Dansplaining #44
Nostalgie is een ziekte
Dan Hassler-Forest zoekt als de Indiana Jones van de filmwetenschappen naar verborgen betekenissen en geheime kamers van de filmgeschiedenis.
Al bijna 25 jaar hebben superheldenfilms de overhand in Hollywood. Na het succes van Sam Raimi’s Spider-Man-films en Nolans Dark Knight-trilogie bouwde Marvel vanaf 2008 een franchise op die de filmindustrie in een wurggreep nam. Maar nu is ook deze schijnbaar onfeilbare serie in een crisis beland: de laatste jaren neemt de omzet af en is het enthousiasme zelfs bij de grootste fans voelbaar verminderd. Deze zomer moest Deadpool & Wolverine het tij doen keren, met nostalgie als belangrijkste troef. Maar dat is nog geen oplossing voor de lange termijn.
Het succes van Marvel Studios begon met de toepassing van een stripboektraditie: hun films introduceerden afzonderlijke superhelden die een wereld met elkaar deelden. Zo konden ze eerst blockbusters maken die individuele personages introduceerden, om ze vervolgens steeds vaker bij elkaar te brengen. Het gigantische succes van de eerste zogenaamde ‘crossover-film’ The Avengers in 2012 leverde het definitieve bewijs dat een wereldwijd bioscooppubliek bereid was om al deze lijntjes film na film te blijven volgen.
Na achttien superheldenfilms in tien jaar kwam de sage tot een climax met het tweeluik Avengers: Infinity War en Endgame, waarin de doorlopende verhaallijnen werden afgesloten en afscheid werd genomen van de groep superhelden van het eerste uur. Maar zonder hun meest populaire acteurs bleek het moeilijker dan verwacht om hierop door te pakken: de vaart raakte uit de cyclus, terwijl het steeds hogere productietempo steeds vaker ondermaatse visuele effecten opleverde.
De enige echte hit in de afgelopen vijf jaar was Spider-Man: No Way Home – een film die het bovenal moest hebben van gastrollen uit oudere Spider-Man-films. Geen wonder dus dat Marvel nu opnieuw nostalgie inzet om het publiek terug naar de zalen te lokken. Deadpool & Wolverine is een beschamend slechte film. Maar de eindeloze grappen over het eigen genre samen met de prominente aanwezigheid van vele gastrollen uit het verleden deden de kassa’s opnieuw rinkelen.
Het is een deprimerende illustratie van de huidige stand van zaken in Hollywood: de grote studio’s richten zich nu al zo lang op het maken van franchise-films dat we er moe van zijn geworden. Deze vermoeidheid wordt nu beantwoord met films die de verhalen niet meer verder laten gaan, maar bovenal geliefde momenten uit eerdere films reproduceren. Zo ook de nieuwe Alien-film Romulus: het is alsof een fan zijn favoriete momenten uit eerdere films bij elkaar heeft geraapt om ze nog eens dunnetjes over te doen. Zo krijgen nieuwe blockbusters het karakter van een Greatest Hits-album: geen nieuw werk, maar een compilatie van herinneringen aan het verleden.
Nostalgie lijkt voor Hollywood een geneesmiddel. Maar het is een dodelijke ziekte.