Irene Lagendijk over May Divorce Be With You

'Hoe eng het ook was, ik moest dus veel verder gaan in de confrontatie'

May Divorce Be With You

De hele zomer interviewt de Filmkrant vers afgestudeerd filmtalent van verschillende academies. Deze week vertelt Irene Lagendijk (AKV|St.Joost) over het na laten spelen van herinneringen door haar gescheiden ouders voor haar documentaire May Divorce Be With You. “Ik zei van tevoren dat ik een luchtige docu over scheidingen ging maken.”

Toen Irene Lagendijk vijf jaar was, scheidden haar ouders. Zonder veel tamtam of drama, ze gingen gewoon uit elkaar. Irene, inmiddels 24, kan zich de tijd dat ze bij elkaar waren niet eens meer herinneren. Hoewel zij en haar zus bij haar vader zijn opgegroeid, bleef het contact met moeder altijd goed. “Als we haar wilden zien, dan gingen we er gewoon heen. Strijd tussen onze ouders hebben we nooit gevoeld.”

Toch was er opeens die aandrang, of wellicht juist omdat ze ze nooit ruziënd had meegemaakt; voor haar eindexamenproject bedacht ze dat ze haar ouders herinneringen wilde laten naspelen. Zogeheten re-enactment van wat beide ouders haar vertelde over hun vroegere relatie. “Mijn vader vertelde met zoveel passie over hun eerste kus, dat ik het voor me kon zien.”

Irene Lagendijk

Kijkend naar je documentaire May Divorce Be With You, voel je dat jouw verlangen om de herinneringen van jouw ouders na te maken heel oprecht is. Hoe is dat idee ontstaan? “Het begon anderhalf jaar terug, op een dag dat ik bij mijn vader was en ook naar mijn moeder ging. Toen dacht ik: ‘Ik moet eigenlijk altijd alles twee keer doen en vertellen.’ Kort daarop raakte ik geïnspireerd door de documentaire The Act of Killing [2012] waarin regisseur Joshua Oppenheimer zijn hoofdpersonen vraagt gebeurtenissen uit het verleden na te spelen. Ik had altijd al een enorme fascinatie gehad voor hoe het geweest zou zijn als mijn ouders wel samen waren gebleven. Allebei vertelden ze in geuren en kleuren over hun gedeelde verleden. Ze vertelden het dan zo visueel, dat ik het ook echt voor mezelf wilde hebben, die herinneringen. Het leek me wel dat ik in de positie was om mijn ouders te vragen die momenten na te spelen.”

Je hebt dan zo’n persoonlijk plan en dat moet je vervolgens op school bespreken met leraren. Is dat niet een raar tussengebied waarin je terecht komt? “Zeker. Ik heb heel de tijd een dubbelrol gehad. Ik ben het kind, maar ik ben ook de filmmaker. Het was de rol van mijn leraren om mij in dat proces te prikkelen. Ze stelden vragen als: ‘hoe ga je dit voorbereiden? Hoe provocerend ga je zijn tegenover je ouders?’ Natuurlijk zagen zij allang in dat dit niet over mijn ouders ging, maar over mij. Maar daar moest ik toen zelf ook nog achter komen. Ik zei van tevoren juist dat ik nu eindelijk eens een luchtige docu over scheidingen ging maken. Je hoort namelijk nooit de verhalen die wél ‘goed’ aflopen. Ik zou wel even laten zien hoe het anders kon.
“Aanvankelijk was de film vooral lollig, maar dat maakte het oppervlakkig. Mijn eigenlijke vertrekpunt, dat verlangen, zag je er niet meer in terug. Mijn leraren zeiden terecht: ‘Het kan wel heel lollig zijn, maar waarom is het voor mensen interessant om naar te kijken? Er zit helemaal geen spanning in.’ Hoe eng het ook was tegenover mijn ouders, ik moest dus veel verder gaan in de confrontatie, in wat ik ze zou vragen na te spelen.”

Door het na laten spelen gaat je film over de maakbaarheid en onmaakbaarheid van een leven. Regieaanwijzingen als ‘Actie!’ heb je er bewust ingelaten. “Ik wist van het begin af aan al dat die aanwijzingen erin moesten blijven. Natuurlijk heb je wel angst dat het rommelig overkomt zo. Ik had soms het idee dat ik veel te amateuristisch bezig was: een persoonlijke film over mijn ouders waarbij je voelt dat er een film gemaakt wordt. Wanneer is het een docu en wanneer is het een grappige compilatiefilm? Die vraag kwam wel bij me op. Vooral in het begin voelt het heel onbeholpen omdat je zo zoekende bent naar een bepaalde stijl.”

Gaandeweg zie je dat jij als regisseur grip verliest, maar de mooie dubbelheid is dat je plan dan juist slaagt: je wordt opeens het kind van beide ouders. “Ja, als ik kijk naar die scène waar je op doelt, daar word ik nog steeds emotioneel van. Dat komt omdat mijn ouders mij daar samen voor het eerst toespreken, als twee ouders. Dat heb ik altijd wel gemist. Op dat moment wist ik ook niet of die scène heel goed gelukt was of totaal gefaald. Ik denk dat als er iets op het spel staat voor jezelf, dat dat het meest kwetsbare is dat je de kijker kunt geven. Het wordt daardoor heel herkenbaar. Maar voor je gevoel ben je dan wel het meest naakt. Dat is het aller moeilijkste dat er is.”


Diverse afstudeerfilms zullen te zien zijn op het Nederlands Film Festival dat van 27 september t/m 5 oktober plaatsvindt in Utrecht.