Het nieuwe kijken #107

Camera obscura

Dicht bij Vermeer

Ebele Wybenga over wat hem opvalt op het kruisvlak van cinema en beeldcultuur.

Eén fragment uit de documentaire Dicht bij Vermeer van Suzanne Raes zal ik nooit vergeten. De documentaire volgt Vermeer-kenner en curator Gregor Weber in de aanloop naar de grootste Vermeer-tentoonstelling ooit in het Rijksmuseum. Voor die blockbuster van voorjaar 2023 – ik bemachtigde geen kaartje – waren Vermeers schilderijen door musea uit de hele wereld aan het Rijks uitgeleend.

In het fragment zie je de curator in zijn eigen huis in de weer met een replica van een camera obscura zoals Vermeer die gebruikt zou kunnen hebben. Warm licht valt door het hoge venster op de muur van zijn zeventiende-eeuws aandoende voorkamer, een setting die je kent van een groot deel van de werken van Vermeer. Weber kijkt van bovenaf in een piramidevormige donkere doos met een lens en een spiegel aan de binnenkant, een beetje zoals in de viewfinder van een Hasselblad of Rolleiflex camera. Je kijkt met hem door het toestel mee naar een vrouw bij het venster. De projectie van de camera obscura vult het frame zoals een schilderij zijn lijst.

Kan dit hulpmiddel bij het kijken de sleutel zijn tot het sublieme in het werk van Vermeer? Schaduwen op zijn schilderijen blijken meestal te bestaan uit een veelvoud van kleuren, terwijl we ze op het eerste gezicht ervaren als grijs. Het oog van een lezende jonge vrouw is van nabij gezien niet meer dan een zeer beheerste penseelstreek in precies de juiste toon. De camera obscura projecteert de werkelijkheid als een nogal onscherpe schildering van licht. Een onbegrensde driedimensionale wereld wordt een begrensd tweedimensionaal vlak dat de kunstenaar beter kan bestuderen.

Wat me meteen opviel was het cinematische van het camera-obscurabeeld. Vlakken van licht vloeien in elkaar over, met het soort romige scherptediepte-effect dat je alleen krijgt met een geweldige lens. Ik begreep het verschil in kijken tussen een tekenaar en een schilder nu pas echt. Een goede schilder ziet in de eerste plaats kleur en licht, een samenspel van donkere vlakken, middentonen en hooglichten. Contouren doen er niet toe, lijnen zouden de magie doorbreken.

Er kan bijna geen groter contrast zijn tussen de onscherpe beelden in Webers camera obscura en de haarscherpe afbeeldingen van onze smartphonecamera’s. De eerste ervaar ik als levendiger en echter. Was er maar een app die een camera obscura kon nabootsen, dan kon je naar alles kijken zoals Vermeer.

Geschreven door Ebele Wybenga