we de straat weer op mochten. Ik bleef thuis, zoals gevraagd, ik nam mijn temperatuur drie keer per dag op, ik las, ik surfte op het internet, ik draaide rondjes in mijn woonkamer.

Terugreizen van het immens drukke Berlinale Palast naar mijn appartement voelde als een montage, een botsing van levensstijlen. Ik probeerde mezelf online bezig te houden door sociale media te volgen, maar al na een paar dagen was ik klaar met dit beperkte leven achter gesloten deuren. Ik voelde me als een zwerfhond die gewend was op straathoeken te hangen en plotseling opgesloten zat in een kooi, en terug verlangde naar die dagen op straat.

Ik moest aan vroeger denken, aangezien ik – in navolging van de openingszin van Gabriel García Marquez’ Honderd jaar eenzaamheid – nu zou kunnen zeggen: ‘Vele jaren later, toen ik voor de coronapandemie stond, moest ik aan die verre middag denken waarop mijn vader me had meegenomen om de bioscoop te leren kennen.’ Die middag kwamen vijfhonderd mensen samen in het filmtheater in mijn geboortestad, keken samen naar een film en lachten, huilden en riepen naar het scherm. Allemaal door elkaar. In die tijd hadden we nog niet zoiets als wat nu multiplexen heten. Elke vertoning zat vol met honderden toeschouwers. Zelfs de gangpaden zaten vol. Later werd het multiplex een trend in China. Een zaal met honderd stoelen is nu al een grote zaal voor een vertoning. Maar dat is prima, ook daar konden we elkaar ontmoeten, samen naar een film kijken en weten dat we samen waren in het donker.

Maar met deze pandemie zijn alle bioscopen dicht. We moeten thuisblijven, een film op een telefoon of op een iPad kijken met oordopjes, helemaal alleen. Voor mij is dat het eenzaamste gevoel van de wereld.

Ik herinner me nog goed dat, toen ik in de late jaren negentig begon met filmmaken, videotape hét audiovisuele medium was. Daarna kwam vcd, toen dvd en het internettijdperk. Dit is de tijd van mobiele verbindingen. De ontwikkeling van technologie heeft ons steeds verder uit elkaar gedreven. De uitvinding van cinema zorgde er juist voor dat mensen samenkwamen, maar de nieuwe media doen het tegenovergestelde. De pandemie heeft elk individu weggedreven van zijn sociale omgeving, elk van ons geïsoleerd van filmtheaters, koffiebars, kantoren en stadions.

Een virus heeft ons huisarrest gegeven.

Ooit zeiden we, vanuit historisch perspectief, dat je twee soorten filmmakers had. Filmmakers die de oorlog hebben meegemaakt en de andere soort. Die verschillen in ervaring zorgden voor een verschillende kijk op de menselijke natuur en de samenleving. Misschien dat we in de toekomst spreken over filmmakers die de coronapandemie hebben meegemaakt en de andere soort.

We beleefden de dagen dat duizenden miljoenen mensen zichzelf hadden opgesloten in hun huizen, dat internationale vluchten waren stilgelegd en landsgrenzen gesloten waren. We beleefden de tijd dat we elke dag angstig de sterftecijfers volgden, dat we gescheiden waren van onze geliefden en onze vrienden. We voelden angst, woede, rouw en hulpeloosheid, terwijl we op een recessie afstevenden en er een vertrouwenscrisis heerste.

In de afgelopen dagen heb ik een korte film gemaakt in opdracht van het Thessaloniki International Film Festival. Hij is in isolatie gemaakt, hij heet Visit, en is gefilmd met een mobiele telefoon. Hij duurt maar drie minuten, een triviaal verhaal in een tijd van een pandemie. Maar terwijl ik opnieuw naar de wereld keek in het frame van de camera, voelde ik me als een baby die leerde rechtop te staan en te lopen. Het was moeilijk. Maar het was ook spannend.

Daardoor besefte ik dat we weer op zullen staan, dat we deze pandemie zullen overwinnen en door zullen lopen, juist omdat we deze beproeving hebben doorstaan, en zo de wereld eerlijk en moedig tegemoet treden. Ik hoop dat we snel weer naar de bioscoop en het filmtheater terug kunnen en samen kunnen zitten, schouder aan schouder.

Dit is het mooiste gebaar dat we naar elkaar kunnen maken.


De Chinese regisseur Jia Zhang-ke maakte naam met films als Platform, Unknown Pleasures, A Touch of Sin, Still Life en Ash Is Purest White. Hij schreef deze brief op uitnodiging van de Filmkrant. Met dank aan Casper Liang voor de vertaling van de Engelse versie.