Storm in een glas water
‘There’s no such thing as bad publicity’, luidt het oude Hollywood-gezegde, en met de release van Darren Aronofsky’s Noah lijkt vooral dát weer eens te zijn bewezen.
De voortekenen waren zacht gezegd ongunstig: gedoe met testscreenings, studiobazen die in paniek een handvol hermontages bestelden, ophef in religieuze kringen, verboden in enkele Islamitische landen, een halsoverkop aangekondigde 3D-conversie. Had de seculiere artfilmer Aronofsky zich teveel op de hals gehaald met deze religieuze blockbuster?
Maar het lijkt er op dat de regisseur (en studio Paramount, die ruim 130 miljoen dollar in de film stak) al zijn schaapjes op het droge houdt. Na een succesvolle aanloop in Mexico topte Noah in het openingsweekend van zijn Amerikaanse release de box office, en in Rusland behaalde de film het beste openingsweekend voor een niet-sequel ooit. Twee weken later heeft de studio zijn investering al ruimschoots terugverdiend.
Intussen resulteerde al die heisa vooraf uiteindelijk vooral in gevulde krantenkolommen. Ook in Nederland, waar de film sinds gisteren te zien is. De Volkskrant serveerde de film weliswaar af met ‘slechts’ een recensie (***, "Noah intrigeert volop, is vaak ronduit betoverend, maar wordt net niet het meeslepende bijbelepos dat Aronofsky voor ogen stond", schrijft Kevin Toma), terwijl het filmkatern zich vooral stortte op Yves Saint Laurent. Maar in Trouw sierde Russell Crowe’s actieheld-Noah de cover van het cultuursupplement, waarin naast de recensie van Yann Ruyters (***, "Dit spektakel in uitroeptekens is niet de doorsnee Hollywood blockbuster.") ook een paginagroot artikel over Aronofsky’s interpretatie van Noah als milieuactivist.
Bij NRC.Next sierde de film gisterochtend zelfs de cover, als aankondiging van een spread in het eerste deel van de krant. De religieuze discussie werd ingekaderd in een paginagroot artikel over Hollywood en religie van correspondent Verenigde Staten Guus Valk, waarin producent Phil Cooke wat eenzijdig zijn religieuze publiciteitscampagne voor de film mag toelichten. Daarnaast de recensie van Coen van Zwol, een ingekorte versie van het stuk dat de vorige avond al in NRC verscheen (***, "Noah is een ambitieus, onevenwichtig spektakel."), en een rijtje (voornamelijk lovende) citaten uit recensies uit andere landen.
Die reeks lovende woorden geeft toch een enigszins scheef beeld: de kritische ontvangst van Noah kan vooral ‘wisselend’ genoemd worden. Van de New York Times tot Sight & Sound worden Aronofsky’s durf, visie en bravoure bejubeld, maar een onvolprezen meesterwerk ziet niemand in Noah. De consensus lijkt eerder: een prijzenswaardige, intrigerende mislukking.
En Aronosky’s boodschap over hoe de mensheid omgaat met de natuur, en de morele vraagstukken die hij met de film wil oproepen? Die verdrinken grotendeels in het gekrakeel. Zowel in de pers, als in de film zelf.
Joost Broeren