Marwan Kenzari over Bloedlink

'Een rol schud ik niet zomaar van me af'

  • Datum 18-09-2014
  • Auteur
  • Deel dit artikel

Marwan Kenzari (portret Geert Snoeijer)

Marwan Kenzari speelt een van de twee ontvoerders in Bloedlink, de openingsfilm van het Nederlands Film Festival. Wat trekt hem in de rollen die hij kiest?

Door Ronald Rovers

In korte tijd bewees Marwan Kenzari zich als een veelzijdig acteur. Hij speelde rollen in misdaadfilms, arthousefilms en romantische komedies en staat voor Toneelgroep Amsterdam op het toneel. Het Filmfestival van Berlijn koos hem voor 2014 als een van hun Shooting Stars, een jaarlijkse selectie van veelbelovende talenten. Het juryrapport prees zijn rol in Wolf als ‘een sterke, masculiene, magnetische aanwezigheid, als een getalenteerde kickboxer die op het criminele pad terechtkomt.’ In Bloedlink, de openingsfilm van het Nederlands Film Festival, heeft Kenzari de complexe rol van een ontvoerder die een gevaarlijk dubbelspel speelt.

Je bent net klaar met Autobahn. Hoe was die ervaring? Een ander regime dan je gewend was? "Nee, niet echt. Het was allemaal net wat groter opgezet omdat het budget groter was. Dat betekent dat er meer scènes tegelijk gedraaid kunnen worden. Maar de werkwijze is hetzelfde."

Kun je kort iets zeggen over welke rol je daarin speelt? De beschikbare informatie is nogal summier. "Dat wil ik graag zo houden. Ik kan daar nog niet veel over zeggen."

Mag dat niet of wil je dat niet? "Wil ik niet. Ik kom net uit die rol. Ik heb er nog niet veel zinnigs over te zeggen tot de film uit mijn systeem is."

Dus Wolf heeft nog lang in je systeem gezeten? Want daar heb je je intensief op voorbereid? "Dat klopt wel ja. Het is niet niks als je twee jaar intensief met iets bezig bent geweest. Dan schud je zo’n rol niet na de laatste draaidag zo maar even van je af. Ik heb het niet altijd hoor. Het verschilt per project. Met Bloedlink en Hartenstraat had ik er vrij weinig last van."

Dat zijn ook andere films dan Wolf. "Het betekent niet dat die films voor mij minder intens zijn. Zo werkt het niet. Het is een kwestie van hoe ik op dat moment in het leven sta. En wat er na een draaiperiode gebeurt. Tussen de opnamen voor Hartenstraat en Bloedlink zat één dag. Dat moet je je hoofd wel verzetten. Na Wolf ben ik Angels in America van Toneelgroep Amsterdam gaan doen, maar na die maand toneel zat er tien maanden niks."

Wat trok je aan in de rol in Bloedlink, want je speelt daar duidelijk de onderdrukte partij. "Dat is interessant toch? Die rol trok me aan omdat het een complexe situatie is, die ontvoering, een ongelukkige situatie, ergens in de meest krankzinnige vorm zelfs een hoopvolle situatie, en omdat het een liefdesverhaal is. Een mix van al die dingen. En dat het zich dan ook nog bijna allemaal in een ruimte afspeelt, dat maakt het voor mij heel interessant."

Jullie hebben wel gesleuteld aan de rol tussen die twee mannen. In het origineel was het verschil in agressie niet zo groot. "Dat heb ik bewust nog nooit gezien. Want dan ga je toch vergelijken. Ik heb niet eens een trailer of een foto gezien. Ik dacht alleen: wat is interessant en hoe laten we de complexiteit van deze situatie het beste zien."

Je bent zo’n beetje begonnen bij arthousefilms met Het zusje van Katia en De laatste dagen van Emma Blank, je hebt thrillers gedaan, romantische komedies. Waar ligt jouw ziel? "Ik denk niet in die hokjes. Ik lees eerst het script en als het verhaal en het personage me aanspreken én ik heb het geluk dat ik na de audities de rol krijg, dan leg ik daar mijn ziel in. Niet omdat het om een thriller of een drama gaat.

Maar Hartenstraat en Wolf zijn wel totaal verschillende films. "Dat was toevallig omdat Hartenstraat op m’n pad kwam. Na Wolf. In Hartenstraat zaten voor mij interessante elementen, zoals de vader-dochter relatie. Maar misschien kun je bij Hartenstraat zeggen dat mijn interesse getriggerd werd doordat het juist iets totaal anders was dan wat ik daarvoor had gedaan.

Is met films als Rabat en Wolf een nieuwe generatie acteurs opgestaan? Die meer het Nederland vertegenwoordigt dat je buiten op straat ziet en die niet alleen maar het theater naar de film brengt? "Ik ben trots op de generaties acteurs die voor ons hebben gewerkt. Daar zitten voor mij grote voorbeelden tussen. Ik kan alleen maar hopen dat wij net zo gedreven en gefocused die creatieve zoektocht afleggen als zij hebben gedaan. Maar tussen de filmmakers van mijn generatie zitten zeker ook grote talenten."

Je bent nu wel heel vriendelijk. "Nee, ik zeg gewoon wat ik voel. "

Maar met Wolf en Rabat, en er zijn meer voorbeelden, is ook een ander soort verhalen naar het bioscoopscherm gekomen. Rauwere verhalen. Films die een realiteit laten zien die je vroeger niet zag. Kijk ook maar naar Infiltrant. "Je vertelt een verhaal op basis van wat je weet. Ik kijk naar een script om te zien wat er interessant aan is qua rollen en verhaal, niet omdat het discussie oproept. Ik zit niet in de politiek. Ik voel me meer aangetrokken door de complexe poëzie van situaties of van personages. Het verhaal hoeft niet per se discussie op te roepen. Als dat gebeurt is het goed, maar het is maar een van de mogelijke gevolgen."