Klik: Ali Soozandeh over Tehran Taboo

'Iedereen doet het, maar niemand spreekt erover'

De Duits-Iraanse regisseur Ali Soozandeh stopte zijn lange animatiedebuut vol taboes: losse seks, drugs, prostitutie en corruptie in de Iraanse hoofdstad Teheran. Het is animatie waar je de werkelijkheid doorheen ziet — en dat is niet louter positief.

Echt of niet echt, animatie of live-action: tussen die twee opties lijkt de in Iran geboren en getogen, maar in Duitsland wonende animatieregisseur Ali Soozandeh niet helemaal te hebben kunnen kiezen bij zijn lange, Farsi gesproken regiedebuut Tehran Taboo. Dat het animatie zou worden, was in elk geval niet vanaf het begin een uitgemaakte zaak.

“Toen ik het scenario schreef had ik daar nog helemaal niet over nagedacht”, vertelt hij in Cannes, waar zijn film was opgenomen in de Semaine de la Critique. “We hadden hem ook in live-action kunnen filmen, bijvoorbeeld in Marokko, en dan doen alsof het Teheran was. Maar dat zou nooit gewerkt hebben: hoe Teheran eruitziet, met zijn straten, auto’s, mensen en kleren, is te specifiek. Dat kun je niet faken.” Omdat hij en zijn producenten al ervaring hadden in de animatiewereld, was dat een logische volgende optie. Zo kon Teheran worden gerecreëerd in sfeervolle tekeningen, met genoeg detail om realistisch te blijven.

Want dat Tehran Taboo niet in Teheran zelf gefilmd zou kunnen worden, maakt de titel al voldoende duidelijk. Seks, drugs, prostitutie en corruptie zijn daar geen populaire onderwerpen van publiek discours. “Er is nooit eerder een film geweest die zo direct heeft gesproken over seks en seksuele problemen in Iran”, zegt Soozandeh, niet zonder trots. “Waarom is het onderwerp taboe verklaard? Iedereen weet het, iedereen doet het, maar niemand spreekt er openlijk over. Mijn film gaat over deze dubbele moraal en de maatschappelijke problemen die daaruit voortkomen.”

Pijpen en overtrekken
Nu gaat Tehran Taboo niet alleen over vrolijke seks die ‘iedereen doet’. Direct aan het begin van de film zien we een vrouw tegen betaling een autobestuurder pijpen terwijl haar zoontje op de achterbank zit. En als ze vervolgens bij een rechtbank wil scheiden van haar drugsverslaafde echtgenoot, chanteert de rechter haar tot een seksuele relatie. Dat zijn onderwerpen die ook in Nederland heftig aankomen.

Animatie creëert daarbij, ook in de relatief realistische stijl die Tehran Taboo hanteert, een zekere afstand, wat volgens Soozandeh helpt bij het behandelen van zulke zware thema’s. Anonimiteit voor de acteurs (zoals animatie in documentaires soms gebruikt wordt om de identiteit van geïnterviewden te verbergen) was echter geen motivatie: “Je zou deze acteurs direct herkennen als je ze op straat tegenkwam.”

En inderdaad zien de personages er zeer realistisch uit. Ze zijn in live-action gefilmd en vervolgens in de computer overgetrokken, het zogenoemde rotoscopen. Het is een techniek waarmee ik vaak moeite heb. Animatie impliceert, in zijn meest basale vorm, het tot leven brengen van levenloze objecten of tekeningen: een anima — adem of ziel — inblazen. Maar bij rotoscopen wordt dat leven niet gecreëerd, maar gekopieerd: de beelden worden niet geanimeerd, dat zijn ze al. Ze worden alleen bewerkt. De grens met live-action is poreus.

Er zijn voorbeelden waarbij creatief gebruik is gemaakt van het middel, zoals Richard Linklaters Waking Life (2001), waarin met allerlei verschillende bewerkingen een droomachtige wereld is gecreëerd. Of bij de verregaande bewerking van motion capture-personages als Gollum in The Lord of the Rings, waarbij je in een totaal andere wereld belandt. Maar vaak ook, zoals in Tehran Taboo, wordt bij het rotoscopen creatief gezien minder aan de werkelijkheid toegevoegd dan de gebruikte filters eraan afdoen. Dan zie je dus grotendeels nog steeds de werkelijkheid — maar dan alleen minder goed.

Koko en Sneeuwwitje
Nu is de rotoscooptechniek niets nieuws en bijna zo oud als de tekenfilm zelf: al in 1915 liet animatiepionier Max Fleischer zijn figuurtje Koko de Clown realistisch bewegen door filmopnamen van een echte clown beeldje voor beeldje over te trekken. Net zoals Walt Disney in 1937 danseres Marge Champion liet filmen en overtrekken voor haar geanimeerde rol als Sneeuwwitje. En ja, haar bewegingen waren veel realistischer dan die van de zeven dwergen — maar ook minder soepel. De realistische lijnen waarmee beeld voor beeld de originele filmopnames werden overgetrokken hadden onvermijdelijk iets stugs vergeleken met de trefzeker gefantaseerde dwergen. En natuurlijk ook een foutmarge, met soms een onrustige lijn tot gevolg.

Zo levert ook het rotoscopen bij Tehran Taboo regelmatig kleine foutjes op: lijntjes en schaduwen die in de computerbewerking bij het ene beeld net wel en het volgende net niet gegenereerd werden en dus ‘flikkeren’.

Nu waren geanimeerde personages voor Tehran Taboo ook niet het uitgangspunt, maar slechts het gevolg van de gebruikte methode. Soozandeh had een inhoudelijk, realistisch verhaal te vertellen, kon dat niet in Teheran filmen, recreëerde die stad dus in tekeningen en “als we normale acteurs voor geanimeerde achtergronden hadden neergezet, had het niet gewerkt. De voorgrond en achtergrond moesten bij elkaar passen”, aldus de regisseur.

Het resultaat is, ook als lange animatiefilm, onbetwistbaar iets bijzonders geworden. En ja, het heeft een bepaalde sfeer die in live-action anders geweest zou zijn. Maar toch voelt het alsof Soozandeh Tehran Taboo eigenlijk liever gewoon als live-action had willen maken. En die film had ik misschien ook wel liever gezien.


Tehran Taboo wordt vertoond op het KLIK Amsterdam Animation Festival, dat tot en met 22 oktober 2017 plaatsvindt in het EYE Filmmuseum in Amsterdam.