Monika Willi over Untitled
'Het materiaal dwong me, vreemd, maar waar'

Toen regisseur Michael Glawogger overleed, liet hij editor Monika Willi zeventig uur documentairemateriaal na. Zonder script. Toch is er nu Untitled: onvoltooid en toch volbracht, ‘in de geest van Glawogger’.
Door Kees Driessen
Unvollendete, wordt Schuberts onvoltooide Achtste symfonie genoemd. Onvolbracht, maar niet onopgemerkt gebleven. Niet in een la blijven liggen, maar uitgevoerd en geliefd. En deels zo geliefd, zo interessant, omdat hij onaf is. Af in zijn onafheid. Zoals het leven zelf.
Het is vaak de dood, waaruit een unvollendete geboren wordt: de maker overlijdt en het onvoltooide schilderij wordt aangetroffen op de ezel, het manuscript op het bureau, de film in de camera. Onvoltooid tegenwoordig, zoals de laatste, onaffe, negen minuten durende film van Johan van der Keuken postuum werden gedoopt.
En wat doe je dan? Dat wisselt per geval en leidt altijd tot discussies. Mozarts collega Süssmayr voltooide het Requiem, waardoor we nooit meer kunnen achterhalen welke noten allemaal van de meester zelf waren. Is het dan niet mooier om Die Kunst der Fuge op te voeren tot en met de laatste door Bach geschreven noot, en daar te stoppen? Net zoals Michael Haneke Kafka’s onvoltooide meesterwerk Das Schloß verfilmde tot en met het officiële einde — halverwege een zin.
Charme
Een andere Oostenrijker, Michael Glawogger (Workingman’s Death, 2005; Whores’ Glory, 2011), stierf in 2014 nadat hij vier van zijn geplande twaalf maanden had gereisd en gefilmd. Zijn vaste editor Monika Willi monteerde uit het nagelaten documentairemateriaal Untitled. “Ze hadden iets meer dan zeventig uur opgenomen”, vertelt Willi me op de Berlinale. “Een vijfde of zesde in de Balkan. Een deel in Apice, Italië. En de rest in Noordwest- en West-Afrika.”
Willi had een goede reden Untitled te maken: een film die niet gemonteerd is, bestaat niet. Een onaf schilderij is nog steeds een schilderij. Een onaf muziekstuk kan prachtig zijn, net als een onaf stripboek, zoals Peter Pontiacs verloren doodstrijd Styx. Maar een ongemonteerde film is geen film. Het materiaal moet tot iets vertoonbaars gemonteerd worden.
En daarom blijft het wachten op de (eindelijk door Netflix aangekondigde) bewerking van Orson Welles’ unvollendete project The Other Side of the Wind uit 1970, waarvan de opnames slechts door een enkeling zijn bekeken. En daarom ben ik blij met reconstructies als George Sluizers Dark Blood (1993/2012, gestaakt na het overlijden van hoofdrolspeler River Phoenix) en Richard Williams’ animatiemeesterwerk The Thief and the Cobbler (1988/2013, oorspronkelijk vernacheld door de studio) — waarbij het gebruik van tussentitels en ruwe schetsen deel is van hun unvollendete charme.
Nooit tot rust
Maar Monika Willi kon niet reconstrueren — er was geen script. De titel Untitled slaat ook niet, zoals ik dacht, op het onvoltooide karakter van het project, maar was al door Glawogger zelf gekozen. Zijn stem klinkt aan het begin van de documentaire: “De mooiste film die ik me kan voorstellen is eentje die nooit tot rust komt” — ongeveer de definitie van een unvollendete. Hij noemde Untitled “een documentaire over niks, zonder thema, alleen een jaar lang de wereld rondreizen en alles filmen wat ik tegenkom”. Toeval was Glawoggers gids.
Het gaf Willi geen enkel houvast. Behalve dat veel materiaal gelukkig al uit zichzelf boeit, dankzij Glawoggers geweldige gevoel voor compositie en de betrokken, lichamelijke manier waarop hij mensen en dieren filmt.
Haar oplossing was om te werken ‘in de geest van Glawogger’, die ze zeer goed kende. “Michael was altijd aanwezig, omdat het zijn materiaal is. Zijn geest was er. En, eh, sprak ik met hem? Ja, ik sprak met hem. Veel. Zo probeerde ik hem terug te halen.” Ze excuseert zich: “Editors zijn vreselijk om te interviewen, omdat we altijd zeggen dat we uit onze, hoe noem je dat, Bauch werken.” En uit de Bauch van Glawogger dan, in dit geval. Wat zo ver ging, dat ze dingen deed waar ze helemaal niet van houdt — omdat Glawoggers materiaal daarom vroeg.
Van Eden tot Paradijs
“Ik wilde eerst zijn dood in het midden doen en dan daarvoor en daarna dezelfde locaties bezoeken. Maar dat wilde maar niet werken — het werd saai. En terwijl ik helemaal niet van verhaalbogen houd, zitten er nu wel vier in. Ik kon niet anders. Ik moest beginnen met de beelden van Glawogger bij Hotel Eden en ik moest zijn Albanese familie erin verwerken, wat hij altijd zijn Paradijs noemde. Het materiaal dwong me ertoe — of ik wilde of niet. Het is vreemd, maar waar.”
Toch zou een andere editor uit dit materiaal een andere film maken. Als Willi zegt: “Er zaten prachtige scènes bij die niet in de film pasten; jammer, maar helaas”, dan is dat “heel subjectief”, geeft ze toe.
Toch is het moeilijk denkbaar dat we dichter bij de intenties van Glawogger kunnen komen dan met deze meeslepende, fysieke interpretatie. Waarbij wel de voice-over die ze besloot toe te voegen, met teksten uit Glawoggers dagboek en van haarzelf, soms ongemakkelijk overbodig voelt — maar dat geeft ook net, kun je zeggen, dat schurende gevoel van worsteling en onafheid dat het unvollendete karakter van het project vereist. Hoewel natuurlijk uiteindelijk elke film…