Dansplaining #19

Kapitalistisch leedvermaak

Inventing Anna

Dan Hassler-Forest zoekt als de Indiana Jones van de filmwetenschappen naar de verborgen betekenissen en geheime kamers van de cinema.

Iedereen die streamingdiensten volgt, moet het zijn opgevallen: we worden momenteel bedolven onder series over de op- en ondergang van jonge en charismatische rijkaards. WeCrashed (Apple TV), The Dropout (Disney+) en Inventing Anna (Netflix) zijn de nieuwste toevoegingen aan een snel groeiend subgenre van waargebeurde verhalen over ambitieuze charlatans die in noodvaart de top bereiken maar uiteindelijk keihard tegen de lamp lopen. Is dit simpelweg de nieuwste versie van Hollywoods klassieke rags-to-riches-formule? Of steekt er iets anders achter onze fascinatie met miljardairs die hun fortuin verliezen?

In wezen is er weinig nieuw aan Amerikaanse films en series die ons vertellen dat geld niet gelukkig maakt, en dat hoogmoed voor de val komt. In een kapitalistisch systeem waarin rijkdom nogal ongelijk verdeeld is, worden we al ruim een eeuw getrakteerd op eindeloze producties die aan de ene kant laten zien dat geld niet gelukkig maakt, terwijl we aan de andere kant worden uitgenodigd om te smullen van diezelfde obscene welvaart.

Toch is er in het afgelopen decennium iets veranderd. In een samenleving waar het gat tussen rijk en arm steeds groter wordt, en waar miljardairs als Jeffrey Bezos en Elon Musk kunnen doen en laten wat ze willen, zien we steeds meer portretten van de allerrijksten als onverbeterlijke sociopaten. Populaire series als Succession (HBO Max) en Squid Game (Netflix) winden er geen doekjes om: rijke mensen zijn de gewetenloze uitbuiters van andermans goede bedoelingen die letterlijk over lijken gaan om hun macht en status te blijven vergroten.

Toch draagt zelfs de meest vernietigende satire onbedoeld bij aan de aantrekkingskracht die extreme rijkdom uit blijft oefenen. De glamoureuze luxe van privé-jets, wilde feesten en dure auto’s vormt vaak de hoofdmoot van deze series, waarin de echt bestaande charlatans worden gespeeld door mooie en charismatische acteurs die het makkelijk maken om met ze mee te leven—en te genieten van de getoonde luxe. Tegelijkertijd maakt het feit dat we vanaf het begin al weten dat het slecht met ze afloopt, het makkelijker om onze identificatie met deze boeven aan het eind ook weer los te laten. We kunnen daarom ongestoord meegenieten van de ergste excessen van extreme rijkdom zonder schuldgevoel achteraf.

Toch voelt het alsof dit genre van kapitalistisch leedvermaak op een kritischer spoor is beland. Elk nieuw portret van een charismatische narcist die overloopt van zelfvertrouwen bevestigt immers ook het groeiende besef dat degenen die boven aan de ladder staan, vooral goed zijn geweest in naar beneden schoppen. Geen wonder dat we zo smullen van hun onvermijdelijke val.

Geschreven door Dan Hassler-Forest