Annecy 2019 deelt prijzen uit
Festival toont de kracht van animatie
Op het filmfestival van Annecy, bekend als het Cannes van de animatiefilm, zijn de prijzen uitgereikt. Grote winnaar werd het inventieve J’ai perdu mon corps.
’s Werelds belangrijkste animatiefestival in Annecy is een evenement met een enthousiast publiek en een eigen folklore. Wachtend op de start van de voorstelling vermaken bezoekers zich door met papieren vliegtuigjes op het doek te mikken. Een mooie vlucht krijgt applaus. Daarnaast is het gebruik om luidkeels ‘lapin’ te roepen zodra in het introfilmpje voor het festival – dit jaar met puike stopmotion van Beast Animation – een konijn opduikt.
Maar terzake. De hoofdprijs, het Annecy Kristal voor een film in de competitie lange animatie, werd zaterdag toegekend aan J’ai perdu mon corps. Dit bijzondere en ontroerende drama over een jongeman die greep op het leven probeert te krijgen wordt deels verteld via een ingetogen liefdesgeschiedenis, deels via een excentrieke vondst. De hand van de jongen is namelijk noodlottig gescheiden van het lichaam en probeert dat nu, op eigen kracht zwervend door Parijs, terug te vinden. Het wil zich weer voegen bij het stompje arm en diens eigenaar.
Het maakt deze film in een sober-realistische stripverhalenstijl speels en serieus tegelijk. Gaandeweg krijgt het een steeds diepere betekenis. Ondanks het fantastische element van de vrij rondwandelende hand voelt het vooral in emotioneel opzicht zeer waarachtig aan. Overtuigend geacteerd ook, al is dat misschien wat raar om te zeggen over animatiepersonages. Maar dat is het mooie, het is zo goed getroffen dat je al snel vergeet dat het allemaal getekend is. Overigens is J’ai perdu mon corps gemaakt met het Nederlandse open-source animatiepakket Blender, het geesteskind van software-ontwikkelaar en filmproducent Ton Roosendaal.
Onverwacht was deze bekroning overigens niet. Deze eerste lange film van de Franse regisseur Jérémy Clapin ging vorige maand al in première in de Semaine de la Critique op het filmfestival van Cannes en werd daar bekroond met de Grand Prix. Een echte Annecy-ontdekking kan je het niet meer noemen. Ook de publieksprijs ging in Annecy naar J’ai perdu mon corps. Ook dat kon je, gezien de lengte van het applaus, al een beetje zien aankomen.
Inmiddels is de film gekocht door Netflix, met uitzondering van de rechten voor enkele landen, waaronder China en de Benelux. In Nederland zal de film uitgebracht worden door distributeur Lumière in samenwerking met Cinemien; de releasedatum is nog niet bekend.
Een mooie tegenhanger, en zeker wel een ontdekking, is Away, de winnaar van de Contrechamp, de competitie met een meer tegendraads perspectief – zo heet het althans. Deze fabel van Gints Zilbadolis uit Letland is ook al een eerste lange film. Terwijl de op speelfilm lijkende animatie van J’ai perdu mon corps zichzelf als het ware onzichtbaar maakt is in Away de gestileerde grafische stijl met zijn heel eigen karakter juist een belangrijk element. Samen met het ontbreken van dialoog roept het de kalme betovering op van dit glasheldere en tegelijk mysterieuze verhaal.
Een jongen valt aan een parachute uit de lucht op een vreemd eiland waar een motorfiets voor hem klaar staat. Met een hulpbehoevend vogeltje als metgezel trekt hij rond, terwijl op de achtergrond telkens een dreigende reus opdoemt. Staat die voor zijn eigen angsten of is het de dood? Het blijft allemaal aangenaam open voor interpretaties. Opmerkelijk ook dat Away niet uit een animatiestudio komt, maar een solo-onderneming is waar Zilbadolis zo’n vier jaar aan werkte. En dat voor een minibudget van omstreeks 50.000 euro.
De afgelopen april in ons land uitgebrachte Spaans-Nederlandse coproductie Buñuel in the Labyrinth of the Turtles, geselecteerd voor de hoofdcompetitie, kreeg de Mention du jury, een soort tweede prijs.
Annecy is een breed opgezet festival dat animatie in al zijn variëteiten toont. Van het commerciële Playmobil The Movie – wat mij betreft een minder geslaagde imitatie van Amerikaanse speelgoed-blockbusters – tot eigenzinnige, poëtische of abstracte korte films. Disney, DreamWorks en Warner Bros. (met een nieuwe Looney Tunes) presenteren hier aankomend werk, er is een competitie voor Virtual Reality, er zijn afstudeerfilms, allerlei animatiegerelateerde exposities en iedere avond openluchtvoorstellingen.
Speciale aandacht was er dit jaar voor de Japanse animatie die, volgens de catalogustekst, onverminderd vitaal is. De drie Japanse titels in de hoofdcompetitie wisten me overigens niet te overtuigen. Te slaafs het beproefde spoor volgend van het anime-genre. Het deed me terugverlangen naar de meesterwerken van Hayao Miyazaki (Spirited Away). Fris, verrassend en vaak origineel en elegant waren daarentegen enkele korte films van hedendaagse Japanse makers. Een collega uit Taiwan die ik sprak, en die dichter bij het vuur zit, meende dat de Japanse studioproducties en het vrije korte werk twee heel verschillende werelden zijn. Maar ja, waar is dat niet zo?
Wie op zoek is naar creatieve verrassingen zal ook in Annecy toch eerder bij het korte werk moeten zijn. De onderscheidingen in deze secties zijn artistiek gezien zeker even belangrijk als die in de hoofdcompetitie voor lange animatie.
Het Annecy Kristal voor een korte film ging naar Mémorable van de Franse regisseur Bruno Collet. Deze even tragische als wonderlijk ontroerende stop-motion-animatie laat je in het hoofd kruipen van een bejaarde schilder. De wereld om hem heen wordt steeds surrealistischer, of is het de Alzheimer die zijn klauwen uitslaat? Ook de gebruikte poppen lijken uit verf geboetseerd, wat het geheel een ongewone dimensie geeft. Dat is de kracht van animatie.
Twee Nederlandse voor competitie geselecteerde films vielen jammer genoeg niet in de prijzen. Intermission Expedition van Wiep Teeuwisse, een ironisch-minimalistische kijk op toeristen in een vreemd landschap, dong mee in de competitie kort. In de competitie TV was er een aflevering van Vos en Haas, een serie voor jonge kinderen geregisseerd door Tom van Gestel en Mascha Halberstad. Een speelfilm over de vrienden Vos en Haas is in voorbereiding.
Wel was er nog een onderscheiding voor Flow, de nieuwste film van de overwegend abstract werkende Nederlande animatiekunstenaar Adriaan Lokman. Flow, vertoond buiten de competities, zoekt de grens van animatie op. Het leven uitgebeeld als een nu eens stormachtig, dan weer poëtisch maar altijd voortjagend stromingspatroon. Nu bekroond met de in 2015 ingevoerde Prix André-Martin, genoemd naar de in 1994 overleden filmcriticus en animatiefilmer die een van de grondleggers van het festival was.
Alle prijswinnaars van Annecy 2019 zijn te vinden op de website van het festival.