Lichting 2023: Loëlle Monsanto over Asema

'Er zijn zo veel untold stories in Suriname'

Asema

In de aanloop naar de Studentencompetitie van het Nederlands Film Festival interviewen we wekelijks vers afgestudeerd filmtalent van verschillende academies. Loëlle Monsanto (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht) maakte met Asema een spannende jeugdhorror opgenomen in haar geboorteland Suriname. “Mijn uiteindelijke doel? Wan pipel van de troon stoten.”

Het is niet echt gebruikelijk om af te studeren met deel zes uit een filmreeks. Toch deed de in Suriname geboren Loëlle Monsanto precies dat. Met haar Surinaamse vampierhorror Asema maakte ze een nieuwe aflevering van haar in 2016 begonnen filmreeks Sranan Folktales. Een serie waar ze in Suriname al veel succes mee had en die de aanleiding vormde om in Nederland te studeren. Het resulteerde in een spannende jeugdhorror waarin buurjongens Deon en Jimmy vermoeden dat hun buurvrouw een asema is, een vampier.

“Ik was altijd al een horrorfan”, vertelt Monsanto over haar inspiraties. “Als klein meisje verslond ik de boeken van R.L. Stine en luisterde ik het radioprogramma Vreemde toris, waarin bovennatuurlijke verhalen verteld werden. Later kwamen daar films bij zoals The Witches, The Conjuring en het Japanse Ringu. Niet de gory dingen dus, maar verhalen die het moeten hebben van atmosfeer en schrikmomenten. Voor de serie hebben we daar weer goed naar gekeken en die in eerste instantie ook weleens nagedaan.”

Monsanto’s interesse in filmproductie ontstond toen cameraman Jurgen Lisse (Master of Light, 2022) in 2010 een clip schoot voor haar rockformatie LipsStick. “We kwamen bij hem in de studio, waar hij allerlei apparatuur had staan. Terwijl hij de clip monteerde, vroeg ik hem me dat ook te leren. Toen Jurgen naar Nederland verhuisde om aan de Filmacademie te studeren, ben ik gaan werken voor productiemaatschappij The Back Lot en het Surinaamse jeugdjournaal. Zo ben ik het vak in gerold.”

Loëlle Monsanto op de set

Het idee van Sranan Folktales is om oude Surinaamse sprookjes en bijgeloof vast te leggen. Als een vorm van entertainment, maar ook om te zorgen dat ze niet verdwijnen. “Veel van die verhalen werden generaties lang mondeling doorgegeven. Maar jongeren hebben er minder aandacht voor, en nu herinneren eigenlijk alleen onze opa’s en oma’s zich deze oude verhalen nog. Dat is jammer – niet alleen omdat het geweldige toris zijn, maar ook omdat er zo een deel van de Surinaamse identiteit verloren gaat. Met de serie willen we ze voor de toekomst bewaren.”

In eerdere delen verfilmde Monsanto met zichtbaar plezier verhalen over geesten die tevoorschijn komen wanneer je ’s nachts fluitend over straat gaat. Ook het geloof dat je ziel bij een verhuizing kan achterblijven en dat je ’s nachts de was niet buiten moet laten hangen, waren onderwerp van een aflevering. “Meestal wordt een jong persoon aan het begin gewaarschuwd iets niet te doen door zijn of haar oma. Maar ja, ze nemen het niet serieus en merken al snel dat ze hadden moeten luisteren.”

De korte filmpjes zijn opvallend door hun visuele flair en werden in Suriname veel bekeken via social media. “Bij de tweede aflevering zaten we al op 130 duizend views. Heel bijzonder. Ook omdat we aan het begin van de serie gewoon maar amateurs waren. Ik maakte de afleveringen met broers Michael en Mitchel Lisse die respectievelijk de visuele effecten en het camerawerk deden. We filmden bij familie thuis en de acteurs waren vrienden of onze oma’s.”

Gedurende de serie ontstond bij alle drie de behoefte zich verder te ontwikkelen. “Bij aflevering vijf hadden we daadwerkelijk het idee een filmproductie te maken en kon ik de acteurs ook regieaanwijzingen geven.” Dat vijfde deel gaat ook over de Asema-mythe, rond een vampierachtig wezen dat zich overdag als oude vrouw vermomd, maar ’s nachts als vuurbal eropuit trekt om slachtoffers te maken. “Een van de meest fascinerende wezens uit de Caribische mythologie. Elk eiland heeft er zo zijn eigen versie van.”

In Utrecht leerde Monsanto naast het vak ook dat ze graag dicht bij zichzelf wil blijven. “Er zijn zo veel untold stories in Suriname. Alleen al voor de Folktales hebben we een immense lijst met fabels en mythologische wezens. Daarbij wil ik die op een authentieke manier in beeld brengen, dus vanuit de cultuur zelf verteld. In Asema hebben we bijvoorbeeld geprobeerd voorbij de ‘armoedeblik’ te gaan die nogal eens op Suriname gelegd wordt. Het is land met heel veel verschillende mensen, met ook een grote middenklasse. Die wilden we in de film laten zien.”

In de toekomst wil ze zich blijven ontwikkelen in Nederland. “Ik werk nu als editor voor allerlei projecten [Monsanto won begin dit jaar een Shortcutz Award voor de montage van de kortfilm Donna, GS] en wil me daarnaast ook op regie toeleggen. De Sranan Folktales-serie gaan we zeker voortzetten, maar ik wil natuurlijk ook graag een speelfilm maken.” Het uiteindelijke doel? Lachend: “Pim de la Parra’s Wan pipel van de troon stoten als belangrijkste Surinaamse film. Nou ja, dat is natuurlijk een meesterwerk, maar het wordt wel weer tijd voor iets soortgelijks.”


Asema is te zien tijdens de Studentencompetitie op het Nederlands Film Festival, dat plaatsvindt van vrijdag 22 t/m vrijdag 29 september 2023.