Europese bios­copen over 2020 ruim 70% in de min

Inkomstendaling voor de bioscoopbranche in verscheidene Europese landen

In vergelijking met 2019 is de Europese bioscoopsector vorig jaar ruim €6,2 miljard euro aan omzet misgelopen. Dat blijkt uit de cijfers die de International Union of Cinemas (UNIC) gisteren bekend maakte. In de meeste landen waren films van nationale makelij de reddingsboei die voorkwamen dat de resultaten nog slechter waren.

De inkomsten van Europese bioscopen en filmhuizen krompen vorig jaar met 70,6%, zo meldt UNIC. Enkel naar EU-lidstaten gekeken ligt dat percentage ietsje lager: 69%. Het contrast met recordjaar 2019 is groot. Toen werden er 1,34 miljard kaartjes verkocht, die €8,8 miljard in het laatje brachten. Dat waren de beste resultaten in vijftien jaar tijd.

Vergeleken met het gemiddelde komt Nederland er met en daling van ‘slechts’ 55,93% nog genadig vanaf. Andere landen met minder dan gemiddelde schade zijn Denemarken (-47%), Rusland (-59%), Litouwen (-62%) en Zweden (-65%). De zwaarste klappen vielen in Oostenrijk (-73%), Portugal (-75%) en het Verenigd Koninkrijk (-76%). In Roemenië viel zelfs 80% van de inkomsten weg.

Wat er nog verdiend werd, was grotendeels te danken aan producties van eigen bodem. In Nederland lag het marktaandeel op 21%. Maar in vijftien andere Europese landen waren nationale producties goed voor meer dan een kwart van de inkomsten. Of dat nu komt doordat de waardering voor eigen films is gestegen of omdat er simpelweg minder concurrentie was van Hollywood-blockbusters omdat die en masse zijn uitgesteld, wordt niet verklaard door de UNIC.